Voordat de school uw kind toelaat, moet de school bij het samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen. Dit is een bewijs dat uw kind recht geeft op een plek in het speciaal onderwijs. Deskundigen adviseren het samenwerkingsverband of uw kind (voortgezet) speciaal onderwijs nodig heeft.
Er zijn verschillende soorten speciaal (basis)onderwijs. Er zijn bijvoorbeeld scholen die speciaal onderwijs (SO) bieden aan leerlingen die zeer moeilijk leren, deze leerlingen hebben vaak een IQ onder de 70. Er zijn ook scholen die speciaal onderwijs bieden aan kinderen met een lichamelijke of meervoudige beperking.
Het speciaal basisonderwijs (SBO) is bedoeld voor leerlingen die het niet redden op de gewone basisschool. Leerlingen die leerproblemen en|of gedragsproblemen hebben. Kinderen kunnen meerdere hulpvragen tegelijk hebben. Kinderen die het te moeilijk vinden om het op de gewone school bij te benen.
Speciaal onderwijs is voor leerlingen met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking en voor leerlingen die psychische problemen of gedragsproblemen hebben. Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die zich in het regulier onderwijs niet optimaal ontwikkelen.
Bijzondere scholen kunnen leerlingen soms weigeren. Dat kan bijvoorbeeld als ouders de grondslag van de school niet onderschrijven. Voor aanmelding op een school voor voortgezet onderwijs moet de school zich baseren op het basisschooladvies.
Ouders kunnen een geschil indienen tegen het schoolbestuur over: (de weigering van) toelating van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. de verwijdering van alle leerlingen. de vaststelling en bijstelling van het ontwikkelingsperspectief voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben.
Het speciaal onderwijs is er voor leerlingen die specialistische of intensieve begeleiding nodig hebben. Bijvoorbeeld omdat zij een handicap of stoornis hebben. Uw kind moet toestemming krijgen om speciaal onderwijs te volgen. Dit is een toelaatbaarheidsverklaring.
Speciaal basisonderwijs (SBO)
Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die het niet redden op een gewone school. Het gaat vaak om kinderen met leerproblemen of gedragsproblemen, zoals ADHD, dyslexie, autisme of kinderen die moeite hebben met leren.
De voordelen. Het belangrijkste voordeel van speciaal onderwijs is dat er extra aandacht is voor je kind, of dat nu een gedragsprobleem is of een psychische stoornis. Ook zijn de klassen een stuk kleiner en laat de docent de kinderen nooit alleen. De dochter van Michel – “een frietje moeilijk” – kwam “enorm tot rust”.
Elke school krijgt een vaste som geld voor het onderwijs aan een kind. Dat geldt voor gewone scholen en voor scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Daarnaast krijgt een school via het samenwerkingsverband een deel van het landelijk budget voor (extra) ondersteuning.
Een middelbare school mag uw kind maximaal een week schorsen. Uw kind heeft dan tijdelijk geen toegang tot de school of tot bepaalde lessen. Een school mag uw kind ook van school sturen. Schorsen en van school sturen zijn ordemaatregelen.
Een particuliere school kan een goede oplossing zijn voor een kind met dyslexie. Reguliere scholen hebben vaak grote klassen, waardoor weinig plaats is voor individuele begeleiding. Op een particuliere school daarentegen zijn kleine klassen het uitgangspunt. Daardoor is veel meer individuele aandacht mogelijk.
Een speciale school is iets anders dan een bijzondere school. Speciaal onderwijs is er namelijk voor leerlingen die niet meekomen op reguliere openbare of bijzondere scholen. Op een speciale school krijgen zij dan intensievere of specialistische begeleiding.
In het algemeen is IQ nog steeds de beste voorspeller voor schoolsucces. Fossen vond een vrij sterke samenhang (een correlatie van . 64) tussen IQ en schooltype in het voortgezet onderwijs in een gemengde steekproef van basisschoolleerlingen en leerlingen uit het speciaal (basis)onderwijs (Fossen, 2005).
Van 85 tot 115 spreek je van een normaal IQ. Boven de 115 is het IQ bovengemiddeld en boven de 130 spreek je van hoogbegaafd. Een IQ onder de 85 is beneden gemiddeld maar wordt ook wel zwakbegaafd genoemd. Een IQ tussen de 70 en 50 wordt licht zwakzinnig genoemd.
Er is een groot verschil tussen Pro en VSO. Pro is een schoolsoort. VSO is een vorm van ondersteuning. Toelating tot Pro gebeurt op basis van leerniveau en basisschooladvies zoals in de andere schoolsoorten zoals VMBO, Havo en VWO.
Passend onderwijs werd in 2014 ingevoerd en moest ervoor zorgen dat leerlingen met een beperking en gedragsproblemen beter begeleid zouden worden en vaker op een reguliere school kunnen blijven. Maar uit de recent verschenen Evaluatie Passend Onderwijs blijkt dat het niet alle verwachtingen zijn uitgekomen.
Van 2000 tot en met 2019 maakten jaarlijks 100 tot 110 duizend leerlingen gebruik van speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Relatief steeg het aandeel leerlingen dat gebruik maakte van deze speciale voorzieningen van 3,8 procent naar 4,3 procent van alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs.
Huiswerk: Kinderen met ADHD vinden het zelf moeilijk om te plannen en structuur aan te brengen, ondersteuning daarbij is onmisbaar. Heen en weer schriftje en / of agenda's zijn belangrijke hulpmiddelen. Leer het kind samen met de ouders een agenda bij te houden.
Het SBO is voor leerlingen die het op een reguliere basisschool (een gewone basisschool) niet redden. Deze leerlingen hebben een lichtere problematiek dan leerlingen op een SO-school.
Ja, een basisschool mag uw kind soms weigeren. Bijvoorbeeld als de school vol is. U kunt bezwaar maken als een school uw kind weigert.
Leerlingen die naar speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs, praktijkonderwijs of een tussenvoorziening gaan, hebben een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig. De school vraagt de TLV aan, niet de ouders. In de aanvraag schrijft de school welke ondersteuning de leerling nodig heeft.
Nadelen van speciaal onderwijs:
De school is vaak ver weg, waardoor uw kind misschien urenlang moet reizen. Uw kind maakt geen vriendjes in de buurt. Uw kind blijft misschien hangen op een bepaald niveau terwijl er meer in hem zit. Doorstroming naar het regulier voortgezet en hoger onderwijs is lastig.