Als vuistregel houden wij, bij GYZS, aan dat de schroeflengte 2,5x de dikte van het te schroeven materiaal moet zijn. Om een voorbeeld te geven: om een plank van 20mm vast te schroeven gebruik je het beste een schroef van 50mm lang.
De platkop houtschroef heeft een taps toelopende kop, die in de ondergrond kan verzinken. als het hout zacht genoeg is (bijvoorbeeld: vurenhout) of het boorgat geruimd is met een verzinkboor. Ook bij de platkop houtschroef loopt de schroefdraad niet helemaal door tot aan de kop.
Er worden altijd twee maten in millimeters aangegeven. Bijvoorbeeld: '4,5 x 45' betekent dat de schroef een doorsnede heeft van 4,5 mm en 45 mm lang is. De lengte van de schroef heeft altijd betrekking op de lengte van de punt van de schroefdraad tot de bovenkant van de kop.
2,5 keer de dikte van de plank. Dus bij een plank van 21 mm dik gebruik je een schroeflengte van 21 x 2,5 = +/- 50 mm. Al onze schroeven hebben al de juiste diameter die bij de schroeflengte hoort.
De diameter (dikte) van een schroef wordt gemeten op het schroefdraad (d) en niet er tussen (d1). Om dit op te meten kan je gebruik maken van een schuifmaat. Met een rolmaat of duimstok is dit niet nauwkeurig te meten.
Bij montage op metaal verdienen schroeven met een fijne draad de voorkeur, bij montage op hout kunt u beter een schroef met een grovere schroefdraad gebruiken. Let erop dat als je pluggen voor een gipsplaat nodig hebt je hier de speciale gipsplaatpluggen voor kiest.
Gebruik een schuifmaat om de diameter om de 1e, 4e en laatste volle draadgang op te meten. Als de diameter bij de een buitendraad oploopt, of bij een binnendraad afloopt, is er sprake van een conische draad. Als de diameter op de verschillende meetpunten gelijk is spreken we van een rechte draad.
Metrische draad voorbeeld: M8
Hier wordt gerefereerd naar een metrische draad van 8 mm met een grove spoed. De spoed afmeting is volgens 1 mm volgens tabel 6).
De diameter van de boor moet overeen komen met de diameter van de plug. Bij een plug met een diameter van 6 mm gebruik je een boor met een diameter van 6 mm. Door dezelfde diameter te gebruiken, zorg je dat de plug strak in de muur komt te zitten. Vervolgens kan je de schroef in de plug draaien.
De juiste maat plug is afhankelijk van de dikte van de schroef. Voor schroeven van 2,5 – 3,5 mm gebruikt u een plug van 6 mm, voor schroeven van 4,5 – 6 mm. een plug van 8 mm. De maat van de boor die u gebruikt, is hetzelfde als de maat plug: dus heeft u een plug van 6 mm doorsnee dan gebruikt u een 6 mm boor.
Als je geen platte schroevendraaier hebt, kun je eigenlijk ieder plat voorwerp gebruiken om de schroef te verwijderen. Gebruik een kaart. Probeer een plastic kaart zoals een creditcard te gebruiken om de schroef los te draaien. Zet de rand van de kaart in de groef en draai tegen de klok in om de schroef los te maken.
Wil je u beslag en scharnieren bevestigen op uw deuren of ramen? Dan kun je het beste gebruik maken van beslag schroeven. Deze schroeven zijn speciaal hiervoor ontwikkeld en hebben een kleinere kop dan de universeelschroeven. Ook zijn beslag schroeven niet voorzien van freesribben.
De gipsplaatschroeven met een grove draad zijn uitstekend geschikt bij een houten onder constructie.
Voorbeeld: wil je schroefdraad M8 tappen dan moet je een gat boren van 6,8 mm. Machine tappen zijn geschikt om in een boormachine of speciale tapmachine te gebruiken.
Je maakt als het ware plaats voor de schroef of het grotere gat, waardoor het materiaal minder snel zal barsten. Voorboren gebeurt standaard met een kleinere diameter dan het uiteindelijke gat. Voor een gat van 8 tot 10 mm, volstaat het om voor te boren met een diameter van 4 à 5 mm.
Wanneer je iets wilt bevestigen aan metaal, kun je daarvoor verschillende soorten bouten en schroeven gebruiken, zoals: zeskantbouten, zeskanttapbouten, binnenzeskantbouten, stelschroeven, slotbouten, metaalschroeven en plaatschroeven.
Voor het schroeven in metaal gebruikt u bij voorkeur roestvaste zelftappende metaalschroeven. Door hun scherpe boorpunt kunnen deze schroeven boren door dunne lagen metaal. En schroeven zich vervolgens vast aan het het onderliggende materiaal.