Tijdens ritten op matige intensiteit die langer dan een uur, maar korter dan twee uur duren, kunnen wielrenners het beste elk uur 9-12 milliliter per kilogram lichaamsgewicht drinken, verspreid over het uur. Voor een wielrenner van 70 kilogram is dit dus 630-840 milliliter per uur.
Bidons, grote bidons
Als je rekent om 1 zo'n bidon per uur te drinken, zit je al snel goed. Je kunt door 2 bidons mee te nemen dus voor zo'n 2 uur drinken meenemen. Ga je langer dan 2 uur fietsen, vul je bidons dan bij een benzinestation.
500 ml (kleine bidon) isotone sportdrank. Begin meteen met aanvullen: 30-60 gram koolhydraten per uur, plus 2/3 ml per kg lichaamsgewicht elke 20 minuten. Zowel eiwitten als koolhydraten zijn nu erg belangrijk. Ook moet er voldoende vocht ingenomen worden.
De hoeveelheid koolhydraten die je nodig hebt om goed te blijven presteren tijdens het wielrennen, is afhankelijk van de duur van je training. Trainingen tot 2 uur: Zo'n 30 gram koolhydraten per uur. Trainingen van 2 tot 3 uur: 60 gram koolhydraten per uur.
Soms neemt een renner graag een colaatje. Gedurende een dag wordt er tussen de 6 en 11 liter vocht gedronken! Aan het begin van deze blog schreef ik dat de wielrenners een enorme prestatie neerzetten tijdens de Tour de France. Dit was vooral gericht op de inspanning die zij leveren.
Een wielrenner kan tijdens een wedstrijd gemakkelijk 2 à 2,5 liter per uur of 10 à 12 liter per dag verliezen. Als dat vocht niet snel aangevuld wordt, kan het tot dehydratie (uitdroging) leiden. Dat heeft verregaande gevolgen voor de prestaties.
Wit brood of rijst met omelet, havermoutpap met rozijnen en smoothies van fruit met yoghurt. Tussen het ontbijt en de start van de etappe blijven de renners eten: winegums, gels, rijpe bananen, rijstcakejes met honing of sportrepen.
Pannenkoeken zijn ook ideaal voor fietsers, zeker in dit koude en gure weer. Als je gaat sporten in de kou, heb je namelijk meer energie nodig om jezelf warm te houden én om de ingeademde lucht op te warmen en te bevochtigen. Je hebt er dus alle baat bij om voldoende te eten voor een winterse fietstocht.
WAT ZIJN DE SYMPTONEN VAN EEN HONGERKLOP? De symptomen van een hongerklop zijn overduidelijk. Tijdens de inspanning voel je je plotseling extreem vermoeid en zwak. Ook is je bloedsuiker laag, begin je te zweten, trillen en ervaar je veel verzuring in de spieren.
Winegums heel normaal
Maar chips en winegums zijn wel normaal in het wielrennen. "Je moet binnen het half uur na de wedstrijd suiker en koolhydraten aanvullen en dat kan met met een handje winegums heel snel. Veel renners eten ook van die gummibeertjes." Winegums zijn prima, zegt ook sportdiëtiste Antoinette Drexhage.
Veel vezels
De meeste topwielrenners wisselen pasta af met witte rijst. Beiden varianten bevatten weinig voedingsvezel, daarom zijn ze erg geschikt om veel van te eten.
De fiets is duidelijk sneller door de lagere rolweerstand door het type band en de iets hogere bandenspanning, het hogere rendement van de aandrijving en de iets lagere luchtweerstand door de diepere zit. De fiets is vergelijkbaar met sportieve tourfietsen met derailleurversnellingen.
De gemiddelde snelheid op een racefiets is 24 kilometer per uur. Met wind tegen ligt de gemiddelde snelheid rond de 21 kilometer per uur, en met wind tegen rond de 26 kilometer per uur. Op een racefiets ga je dus een stuk sneller dan op een stadsfiets.
Je kan wel een gemiddelde nemen. Een prof is rond de 70 kilo en fietst 30.000 kilometer per jaar. Een gemiddelde amateur is een man van 85 kilo. Hij fietst niet het hele jaar door en als hij rijdt, doet hij dat gemiddeld twee keer per week.
Normaliter kan de zweetproductie variëren tussen de 500 en 1000 ml per dag, maar voor een sporter kan dat twee keer zoveel zijn. Marathonlopers kunnen meer dan 3 liter zweet produceren en voor wielrenners kan dat nog veel meer zijn. Een marathonloper is tijdens zijn/haar wedstrijd meerdere uren in actie.
Iemand van ongeveer 70 kg, verbruikt rond de 650 kcal per uur. Hiermee is wielrennen dus zeer voordelig voor gewichtsverlies. Om optimaal calorieën te verbranden is het aan te raden om een intensievere intervaltraining te doen van bijvoorbeeld een uur, in plaats van een rustigere duurtraining van 3 uur.
Bijvoorbeeld 2 energierepen, 2 gelletjes en 2 bidons met isotone sportdrank. 3 uur of langer: 90 gram koolhydraten per uur. Dit bereik je met 2:1 glucose-fructose verhouding. Bijvoorbeeld 3 reepjes, 2 gelletjes en 3 bidons met isotone sportdrank en PowerBar PowerGel shots.
Eet ruim van tevoren een bord havermout, muesli of een broodje jam. Dit eten bevat veel samengestelde koolhydraten, die geleidelijk vrijgegeven worden. Handig dus voor lange ritten. Een bord pasta, aardappelen of rijst de avond ervoor helpt ook!
De extra lange rustige duurtraining bouw je geleidelijk op: elke derde week fiets je ongeveer tweederde van de afstand van de week daarvoor. Duurtraining tempo 3 (93%) is gelijk aan het tempo wat je tijdens de 100 km wilt gaan fietsen.
Reken gemiddeld op zo'n 100 gr droge pasta per persoon. Voor kinderen voorzie je best iets minder, zo'n 80 gr per persoon. En voor grote eters neem je je voorzorgen en voorzie je rond 120 gr per persoon.
"En de organisatie bepaalt wie waar slaapt, niet de renners zelf." Soms heb je een slaapplek dichtbij de start, maar zijn de bedden ronduit verrot. Een andere keer moet je ver reizen, maar heb je een heerlijk matras. Of je komt op een kamer waar het gordijn niet lekker sluit, of het bloedheet is.
De natursport energy gel is de beste energy gel voor fietsen, en ook van deze gel is de verpakking heel makkelijk open te maken. En dat is echt super belangrijk vooral bij het fietsen. Het zal je maar overkomen dat je valt omdat je de verpakking niet open krijgt of dat je maar een klein hoekje van de verpakking krijgt.
30-60 gram koolhydraten per uur + vocht 2-3 ml/kg lichaamsgewicht elke 20 minuten = 720 ml grote slokken!