Als je de witte bonen wilt eten, laat je ze eerst rijp worden. Op het moment dat de groene schil van de boon geel en droog is geworden, kan je ze oogsten. De meeste mensen eten echter de boontjes groen.
Normaal gesproken wilt u oogsten zodra uw peulen de gewenste lengte hebben bereikt. De zaden beginnen zich net te vormen, dus u kunt ze van buitenaf nauwelijks zien . De peulen zijn nog lekker zacht. (In dit stadium zijn ze technisch gezien nog onrijp fruit).
Als het boontje op het breukvlak groen en sappig is, is het tijd om de sperziebonen te oogsten.
Bonen oogsten
Heel wat bonen kan je van april tem juli zaaien! Later zorgt ervoor dat je ook in de herfst nog bonen kunt oogsten. Afhankelijk van de soort zijn ze oogstklaar tussen de 50 à 90 dagen. In de zomer moet je zeker twee keer per week oogsten zodat de planten steeds nieuwe bloemen aanmaken.
Bonen houden van warmte. De tijd dat je ze in ons land kunt telen is beperkt tot de zomermaanden. Als je in tijd heel secuur en consequent zaait (van vroeg tot laat) kun je ze in principe tussen eind juni en begin tot half oktober (afhankelijk van het weer) oogsten en eten.
Zodra de peulen op de plant zijn gedroogd , is dit het moment om bonenzaden te oogsten. Haal de peulen van de planten en leg ze ten minste twee weken binnen te drogen. Nadat de twee weken na het oogsten van de bonenpeulen zijn verstreken, dop je de bonen of je kunt de zaden in de peulen laten zitten tot het plantseizoen.
Rond half juli kan men de laatste bonen in volle grond zaaien.
De bonen zijn gaar als ze allemaal zacht zijn . Je kunt dit testen door een boon of twee met een vork tegen de zijkant van de pan te drukken. De bonen moeten makkelijk inzakken, maar niet papperig worden.
Bij warm weer kan het zijn dat er iedere twee dagen water nodig is. Als je de bruine bonen in de grond plant is het nodig om ze hierna even goed water te geven. Daarna is een keer per week voldoende. Wanneer de grond droog is, kun je extra water geven.
Wanneer in het seizoen
Sperziebonen uit Nederland zijn van juli tot en met september beschikbaar.
Bonen verdelen we onder in de manier waarop ze groeien. Staak- of stokbonen groeien in de hoogte, men noemt ze ook wel hoge bonen. Ze groeien wel tot 2 à 3 meter hoog. Struik- of stambonen groeien niet hoger dan een halve meter, men noemt ze ook lage bonen.
Hoe weet ik of de sperziebonen uit blik/glas niet goed meer zijn? De sperziebonen zijn dan beschimmeld, verkleurd of troebel. Dit bederf herken je snel door goed te kijken, ruiken of zelfs proeven. Goed wassen, puntjes eraf snijden, eventueel in tweeën breken en met water aan de kook brengen.
Bonen zorgen zelf voor stikstof doordat ze stikstof uit de lucht opslaan in de wortelknobbeltjes (stikstofsynthese). Daarom hebben ze weinig bemesting nodig. Compost van plantaardig materiaal is ideaal. Ook om bonenvliegen tegen te gaan, die afkomen op stalmest.
Oogst waxbonen wanneer ze een aangename gele tint hebben gekregen . De steel en de punt van de boon kunnen in dit stadium nog groen zijn. De boon zal stevig doormidden breken wanneer deze wordt gebogen en de lengte van de boon zal glad aanvoelen zonder bulten van de zich ontwikkelende zaden.
Bonen zaai je van begin mei tot eind juni. Dan moet het wel warm en droog zijn, want bij kou en regen komen de bonen niet goed op. En laat dat nu net geen garantie zijn in Nederland. Bovendien zijn de jonge zaailingen erg kwetsbaar voor nachtvorst.
U kunt op elk gewenst moment beginnen met oogsten, maar tuinders wachten meestal tot de bonen stevig worden en kunnen worden afgebroken . Ze zijn dan ongeveer zo dun als een potlood. Wacht niet te lang, want bonen kunnen bijna van de ene op de andere dag te groot en taai worden.
Oogsten. Groene bonen zouden 45 tot 60 dagen na het planten klaar moeten zijn voor de oogst, afhankelijk van de variëteit. Oogst bonen terwijl ze nog onrijp zijn en niet volledig ontwikkeld. Dit zal een boon opleveren die smakelijker en malser is.
Het hoogteverschil kan erg groot zijn. Zo worden de meeste struikbonen ongeveer 40 tot 50 centimeter hoog, waar stokbonen soms wel een hoogte van 3 tot 4 meter kunnen bereiken.
Het advies is om minimaal 1 keer per week peulvruchten te eten. Vlees is die dag dan niet meer nodig. Peulvruchten bevatten namelijk net als vlees eiwit, ijzer en vitamine B1. Bepaalde essentiële aminozuren komen in plantaardige producten minder of in een andere verhouding voor dan in dierlijke producten.
Symptomen van acute vergiftiging kunnen zijn : braken, diarree en buikpijn . Lectinen zijn hittegevoelige glycoproteïnen die wijdverspreid voorkomen in peulvruchten en sommige oliehoudende zaden.
Laat de peulen aan de planten zitten om volledig te rijpen en oogst ze vervolgens als ze droog zijn, in de late zomer of vroege herfst .
Nadat je de bonen hebt schoongemaakt, plaats je ze in een kom met koud water. Dit helpt om ze fris en knapperig te houden. Zorg ervoor dat de bonen volledig ondergedompeld zijn in het water en bewaar ze in de koelkast. Het water helpt om uitdroging te voorkomen en de versheid te behouden.
Zaai boontjes 2 tot 4 cm diep. In zandgrond kun je iets dieper planten, in kleigrond iets minder diep. Zaai of Plant struikbonen 8 cm uit elkaar en de rijen 40 cm tussen de rijen. Voor stokbonen zet je om de 50 cm een stok die je diagonaal plaatst recht tegenover een andere stok.
Maar welke groenten hebben dan wel extra voedingsstoffen nodig? Dat zijn onder andere: bonen, druiven, kool- en bladgewassen, tomaten, courgette, aardbeien, pompoen, komkommer, prei en paprika kunnen wel wat extra's gebruiken. Één van de belangrijkste voedingsstoffen die je kunt aanvullen is kalk.
Om te ontkiemen hebben bonen veel warmte nodig. Als het buiten maar een beetje koud of regenachtig is, komen ze al snel niet op of worden zijn de zaailingen erg kwetsbaar. Daarom laat je ze binnen ontkiemen in een potje met MM-voorzaaimix.