Bij een eerstegraads brandwond is de (opper)huid nog niet beschadigd. De huid is rood, droog, pijnlijk en soms wat gezwollen. Denk bijvoorbeeld aan een in de zonverbrande huid. Bij een oppervlakkige tweedegraads brandwond is de huid beschadigd.
1e graads: alleen bovenste laag van de huid is verbrand en rood.2e graads: ondiepe: bovenste laag huid is verbrand en egaal rozerood met blaar. Diepe: kleur huid is deel rood, deels verkleurd. Diepere huidstructuur intact.
Bij een ondiepe verbranding (tweedegraads verbranding): een rode, pijnlijke, soms glanzende huid met blaren. Bij een diepe of volledige verbranding (derdegraads verbranding): een droge, wit perkamentachtige huid of juist een zwarte kleur. Het doet nauwelijks pijn.
Behandeling van brandwonden
Voor eventuele pijnstilling kunt u paracetamol (500 mg) nemen. 1e graads brandwonden worden behandeld met een crème zoals after sun of vaseline. 2e en 3e graads brandwonden worden behandeld met Flammazine® of Flammacerium® .
Tweedegraads brandwonden gaan meestal binnen 14 dagen over. Je houdt er bijna nooit littekens aan over. Deze brandwonden kun je soms zelf behandelen, maar soms is behandeling door een arts nodig. Diepe tweedegraads brandwonden en derdegraads brandwonden moeten altijd door een arts worden behandeld.
Raak de brandwond niet aan. Zo hou je de kans op een ontsteking klein. Smeer niets op de brandwond. Bij een open wond of blaren: Doe er plastic huishoudfolie, een schone doek of een vet gaas op.
U dient medische hulp te zoeken - dezelfde dag nog of met spoed - voor eerstegraads- of tweedegraadsbrandwonden als de brandwond groter is dan vijf tot zeven centimeter of als de brandwond zich op uw gezicht, hoofdhuid, geslachtsdelen, handen, voeten of grote gewrichten bevindt .
Smeer nooit huismiddeltjes als tandpasta of mayonaise op een brandwond. Eerstegraads brandwonden moet u goed vet houden met vaseline. Op tweedegraads en derdegraads brandwonden moet u iedere dag nieuw verband doen.
Oppervlakkige brandwonden houd je eerst een aantal minuten onder koud water. Daarna smeer je er een genezende huidcrème of zalf tegen brandwonden op. Die haal je bij de apotheek. Tot slot omzwachtel je de wonde met een steriel verband.
Verwijder strakke items, zoals ringen of kleding, zo snel mogelijk van het verbrande gebied. Breek een blaar niet als deze groter is dan uw pinknagel. Als de blaar toch breekt, maak deze dan schoon met milde zeep en water. Breng een antibiotische zalf aan en bedek het gebied met een verband of gaas .
Douchen en wassen
zijn niet goed. De wond wordt er niet schoner van. Daarnaast verstoort dit de wondomgeving, en droogt de wond uit. De genezing duurt hierdoor langer.
Er is een wond. De wond is roodachtig-wit, nat en erg pijnlijk.Er ontstaan blaren, waarbij de huid vaak niet meer heel is. Op sommige delen van het lichaam wordt de huid heel dik (bijvoorbeeld op de rug of het been) Genezing: meestal tussen de 3-6 weken.
Brandwonden behandeling (2e en 3e graads)
Koelen met water: laat minstens 10 minuten lauw en zacht stromend water over de wond stromen. Lauw om onderkoeling en sluiten van de huid te voorkomen, een zachte straal om zo weinig mogelijk pijn te veroorzaken.
Bij een eerstegraads brandwond is alleen de opperhuid aangetast, bij een tweedegraads brandwond vaak ook de lederhuid en bij een derdegraads verbranding zijn ook de zenuwen aangetast. Een eerste- en tweedegraads brandwond zijn (zeer) pijnlijk, terwijl u bij een derdegraads brandwond weinig pijn voelt.
Kenmerken van een eerste graads brandwond
Dat komt doordat de huid niet stuk is, er is dus geen sprake van een wond. LET OP! Als je andere verschijnselen hebt (beschadigde huid, nat, rood/witte kleur, koorts, rillingen, hoofdpijn, blaren, etc.), heb je een tweedegraads brandwond of erger. → Bel de huisarts om advies!
De verbrande plek is rood of roze, pijnlijk, droog, zonder blaren. Een verbrande huid door de zon is hier een voorbeeld van. Het valt te vergelijken met een ontstekingsreactie, aldus de Brandwondenstichting, en na een paar dagen verdwijnen de onaangename verschijnselen.
Veelzijdig: Flamigel®kan gebruikt worden voor lichte wonden (bv.schaafwonden, snijwonden), oppervlakkige open wonden en oppervlakkige brandwonden (inclusief deze veroorzaakt door radiotherapie).
Na het afdrogen met een schone handdoek, brengt u zo nodig nieuwe zalf en verband aan. Zolang de huid niet volledig is genezen moet zwemmen worden afgeraden.
Voordat u een nieuwe crème-laag aanbrengt, verwijdert u de oude crème-laag met steriel gaas en water of een verdunde zoutoplossing (fysiologisch zout). De duur van de behandeling is afhankelijk van de onderliggende ziekte.Vraag uw arts na 2 weken om advies.
Op het etiket van Vaseline staat duidelijk vermeld dat dit product bedoeld is voor lichte brandwonden. Ons onderzoek heeft inderdaad aangetoond dat het product de gezonde genezing van lichte brandwonden ondersteunt , omdat het de beschadigde plek beschermt tegen bacteriën zonder het genezingsproces te verstoren (zie bmj.com voor bewijs).
Het duurt twee tot vijf dagen voordat je huid weer hersteld is van verbranding. Ga dus niet de dag na je verbranding gelijk weer op een bedje in de zon liggen. Het advies van huisartsen is om altijd minstens drie dagen uit te zon te blijven na verbranding, om je huid te tijd te geven om te kunnen herstellen.
Eerstegraads verbranding
Daarom noemen we het geen brandwond, maar een verbranding. Een eerstegraads verbranding kan erg pijn doen. De huid is rood en/of roze verkleurd, droog en soms een beetje gezwollen. Na een paar dagen gaat het over.
Bel een ambulance of ga direct naar de dichtstbijzijnde spoedeisende hulp als: de brandwond diep is, ook al voelt de persoon geen pijn . de brandwond groter is dan een muntstuk van 20 cent. de brandwond de luchtwegen, het gezicht, de handen of de geslachtsdelen betreft.
Bij ernstige brandwonden kan de behandeling, na eerste hulp en nadat een zorgprofessional naar uw brandwonden heeft gekeken, een of meer van de volgende handelingen omvatten: medicijnen, wondverbanden, therapie en chirurgie . De doelen van de behandeling zijn om pijn te beheersen, dood weefsel te verwijderen, infectie te voorkomen, het risico op littekens te verlagen en de functie te herstellen.