Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
Twee eigen woningen in box 1 met belastingaftrek is mogelijk, maar wel tijdelijk en maximaal voor drie jaar. De verhuisregeling voor de hypotheek scheelt u mogelijk veel belasting.
Als de overwaarde in uw eigen woning groot genoeg is kan het prima mogelijk zijn om daar een tweede huis mee aan te kopen. Dan heeft u geen last van de extra voorwaarden en hogere hypotheekrente van een verhuurhypotheek. Dat tweede huis kunt u verhuren en daar een leuke huursom voor vragen.
De huuropbrengst is dan belastingvrij. Tenminste, als je een bescheiden bedrag aan huur vraagt, de huur mag per jaar niet meer bedragen dan € 5.506 (bedrag 2020). Ook wanneer je een tweede woning bezit en verhuurt is de huuropbrengst onbelast.
Hebt u inkomsten uit de verhuur van uw woning? Deze inkomsten moet u opgeven in uw aangifte inkomstenbelasting.
In situatie 1 ben je verplicht om 70% van de huurinkomsten op te geven aan de Belastingdienst. Deze 'inkomsten uit tijdelijke verhuur' vallen in box 1. Het gaat om de door jou berekende huurprijs, verminderd met de gemaakte kosten voor bijvoorbeeld gas- en elektriciteitsverbruik of advertenties.
Ja, u kunt meerdere adressen onder één relatienummer inschrijven.
De woning bedrijfsmatig en structureel verhuren is niet toegestaan. Je mag je eigen woning of appartement maximaal 30 dagen per jaar verhuren. Verhuur je langer dan deze periode, dan loop je het risico dat de gemeente onderzoek gaat doen naar bedrijfsmatige verhuur.
Verhuur van een woning of appartement kan, zeker in de stedelijke gebieden, een mooie extra bron van inkomsten worden genoemd! Door de verhuur uit te besteden heeft u weinig lasten en blijft het financieel risico laag. Aansluiting op stijgende vraag huurwoningen.
Het inschrijvingsadres is het altijd het adres waar je daadwerkelijk woont. Je mag je dus niet inschrijven in een woning die je vervolgens aan iemand anders verhuurt. Als je particulier een woning koopt, gaat de geldverstrekker er altijd vanuit dat je er ook daadwerkelijk gaat wonen.
Als huurder heb je de wettelijke verplichting om ingeschreven te staan bij de gemeente van jouw woonadres. Je moet dus ingeschreven staan op het adres waar je daadwerkelijk woont. De gemeente kan controleren of je nog steeds woont op het adres waar je ingeschreven staat.
Nee je kunt je maar op een woonadres inschrijven en juridisch heb je eigenlijk daarin niet een keuze, je woont waar je de meeste tijd doorbrengt, of je sociale leven is, of je familie is, waar je werkt of studeert. De vraag is wel in hoeverre een gemeente een adresonderzoek uit eigen beweging zal opstarten.
Rechtbank Zeeland –West-Brabant heeft recent beslist dat er geen sprake is van een schenking als ouders hun zoon met zijn gezin voor niets in hun huis laten wonen. Bij het gedogen van de – gratis – bewoning is geen sprake van schenking omdat de ouders niet verarmen.
Permanente verhuur van je eigen woning is vooral aan te raden als je zeker weet dat je je huis voor langere tijd wilt verhuren. Dat is wettelijk toegestaan, maar de hypotheekverstrekker speelt ook een rol. Heb je namelijk nog een hypotheek op je koophuis, dan moet je eerst toestemming vragen aan de bank.
Bij de aankoop van een tweede woning hebt u recht op belastingvermindering indien het aan twee voorwaarden voldoet: u woont er zelf niet en u hebt er nooit gewoond als hoofdverblijfplaats. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor de verhuur van een tweede verblijf of een investeringsgoed.
In de hypotheekvoorwaarden van bijna elke geldverstrekker staat nadrukkelijk dat je de woning niet mag verhuren zonder toestemming van de bank. Overigens ook geen kamer aan een student of via Airbnb. Jouw woning is namelijk het onderpand voor de lening van de bank.
Het aantal dagen dat je jouw woning mag verhuren via Airbnb is 60 dagen per jaar. Dat is dus ongeveer twee maanden.
Als u uw eigen woning via Airbnb verhuurt, is de zogenaamde regeling van tijdelijke verhuur van toepassing (art. 3.111 en 3.113 Wet IB 2001). In dit geval is kortweg 70% van de huurinkomsten belast. De afslag naar 70% is voor te maken kosten, zoals onderhoud en afschrijvingen.
Je dient je in te schrijven in de gemeente (op het adres) waar je het meest verblijft, dat is dus niet een vrije keuze als je 2 woningen huurt. Het is wel toegestaan een 2e woning te huren, tenzij de verhuurder vereist dat je die woning daadwerkelijk zelf bewoont.
Wat in de praktijk vaker voorkomt dan een huis kopen zonder hypotheek, is een huis kopen met eigen geld én een hypotheek. Je kunt dan je overwaarde of je spaargeld inbrengen en daarmee een deel van de koopsom en de kosten koper betalen. Voor het resterende gedeelte sluit je een hypotheek af.
Eén of meer koophuizen hebben terwijl je in een sociale huurwoning woont, is niet automatisch verboden. Als de huurder tegelijkertijd in de corporatiewoning woont, mag dat gewoon. Als de huurder ergens anders woont, is dat strijdig met het huurcontract en kan de corporatie ingrijpen.
Wanneer je aan de volgende criteria voldoet, hoef je de huurinkomsten NIET op te geven: De huurinkomsten waren lager dan € 5.249 (2018) en € 5.367 (2019); Tijdens de hele verhuurperiode stonden jij en de huurder(s) ingeschreven op het adres; Het is geen zelfstandige woonruimte (eigen keuken en toilet);
Kosten en voordelen: de huurinkomsten zijn onbelast
Dat komt doordat u de woning niet meer in box 1 (inkomen uit werk en eigen woning) onderbrengt, maar in box 3 (inkomen uit sparen en beleggen). Dat biedt u ook weer voordelen: u betaalt bijvoorbeeld geen eigenwoningforfait meer en de huurinkomsten zijn onbelast.
Conclusie. Verhuur je een eigen woning tijdelijk, dan valt dat in box 1 'inkomen uit werk en woning'. Je houdt recht op hypotheekrenteaftrek en geeft 70 procent van de huurinkomsten op.