1/6 Vlaamse kinderen wordt gepest tijdens hun jeugd (= 16,5%). Er is een daling in de cijfers van ongeveer 3 à 4% (2018 t.o.v. 2016). Gepest worden komt het meeste voor in de groep 11-14 jaar bij jongens. Bij meisjes is dit meer evenredig verdeeld tussen de verschillende leeftijden (11 – 18 jaar).
Hoeveel kinderen door pesten tot zelfmoord worden gedreven, is niet bekend. Volgens het CBS pleegden in 2015 19 kinderen (jonger dan 20) zelfmoord zonder dat psychische of fysieke stoornissen of huiselijke omstandigheden de oorzaak waren.
Sociale vaardigheden: Kinderen die minder prosociaal gedrag laten zien, hebben meer kans om gepest te worden. Kinderen die bijvoorbeeld goed kunnen onderhandelen, anderen helpen en steunen, zijn minder vaak het doelwit van pesters.
Voor de meeste kinderen is pesten vooral een manier om meer (sociale) status en aanzien in een groep te verkrijgen. Ook kan pesten kan een manier zijn voor kinderen om te experimenteren met sociale vaardigheden en te testen welke gedrag wel en niet acceptabel is.
Pesten en suïcide
Bijna de helft van de door suïcide overleden jongeren was volgens het onderzoek op school gepest, waardoor hun zelfwaardering onder druk kwam te staan.
De meeste zelfdodingen worden gepleegd door 50- tot 60-jarigen, zowel bij mannen als vrouwen. In 2021 maakten 304 mannen en 128 vrouwen van 50 tot 60 jaar een eind aan hun leven. Zowel bij mannen als bij vrouwen is dit bijna een kwart van alle zelfdodingen.
Voortgezet onderwijs
In de meeste gevallen pesten zij medeleerlingen (31 procent). Daarnaast zijn ook familieleden van leerlingen (13 procent), docenten (12 procent) en ander personeel van school (12 procent) slachtoffer van pesten. Verbaal pesten komt met 25 procent het meeste voor.
Doordat ervaringsdeskundigen voorlopers van pesten opmerkten bij kleuters jonger dan 6 jaar, mag er dus niet blindgestaard worden op de ontwikkelingspsychologie die aangeeft dat pesten maar voor zou komen vanaf de leeftijd van 6 jaar.
Of je een slachtoffer wordt van pesten, wordt door ongeveer 66 procent bepaald door je genen. Verder spelen allerlei factoren uit de omgeving een rol, zoals de klas waarin je zit. De genetische erfelijkheid komt ook deels door bepaalde eigenschappen die het pestgedrag uitlokken.
Van de 18-25-jarigen is 41,5 procent ooit gepest en zegt 2,0 procent in de afgelopen 12 maanden gepest te zijn. Van de slachtoffers zegt 40,7 procent uitsluitend online gepest te zijn en 21,3 procent op de traditionele manier. In 34,0 procent van de gevallen gaat het om beide vormen van pesten.
Gevolgen pesten op latere leeftijd
Gevolgen van pesten kunnen onder andere angst en onzekerheid zijn. Pijnlijke ervaringen zoals je bedreigd, buitengesloten of afgewezen voelen kunnen je lang blijven achtervolgen. Een pestverleden verwerken is iets waar veel mensen hulp voor zoeken.
Praat met iemand uit de omgeving waar er gepest wordt. Als dit op school is, bespreek het dan met de leerkracht of met de anti-pestcoördinator (vaak is dit de vertrouwenspersoon). De school, maar bijvoorbeeld ook de sportvereniging, is verantwoordelijk voor een veilige omgeving en kan helpen het pesten te stoppen.
Mannen en vrouwen werden vrijwel even vaak gepest. Jongeren zijn vaker slachtoffer dan ouderen, en homo's, lesbiennes en biseksuelen vaker dan heteroseksuelen. Bijna een kwart van de 15-plussers – dat zijn bijna 3,5 miljoen mensen - gaf aan ooit (dus ook langer dan een jaar geleden) gepest te zijn.
47 % van de Nederlandse leerlingen zegt dat scholieren op hun school voornamelijk gepest worden om de kleding die ze dragen. Nederland komt hiermee op een derde plaats van pestgedrag om kleding. Alleen in Italië en Portugal worden leerlingen nog vaker gepest om wat ze aan hebben.
Cyberpesten cijfers maken duidelijk dat deze vorm van pesten aardig vaak voorkomt. Zo'n 8% van de jongeren heeft er volgens het CBS last van. De cyberpesten cijfers van het ANP geven aan dat het gaat om zo'n 400.000 jongeren.
Ze kiezen een zwak slachtoffer en voelen zich machtig. Dit kan ook zijn omdat ze jaloers zijn op de ander, en hen daarom naar beneden halen. Een pester is onzeker.
Pubers willen niet meer luisteren, zijn snel geïrriteerd en lijken alleen nog oog te hebben voor hun vrienden. Dat komt doordat ze twee grote transities doormaken: de groeispurt van hun hersenen en de heroriëntatie van hun hechtingssysteem.
Profiel Pester / De dader
Is impulsief, extravert, wil graag populair gevonden worden en denkt dit alleen te bereiken door te pesten. De dader denkt dat pesten hem populair maakt, maar vaak worden daders niet aardig gevonden (Goossens et al., 2000).
Over waarom een kind gaat pesten is inmiddels veel meer duidelijk. Voor sommige kinderen die pesten is agressie een normale reactie bij een ruzie. Die agressie wordt dan door het slachtoffer ervaren als pesten. Ze kunnen zich vaak slecht inleven in andere kinderen en voelen zich minder verantwoordelijk voor hun daden.
Leerlingen kunnen ook lichamelijke klachten krijgen door pesten, bijvoorbeeld hoofdpijn, buikpijn, bedplassen of slapeloosheid. Wie gepest is, kan daar jarenlang last van houden. Bovendien is de kans op een depressie op latere leeftijd groter. Het zelfbeeld is vaak laag en relaties verlopen soms moeizaam.
Je kan heel wat proberen om het pesten te laten stoppen. Het allerbelangrijkste is dat je weet dat je er niet alleen voor staat! Praat erover met je vrienden, broer of zus, ouders, trainer, leerkracht of leiding.
In Nederland wordt 9,3 procent van de middelbare scholieren gepest, blijkt uit onderzoek van PISA, een onderwijsafdeling van OESO. Scholieren uit Portugal, IJsland, Zuid-Korea en Spanje worden net iets vaker gepest. Leeftijdgenootjes uit Rusland, de Dominicaanse Republiek, China en Tunesië hebben het veel zwaarder.