Eerst wordt de omvormer aan de AC kant van het net gescheiden en worden de kabels losgehaald. De panelen worden losgekoppeld van het montagemateriaal en apart gelegd, het montagemateriaal zelf wordt weggehaald en de dakdekker kan beginnen. Wanneer de dakdekker klaar is, wordt de boel teruggeplaatst en aangesloten.
Dit doe je door middel van de schakelaar onderaan de omvormer op '0' of 'OFF' te zetten. Het spreekt voor zich dat je tijdens die periode geen opbrengsten zal hebben van de zonnepanelen en dus elektriciteit via het net zal gebruiken.
De netbeheerders herhalen de boodschap dat als er in één keer veel (zonne-)energie op het stroomnet komt, er hoge spanningen kunnen ontstaan, waardoor omvormers van zonnepanelen kunnen uitschakelen. Op zo'n moment kunnen de zonnepanelen tijdelijk geen elektriciteit leveren.
In Nederland staat er standaard 230 Volt spanning op het netwerk en als dat hoger wordt dan kan er kortsluiting ontstaan en kunnen apparaten doorbranden. Als de spanning 253 Volt bereikt worden de omvormers van zonnesystemen automatisch uitgeschakeld.
Hoe weet ik of mijn zonnepanelen er wel eens uitliggen? Dat kun je zien op de omvormer zelf of op de app die je zonnepanelen monitort.
Zonnepanelen welke volledig onafhankelijk werken, ook wel 'off grid' genaamd, blijven probleemloos verder werken bij stroomuitval, alsook alle elektrische toestellen. Dit type zonnepanelen installatie komt voor bij afgelegen buurten waar geen elektriciteitsnet bestaat.
Tot voor kort waren er weinig gevallen van overbelasting op het laagspanningsnet. Toch zijn ook hier de eerste geluiden van overbelasting. In 2021 kwamen er 3200 klachten binnen van mensen die storing hadden door te hoge spanning. Overbelasting kan bijvoorbeeld ontstaan in een straat waar veel zonnepanelen liggen.
Schakel de omvormer uit met de zwarte Aan/Uit (DC-)schakelaar op de omvormer. Wacht tot de omvormer zichzelf uitgeschakeld heeft, dit duurt ongeveer 1 minuut. Schakel de groep voor de zonnepanelen uit in de meterkast, of schakel de werkschakelaar uit.
De niet-verbruikte stroom wordt teruggeleverd aan het energienet. Als er relatief veel zonnepanelen in uw buurt zijn, kan dit leiden tot zogenoemde 'files' op het elektriciteitsnet. Het kan dan voorkomen dat zonnepalen tijdelijk geen energie kunnen terugleveren.
Ja, bliksem kan inslaan op uw zonnepanelen. Als de bliksem inslaat op uw woning, is dit normaal gesproken op het hoogste punt van uw woning. In de meeste gevallen zal de bliksem niet inslaan op uw zonnepanelen als u een schuin dak heeft.
Netspanning en omvormers
Op een zonnige dag kan het voorkomen dat de omvormer veel vermogen wil terugleveren en dat er tegelijkertijd weinig stroom wordt verbruikt in het huishouden. De netspanning loopt op, de limietwaarde wordt bereikt en de omvormer wordt uitgeschakeld.
Kan ik zonnepanelen schoonmaken met kraanwater? Ja, het is mogelijk om uw zonnepanelen schoon te maken met kraanwater, echter geeft dit niet het optimale effect. Door uw zonnepanelen enkel te reinigen met kraanwater blijft hardnekkig vuil vaak achter.
Volgens de nieuwe NEN1010 is het verplicht voor installateurs om een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer, zodat u veilig werken aan de omvormer indien noodzakelijk. Voornamelijk belangrijk als met meerdere mensen aan de set wordt gewerkt, of als de omvormer ver van de groepenkast hangt.
Werken zonnepanelen ook bij stroomuitval? In principe niet. De zon kan wel schijnen en de zonnepanelen doen hun werk maar de omvormer zet de energie niet op het net.
Het lijkt zo gemakkelijk. Je legt een paar zonnepanelen op je dak of op je balkon, steekt de stekker in het stopcontact en het besparen op de energierekening begint. Zeker met de huidige energieprijzen zijn deze plug and play setjes een uitkomst voor mensen met een variabel energiecontract.
Heb je minder dan 13 zonnepanelen? Dan heb je een 1 fase omvormer nodig. Liggen er 13 of meer zonnepanelen op je dak? Dan kun je kiezen voor een 3 fase omvormer.
Teveel geproduceerde stroom kun je terugleveren aan het net (oftewel je energieleverancier). Dit heet salderen. Als de salderingsregeling wordt afgebouwd vanaf 2025 is het dus slim om je stroomverbruik af te stemmen op je stroomproductie. Een ander alternatief is het plaatsen van een accu.
Dat wil zeggen dat de stroom die uit paneel 1 komt vervolgens door paneel 2 loopt, enzovoorts. Dus als er door 1 zonnepaneel, door een defect of (tijdelijke) schaduw, minder stroom loopt, leveren ook de andere zonnepanelen in de serie minder stroom.
Op een zonnige dag kan het voorkomen dat de omvormer veel vermogen wil terugleveren en dat er tegelijkertijd weinig stroom wordt verbruikt in het huishouden. De netspanning loopt op, de limietwaarde wordt bereikt en de omvormer wordt uitgeschakeld.
Het schoonmaken van zonnepanelen doe je ongeveer eens per 5 jaar. Vaak is dat voldoende. Kijk hierbij wel goed naar de weersomstandigheden. Als het weinig regent, is het verstandig om de zonnepanelen wat vaker te reinigen.
De stroom van je zonnepanelen gaat eerst naar de omvormer en wordt daar omgezet in bruikbare stroom. Die loopt naar de meterkast en wordt van daaruit verdeeld naar de apparaten in huis die op dat moment stroom nodig hebben. De stroom die 'over' is, stroomt door naar het elektriciteitsnet.
Als je meer stroom opwekt dan je zelf verbruikt, krijg je een terugleververgoeding van je energiemaatschappij. Dit heet ook wel een kale vergoeding. De terugleververgoeding ligt tussen de 4 en 9 cent per kWh. Hieruit wordt zo weinig winst gemaakt dat dit ook niet aantrekkelijk genoeg is voor de consument.
Want met het toenemend aandeel van zonne-energie is het stroomaanbod 's nachts veel lager dan vroeger. Dus wen er nu vast aan en zet je wasmachine en afwasmachine vanaf morgen vooral midden op de dag aan.
Indien u geen terugleveringscontract afsluit met uw elektriciteitsleverancier, wordt de elektriciteit die u produceert, maar niet onmiddellijk zelf verbruikt (productieoverschot) 'gratis' op het net geïnjecteerd.
Een standaard systeem van zonnepanelen met een stekker bestaat uit 2 panelen met een maximaal vermogen van 600 Wp. Dat komt doordat je niet meer dan dit vermogen op een stopcontact mag aansluiten als er ook andere apparaten op die stroomgroep zijn aangesloten. Dit is wettelijk zo geregeld.