Van de verkeersongevallen in Nederland komt ruim 95 procent door menselijke fouten, meldt Veilig Verkeer Nederland.
De kans is groot dat je door een land komt waar de kans op een ongeluk relatief groot is. Oppassen geblazen dus! De kans op een verkeersongeval met slachtoffers is het grootst in Oostenrijk, Duitsland, Portugal en België. Dat blijkt uit onderzoek van Independer op basis van cijfers van Eurostat.
Mannen veroorzaken meer ongelukken dan vrouwen, blijkt keer op keer uit cijfers van verzekeraars en overheidsinstanties. Zo was volgens een rapport van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid slechts 34 procent van de autobestuurders die in 2013 betrokken was bij een verkeersongeluk een vrouw.
Naar schatting is 15 tot 20% van de verkeersongevallen (mede) het gevolg van vermoeidheid van de bestuurder, maar de schattingen van individuele studies lopen sterk uiteen. Mensen die vermoeid zijn, zijn minder alert en reageren minder snel en adequaat dan mensen die niet vermoeid zijn.
Dit is binnen alle leeftijdsgroepen zichtbaar. Van alle verkeersdoden in ons land is 74% een man. Vooral onder de groep veertig- tot vijftigjarigen hebben mannen een veel grotere kans op een auto-ongeluk met een dodelijke afloop. Maar liefst 90% van alle verkeersdoden tussen 40 en 50 jaar is een man.
Verhoudingsgewijs vallen er veel doden in het verkeer onder ouderen. De meeste verkeersdoden waren 80 jaar of ouder (126, 19% van totaal). Gevolgd door mensen in de leeftijd 70 tot 80 jaar (123, 19% van totaal). Bij 40- tot 60-jarigen daalde het aantal verkeersdoden met 17,6%.
Maar waar is de kans groter dat je overlijdt? In het vliegtuig of in de auto? Volgens Amerikaanse cijfers overlijden per 1 miljard gereisde kilometers 0,04 mensen door de lucht. Uit datzelfde onderzoek bleek dat bij autorijden 4,5 mensen per 1 miljard gereisde kilometers overlijden.
Te hard rijden is niet alleen de grootste zorg, maar ook de grootste oorzaak. De meeste aanrijdingen binnen de bebouwde kom worden door snelheidsovertredingen veroorzaakt. Binnen de bebouwde kom geldt een snelheidslimiet van 50 kilometer per uur. Binnen de meeste woonwijken is dat nog lager: 30 kilometer per uur.
In 2020 vielen daar 99 dodelijke verkeersslachtoffers, tegen 142 in 2019 en 150 in 2018. Na Noord-Brabant kwamen de meeste mensen om in het verkeer in Noord-Holland (87 verkeersdoden) en Gelderland (85 verkeersdoden).
Neem om de twee uur een pauze. Plan je reis zodanig dat je weet waar je kan stoppen. Koffie, frisse lucht, muziek luider zetten of wat lichaamsbe- weging zullen je niet wakker houden:: kort nadat je opnieuw achter het stuur hebt plaatsgenomen, slaat de slaperigheid opnieuw toe. Stop en slaap 15 à 20 minuten.
Mannen vormen een groter risico voor medeweggebruikers en rijden vaker in gevaarlijkere voertuigen. Dit blijkt uit onderzoek, bestaande uit vier data sets. Naast automobilisten zijn taxichauffeurs verantwoordelijk voor het grootste deel van de ongelukken.
Vrouwen kunnen beter autorijden dan mannen. Zeg nooit meer “t 'Is weer een vrouw”, want onderzoek van Vias Institute toont aan dat vrouwen juist beter kunnen autorijden dan mannen. Vrouwelijke chauffeurs geven hun mannelijke tegenhangers zelfs op verschillende manieren het nakijken.
Wist je dat de meeste ongelukken gebeuren in de eerste 5 minuten van de autorit? Volgens statistieken van de SWOV is de kans op een verkeersongeval het grootst tussen 12:00 en 15:00 op een vrijdag in oktober. Ongeveer 1 op de 1.000 Nederlanders raakt betrokken bij een ernstige verkeersongeval.
Verplichte veiligheidstechnologieën kunnen ervoor zorgen dat meer dan 25.000 levens gered worden en minstens 140.000 ernstige verwondingen worden voorkomen tegen 2038. Deze cijfers zijn gebaseerd op het feit dat ongeveer 95% van alle verkeersongevallen veroorzaakt wordt door menselijke fouten.
Nederland. In 2019 waren er 661 verkeersdoden te betreuren en raakten ongeveer 21.400 mensen ernstig gewond. Dat zijn bijna 2 doden en bijna 60 ernstig gewonden per dag.
De maatschappelijke kosten van verkeersongevallen worden geschat op € 17 miljard in 2018 (€ 15,8 tot € 18,6 miljard [1]). Dit is vergelijkbaar met ruim 2% van het bruto binnenlands product. De kosten per verkeersdode bedragen circa € 2,8 miljoen en per ernstig verkeersgewonde ruim € 300.000.
Sinds 2000 was het aantal doden onder fietsers niet zo hoog als in 2020 (229); in 2021 vielen er 207 doden onder fietsers. In 2020 en 2021 overleden er meer fietsers dan auto-inzittenden in het verkeer; in 2017 was dit voor het eerst het geval.
Op gemeentelijk niveau vonden er vorig jaar de meeste verkeersongelukken plaats in Rotterdam. Hier werden 6.280 verkeersongevallen geregistreerd waar een of meerdere verkeersdeelnemers bij betrokken waren. Dat blijkt uit onderzoek van Independer op basis van data van de politie en Rijkswaterstaat.
Tussen 2000 en 2021 daalde het aantal verkeersdoden in een personenauto van 543 in 2000 naar 175 in 2021, het laagste aantal in de laatste twee decennia. Sinds het jaar 2000 is het aantal verkeersslachtoffers onder fietsers redelijk stabiel. In 2021 was het aantal fietsdoden ruim een derde van alle verkeersdoden.
Je schrikt eerst en vervolgens bedenk je wat je gaat doen. Tijdens deze schrik- en bedenktijd rijd je wel gewoon door met jouw beginsnelheid. Stel: je hebt een reactietijd van 1 seconde en je rijdt 108 km/u. In die seconde leg je 30 meter af, die 30 meter is jouw reactieweg.
Kijkend naar het ergste wat kan gebeuren - namelijk dat een vliegtuig neerstort - dan is de kans zo'n 1 op 11 miljoen dat dit je overkomt. Ter vergelijking: de kans dat je omkomt door een fataal auto-ongeluk is 1 op 6.000.
Het beste antwoord. Er storten ongeveer 100 vliegtuigen per jaar neer. Dat is vergelijkbaar met 1 vliegtuig dat neerstort elke 3 of 4 dagen. Dagelijks worden er echter ongeveer 90.000 tot 100.000 vluchten uitgevoerd.
Als je zo min mogelijk turbulentie wil voelen, moet je in het midden van het midden gaan zitten. Aan de 'raamkant' voel je meer turbulentie dan in het midden van het gangpad. Waar je niet moet zitten, is aan de achterkant van het vliegtuig - daar voel je turbulentie sterker dan in het midden of aan de voorkant.