Historici hebben aan de hand van oude accijnsopbrengsten berekend dat het in de Middeleeuwen zo'n 400 liter geweest moet zijn. Vierhonderd liter! Dat komt neer op elke dag minstens een liter bier per persoon. Waarom dronk men er zo ongelooflijk veel van?
In de Middeleeuwen werd veel bier gedronken. Met gemak dronk iedere man, vrouw of kind wel 300 liter bier per jaar. Het bier dat de Middeleeuwer dagelijks dronk lijkt overigens niet op het bier dat we nu drinken. Het bevatte nauwelijks alcohol en smaakte waarschijnlijk vrij zuur.
Wel moet daarbij vermeld worden dat men in de middeleeuwen het bier vaak thuis brouwde, waardoor het slechts een zeer laag alcoholpercentage bevatte.
Toch dronken vroeger niet veel mensen alcohol, het was gewoon te duur en niet altijd te krijgen. Tot in de Middeleeuwen bleef dat zo. In die tijd maakten mensen wijn uit vruchten en bier uit gerst en honing. Het alcoholgehalte van die dranken was laag.
De Babyloniërs maakten bier door oud brood te fermenteren. Door de Mesopotamiërs werd het mouten ontdekt zo'n 5.000-4.000 jaar geleden en vanaf dat moment bevatten de bieren meer alcohol.
Een belangrijke reden was omdat ze het rivierwater gebruikten voor het maken van bier. Het drinken van bier was in de middeleeuwen overigens een alternatief voor het drinken van water. Het alcoholpercentage in bier zorgde ervoor dat bier een hygiënischere drank was dan water dat dikwijls vervuild was.
Middeleeuwse stedelingen (inclusief de kinderen) dronken daarom voornamelijk bier. Deze drank werd namelijk tijdens het brouwproces tot het kookpunt verhit, waardoor de meeste bacteriën en virussen werden gedood. Dit speelde echter alleen in de steden, op het platteland bleven de meeste mensen gewoon water drinken.
1300-1600: pap, erwten en knollen
Het vee dat daarop graasde leverde zoveel vlees dat ook armere mensen vlees gingen eten. Verder was er rogge en tarwe. Rogge in streken met arme grond en een gematigd klimaat, tarwe in gebieden met een vruchtbare bodem en wat meer zon.
Als ontbijt aten ze pap, pannenkoek, aardappel of brood met reuzel, stroop en af en toe jam. Als hoofdmaaltijd aten ze meestal een stamppot met veel aardappelen of een gerecht van peulvruchten, zoals bruine bonen en erwtensoep. Rijke mensen konden vaker vlees, vis en zuivel kopen.
Naast brood en pap aten ze ook veel bonen en peulvruchten. Van melk maakten ze de 'luxeproducten' zoals boter en kaas. Producten die alleen de welgestelden zich konden veroorloven. Dat gold ook voor vlees, voornamelijk rijke mensen aten dit.
België is het beste bierland ter wereld (en deze 12 landen volgen ons)
'Mede' gemaakt van honing is waarschijnlijk het oudste alcoholische drankje dat we kennen. Het werd 8000 jaar geleden al gedronken. Het is waarschijnlijk toevallig ontstaan doordat honing en water op een warme plek met gist in aanraking kwam.
Bier verkleint de kans op hart- en vaatziekten. Bier zorgt namelijk voor een stijging van een goede soort cholesterol, dat de kans op hart- en vaatziekten juist verkleint. Een bierdrinker loopt 40 tot 60 procent minder risico op een hartinfarct.
De wijnbouwcultuur is dus zeker reeds duizenden jaren oud. In het algemeen kan men echter stellen, dat bier er eerder was dan wijn. Een stuk aardewerk uit Turkije van 6400 voor Christus maakt duidelijk dat er toen al ambachtelijk bier geproduceerd werd.
De middeleeuwen
Mensen vielen daarom terug op bijvoorbeeld water uit waterputten, water uit rivieren en zelfs water uit grachten werd gedronken. Met name het water uit grachten was erg ongezond, omdat dezelfde grachten als riool werden gebruikt. Ook werd er afvalwater van bijvoorbeeld textielververijen in gedumpt.
Gruit en gagel versus hop door de eeuwen heen
In de middeleeuwen werd bier gebrouwen met kruidenmengsels die in het Middelnederlandsch Woordenboek grute, gruyte, gruut, gruyt of gruet worden genoemd. Net zoals hop werd gruit toegevoegd om een tweevoudige reden: bier langer houdbaar maken en smaak geven.
Vroeger toen alles beter was, aten mensen stukken minder vlees. Veel vlees eten is een typisch teken van welvaart. Lekkers was alleen voor de zondag, zoals vla in plaats van pap en iets lekkers bij de koffie. Brood was basisvoedsel.
Naast vlees en vis, waren brood en bier in de middeleeuwen het voornaamste eten. Men kende erwten, bonen, wortelen en knollen, maar berichten daarover zijn schaars.
De mensen aten vroeger van alles! Gevogelte, vlees, groenten en fruit. Eigenlijk een hele gezonde keuken. Ze aten alles wat er in de natuur voorkwam, zelfs kleine vogeltjes.
Zeker, zij die in de Gouden Eeuw beneden aan de maatschappelijke ladder stonden, leefden noodgedwongen sober. Één keer per dag een grote kom pap, waar met zijn allen uit gegeten werd. Daarbij werd gedronken van een pul met water aangelengd bier, ook wel dunbier genaamd. Dat was het wel.
De arme mensen aten uit een oud stuk brood. Maar de rijke mensen van adel af rijke handelaren aten uit borden van zilver en goud. De mensen in de middeleeuwen hielden van vlees, maar dat mochten ze niet alle dagen eten dat kwam door de kerk.
Er werd een grote hoeveelheid bier (meestal met een laag alcoholpercentage) gedronken – mogelijk een halve tot een hele liter per dag – door zowat alle lagen van de bevolking en door mensen van alle leeftijden. Bier was voedsel, een dorstlesser, (soms) een geneesmiddel maar vooral een genotsmiddel.
De smaak is niet bepalend
Maar níet aan de genen die bepalend zijn hoe je smaak waarneemt. Een onderzoek onder 330.000 proefpersonen wijst uit dat het te maken heeft met een genetisch bepaalde psychische invloed die koffie en bier op je kunnen hebben en je een bepaald gevoel kunnen geven.
Tijdens de 17e en 18e eeuw nam de bierconsumptie flink af, mede door de invoer van nieuwe accijnzen. Abdijen hoefden echter geen extra belasting te betalen, waardoor zij zware bieren met een hoog alcoholpercentage mochten brouwen. Steden zoals Hoegaarden en Lembeek waren ook vrij van heffing.
Bier was gezonder dan water
Bier wordt verhit tijdens het productieproces en daarom zaten er in de Middeleeuwen minder bacteriën in bier dan in het vieze grachtwater. Bier was dus gezonder! De gemiddelde Nederlander dronk ongeveer een liter bier per dag.