Van een bacterie kunt u ook ziek worden. Dit gebeurt wanneer een bacterie gaat zitten op een plek waar hij niet hoort. Hier zorgt de bacterie dan voor een infectie. Een bacterie kan in uw lichaam zitten, maar ook in een wond of in de bloedbaan.
Als een bacterie, schimmel of virus je lichaam binnendringt en zich daar vervolgens vermenigvuldigt, spreken we van een infectie. Die kan leiden tot een ontsteking: een beschermingsreactie van je lichaam op de beschadiging van bepaalde lichaamsweefsels, zoals de huid, spieren, gewrichten en organen.
Een bacteriële infectie krijg je doordat kleine eencellige organismen – bacteriën - je lichaam binnendringen. Er zijn veel soorten bacteriën en ze hebben elk verschillende effecten op het lichaam, afhankelijk van hoe je wordt blootgesteld en welk lichaamsdeel geïnfecteerd wordt.
Op en in ons lichaam leven miljoenen bacteriën. Ze zitten op onze huid en in onze mond, keel en darmen. Bacteriën hebben een functie in onze afweer tegen virussen, schimmels en andere bacteriën. Als een voor het lichaam onbekende bacterie binnendringt, kan dit een infectie veroorzaken.
Als je een bacterie of virus hebt kun je deze via je handen overdragen op andere mensen. Bijvoorbeeld doordat je je handen niet goed hebt gewassen nadat je in je handen hebt gehoest of naar het toilet bent geweest. Het virus of de bacterie kan dan via de handen op andere voorwerpen komen.
De bacterie zit in de ontlasting van iemand die de bacterie bij zich draagt. Iemand die een infectie met STEC heeft, kan anderen besmetten via de handen. Na bezoek aan het toilet kan de bacterie op bijvoorbeeld de wc-bril, de spoelknop, de kraan of de deurklink zitten.
Op nummer 1 van de lijst staat volgens de organisatie de Acinetobacter baumannii, een ziekenhuisbacterie. Vooral de luchtwegen en de longen worden aangetast door de bacterie. Maar ook salmonella, staphylociccus aureus of Neisseria gonorrhoeae komen op de lijst voor.
Hoe krijg ik griep? Griepvirussen zitten in druppeltjes snot, slijm en speeksel. Door praten, hoesten en niezen verspreiden de virussen zich. Als iemand de druppeltjes inademt, kan deze persoon besmet raken.
De oorzaak is meestal een zeer klein wondje waar net de verkeerde (huid)bacterie in terecht komt. Deze huidbacterie draagt iedereen bij zich en is principe onschuldig. Vaak staat het opgelopen wondje niet in verhouding met de pijnklachten die mensen ervaren.
Als de ziekteverwekker een bacterie is, krijgt u meteen antibiotica. Komt de infectie door een virus, schimmel of parasiet, dan krijgt u een andere behandeling. Als u een abces heeft of een ontstoken infuus, proberen we de ziekteverwekker uit uw lichaam te halen.
Desinfectie is het onschadelijk maken van micro-organismen zoals bacteriën, schimmels en virussen op (levenloze) oppervlakken, of intacte huid. Dit kan met bijvoorbeeld alcohol. Schoonmaken met water en zeep of allesreiniger zorgt er ook voor dat het aantal micro-organismen kleiner wordt.
Een longontsteking kan ontstaan door virussen of bacteriën. Meestal wordt een longontsteking veroorzaakt door een pneumokokkenbacterie. Ook een griepvirus (influenzavirus) of het nieuwe coronavirus kunnen een longontsteking veroorzaken. Het is niet altijd duidelijk waardoor de longontsteking is veroorzaakt.
Het wordt verspreid via de lucht, via voedsel of aanraking. Om zich te vermeerderen heeft het een levende gastheer nodig: lichaamscellen van mensen en dieren.
Een temperatuur tussen 10 °C en 40 °C. Onder het vriespunt delen ze zich niet meer, maar blijven ze wel in leven als in een soort winterslaap. Bij temperaturen hoger dan 75 °C, bijvoorbeeld tijdens het koken, gaan bacteriën dood.
Een verkoudheid verloopt steeds volgens dezelfde fases. Het verkoudheidsvirus heeft je gevonden en komt via je neus, ogen, of mond in je lichaam terecht. Na 2 tot 3 dagen steken vervelende symptomen de kop op. Hier beleef je de ergste dagen van je verkoudheid.
Mensen kunnen ziek worden van zowel virussen als bacteriën. Een goede weerstand zorgt ervoor dat u minder snel ziek wordt door deze ziektemakers.
Bovenaan de lijst staan 3 bacteriesoorten die een gevaar vormen in ziekenhuizen en verzorgingstehuizen. Ze zijn resistent tegen een groot aantal verschillende medicijnen en veroorzaken vaak dodelijke infecties in de bloedbaan of longen. Ziekenhuisbacterie Acinetobacter baumannii voert de lijst aan.
Uit onze bevindingen blijkt dat meer dan de helft van alle bacteriële sterfgevallen wereldwijd in 2019 te wijten was aan vijf bacteriële pathogenen: Staphylococcus aureus, Escherichia coli, Streptococcus pneumoniae, Klebsiella pneumoniae en Pseudomonas aeruginosa .
Het grootste verschil tussen een bacterie en een virus is dat een bacterie een eencellig micro-organisme is. Het is een levendige cel, iets wat niet voor een virus geldt. Een virus is namelijk geen organisme en het heeft ook geen eigen cellen.
Allereerst, E.coli. Dit is een bacterie die veel voorkomt in de darmen van mensen en dieren, en daarom wordt hij in de media de 'poepbacterie' genoemd. Deze bacterie is wijdverspreid en eenvoudig te detecteren, waardoor drinkwaterbedrijven het water hierop controleren.
De poepbacterie kun je niet zien of ruiken. Je weet dus alleen of er E. coli in het drinkwater zit als je hiervan een melding krijgt. Bij het aantreffen van de bacterie in drinkwater worden de desbetreffende bewoners geïnformeerd en geldt een kookadvies.
In en op je lichaam zitten zo'n honderd miljard micro-organismen; honderden verschillende soorten bacteriën, schimmels en virussen. Op de huid, in de mond, in de vagina, en vooral in de darm. Samen vormen ze het microbioom. Een mens bestaat uit evenveel bacteriën als menselijke cellen.