Een klassiek sonnet is een rijmend gedicht van 14 regels en met de volgende structuur: eerst twee kwatrijnen en daarna twee terzinen.De wending komt meestal na de tweede strofe, maar later in het gedicht komt ook voor. Een klassiek sonnet noemt men ook wel een Petrarcasonnet.
Een voorbeeld van een liefdesgedicht in de vorm van een sonnet is het volgende beroemde gedicht van de zeventiende eeuwse dichter P.C. Hooft: 'Mijn lief, mijn lief, mijn lief. ' Zo sprak mijn lief mij toe, dewijl mijn lippen op haar lieve lipjes weidden.
Het Italiaanse sonnet bestaat uit vier strofen en 14 regels. De eerste twee strofen, het octaaf, bestaan uit vier regels, de kwatrijnen. De laatste twee strofen, het sextet, bestaan maar uit drie regels, de terzinen. Na het octaaf komt een chute, een plotselinge wending in de inhoud van het gedicht.
Het rijmschema is vaak abba abba cdc dcd. Maar ook andere rijmschema's worden gebruikt, zoals abba/abba/cde/cde. In het octaaf wordt het omarmend rijm van de eerste strofe vaak omgedraaid in de tweede: abba baab.
Veel Europese dichtvormen kennen dan ook een voorschreven metrum. Dit geldt bijvoorbeeld voor het sonnet. Het voorgeschreven metrum van een sonnet is 5 jambes per versregel. Een jambe is de opeenvolging van één onbeklemtoonde en één beklemtoonde lettergreep (∪ —).
Metrum of (vers)maat (Grieks: μέτρον, maat) is de combinatie van beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen. De term wordt vooral in de muziek en de poëzie gebruikt. In de muziek spreekt men van maat, in de poëzie van versvoet of versmaat. Het is een belangrijke component binnen de traditionele metriek.
Zo noem je een strofe met twee regels een distichon, met drie regels een terzine en heb je verder een kwatrijn (4), quintet (5), sextet (6), septet (7), octaaf (8) en een novet (9). Hierbij wordt over het algemeen het meeste gebruik gemaakt van kwatrijnen, quintetten of sextetten.
Een strofe is een onderdeel van een gedicht en bevat doorgaans een zekere gedachte-eenheid. Het uiterlijke kenmerk van de strofe is dat er zich voor en na de strofe een witregel bevindt. Een strofe in een gedicht kan worden vergeleken met een alinea in een tekst.
Enjambement is het doorlopen van een zin over twee (of eventueel meer) versregels. De mogelijke redenen om dit te doen zijn onder andere: Het creëren van ongebruikelijk rijm.
Toelichting definitie kwatrijn
Het rijmschema van een kwatrijn is bij voorkeur abab of aaba, maar andere rijmschema's komen ook vaak voor. Naast kwatrijn als dichtvorm, gebruiken wij de term kwatrijn ook vaak om een vierregelige strofe binnen een gedicht aan te duiden.
Een rondeel is een gedicht waarvan bepaalde regels op afgesproken plaatsen terugkomen. Het rondeel dat vrij gemakkelijk met kinderen te schrijven is, telt acht regels. Regel 1 komt terug als regel 4 en als regel 7. Regel 2 is precies hetzelfde als regel 8.
rijmschema (a, b, b, a) waarbij twee rijmende versregels steeds worden omsloten door twee andere op elkaar rijmende regels.
Omslag in het gedicht (met name in het sonnet), waarbij hetgeen daarvoor is geschreven op een andere wijze wordt belicht.
Een limerick is een dichtvorm van vijf regels met een vrij strak metrum: twee regels met drie amfibrachen (∪—∪ ∪—∪ ∪—∪), twee regels met een amfibrachys en een jambe (∪—∪ ∪—) en afgesloten door weer een regel met drie amfibrachen. Het rijmschema is a a b b a.
Definitie vrije vers
Het vrije vers is een gedicht zonder regelmatige strofebouw, zonder rijmschema, zonder een vooraf bepaald metrum en zonder gelijke regellengtes.
Een sonnet is een gedicht van 14 regels en nog wat andere kenmerken.
Een metrum is niets anders dan: een regelmatige afwisseling van beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen, die in het hele gedicht is volgehouden. Je ziet hier een vaste afwisseling: zwak - sterk - zwak - sterk - zwak - sterk, enz. Dit metrum wordt een jambe genoemd.
Hoe weet je waar de klemtoon van een woord ligt? Duidelijke regels zijn er dus niet. Maar als je wilt weten waar de klemtoon van een woord ligt moet je proberen de nadruk in een woord steeds op een andere plek te leggen. Vaak hoor je dan wel of het goed klinkt of niet.
Definitie. Een trochee is net als een jambe een versvoet. Hij bestaat uit twee lettergrepen, eerst een beklemtoonde en dan een onbeklemtoonde. De klemtoon in een trochee valt dus zo: DA-dum.
Kwatrijn: een gedicht met 4 regels. De rijm hierin kan AABB, ABBA of ABAB zijn (zie het volgende kopje 'soorten rijm').
Als je de eerste versie van een gedicht af hebt, is het eigenlijk nog lang niet klaar. De meeste succesvolle gedichten kennen meerdere versies, soms wel meer dan tien. Als je een gedicht af hebt, laat het dan een dag of twee liggen.
Een gemiddeld en goed gedicht moet namelijk zo'n 16 tot 20 regels bevatten. Dat zijn vier strofen. "Zie je dat niet zitten, ga dan voor iets extreems", vindt professioneel dichter Martin Gijzemijter. "Dus maak juist een ijzersterk gedicht van maar vier regels.