Doorgaans zit je goed als je één kopje rijst kookt in twee kopjes water.
Doe de gewassen rijst met vocht (1 ½ hoeveelheid vocht op 1 hoeveelheid rijst) in een smalle pan met dikke bodem. Zet de pan op een hoog vuur, breng al roerende aan de kook. Zet het vuur laag en laat de rijst met een deksel op de pan in 8-10 minuten gaar worden. Zo nu en dan omscheppen.
Reken ongeveer 75 gram ongekookte zilvervliesrijst per persoon. Een koffiekopje is een goede maat per persoon of gebruik het Eetmaatje. Het koken in water maakt de zilvervliesrijst ongeveer tweeënhalf keer zo zwaar. 75 gram ongekookte rijst wordt dus 200 gram gekookte rijst.
75 gram rijst > 200 ml water > 10 minuten. 150 gram rijst > 325 ml water > 13 minuten.
Er gaat ongeveer 100 gram ongekookte rijst in één koffiekop van gemiddelde grootte. Dat is nog eens makkelijk! En nog veel handiger: je kunt datzelfde kopje gebruiken om ook precies de juiste hoeveelheid water toe te voegen. In veel gevallen is de verhouding tussen rijst en benodigd water namelijk 1:2.
Hoeveel water bij de rijst
Je zou denken dat de hoeveelheid water waar je rijst in kookt niet uitmaakt. Maar met teveel water wordt de rijst één grote plakboel. Met te weinig brandt het aan. De beste verhouding is 1:1,5.
Onze basmatirijst hoeft niet lang te koken. Doe de rijst met 1,5 keer zoveel water in een pan en breng het aan de kook. Als het water kookt, is de rijst met ongeveer 8 minuten klaar. Daarna draai je het vuur uit en laat je alles nog even een kwartiertje stomen met de deksel op de pan.
De kooktijd neemt toe bij grotere hoeveelheden, de verhouding rijst/water blijft gelijk. Houdt de volgende vuistregel aan: 220 gram witte rijst, 250 militer water, 15 minuten; 440 gram witte rijst, 5 deciliter water, 18 minuten; 660 gram witte rijst, 750 mililiter water, 22 minuten.
Plakt jouw rijst na het koken ook altijd aan elkaar? Voeg dan een paar druppels citroensap toe aan je water. Je moet trouwens geen schrik hebben dat je rijst door het sap zuurder zal smaken. Zolang je niet meer dan een paar druppels toevoegt, zal je geen smaakverschil merken.
Spoel de rijst met koel water voor het koken.
Doe de rijst in een vergiet, fijnmazige zeef of pan. Laat koel water over de rijst lopen om extra zetmeel te verwijderen. Dit voorkomt dat de rijst aan elkaar plakt en papperig wordt. Als je een pan gebruikt, giet het water er dan uit en vul hem weer bij.
De meeste mensen houden gemiddeld zo'n 75-100 gram ongekookte rijst per persoon aan (187,5-250 gram gekookte rijst). Hierbij kun je de 75 gram of iets in die richting beter aanhouden voor bijgerechten, terwijl je de 100 gram gebruikt wanneer de rijst een groot deel van de maaltijd vormt.
Basmatirijst overtuigt met veel essentiële aminozuren, vitaminen, vezels en kalium. Als volkoren variant heeft het ook het voordeel dat de schil nog aanwezig is. Dit betekent dat het niet alleen zijn donkere kleur behoudt, maar ook de zogenaamde zilveren huid, een flinterdunne laag rond de korrel.
Hoe weet je of de rijst gaar is? Hoe je de rijst het liefst eet is een kwestie van smaak, maar de stelregel hiervoor is in principe dat de rijst gaar is als deze makkelijk doorgebeten kan worden of tussen de vingers kan worden fijngeknepen.
Door je rijst te spoelen was je niet alleen kleine deeltjes stof van de korrels af, maar verwijder je ook het overgebleven laagje zetmeel. Dat zetmeel zorgt ervoor dat de rijst na het koken aan elkaar plakt. Sommige gerechten vragen daar echter om. Denk maar aan het maken van risotto gerechten of sushi.
Op iedere verpakking van een pak rijst staat dat je eerst het water moet koken, voordat je de rijst in de pan doet. Vervolgens laat je de rijst koken in het water voor zo'n 10 minuten (afhankelijk van het type rijst hoe lang je de rijst laat koken).
Gelukkig is dit probleem het makkelijkst op te lossen: voeg extra water toe, ongeveer een half glas en dan snel het deksel terug op de pan. Zet de pan op je kleinste pit en draai die op de laagste stand – of nog beter: gebruik een vlamverdeler. Zo heeft de rijst genoeg tijd om het water op te nemen.
Zodra het deksel op de pan gaat, is het zaak de korrels te laten rusten. Als je tussentijds gaat roeren, komt het zetmeel los waardoor de rijst zompig wordt en slof kan gaan smaken.
Doe de rijst, het water en het zout in een pan en breng aan de kook. Roer als het water kookt de rijst kort, doe de deksel op de pan en laat op laag vuur in ca. 15 min. koken.
Je kent de beelden misschien wel: grote rijstvelden die compleet onder water staan. Daarmee worden ziektes vermeden. Maar dat betekent ook dat er bizarre hoeveelheden water nodig zijn: tot wel 5000 liter water per kilo rijst.
Pandan heeft het aroma van pandanbladeren, dat lijkt op de nootachtige smaak van Jasmijn rijst. Basmati heeft in vergelijking met Pandan een nog langere korrel en kookt nog droger. Het heeft een lichte, luchtige textuur wat een heerlijk mondgevoel geeft.
Gekookt-ongekookt gewicht berekenen
Je kunt de berekening ook gemakkelijk andersom maken: Aardappelen: gekookt 100 gram = ongekookt 90 (x 0,9) Pasta: gekookt 100 gram = ongekookt 40 gram (x 0,4) Rijst: gekookt 100 gram = ongekookt 34 gram (x 0,34)
Basmati kan maar op één plaats ter wereld groeien: aan de voet van de Himalaya. De combinatie van het unieke klimaat, de conditie van de grond en het pure smeltwater uit de bergen zorgt ervoor dat de Basmati kan uitbloeien tot de beste rijstsoort.
Gebruik bij voorkeur hele kruiden die je er makkelijk uit kunt vissen als de rijst gaar is. Denk hierbij aan een gekneusde stengel citroengras, een steeltje kaneel, een laurierblad of wat plakjes gember. Je kunt trouwens ook gewoon gedroogde kruiden toevoegen aan het kookwater. Lekker experimenteren!