Kakkerlakken voorkomen is het effectiefste. Dicht kieren en spleten, en maak ventilatieopeningen met een rooster of nylonkous ontoegankelijk voor de kruipende insecten. Je geeft de beestjes weinig kans door je huis – en vooral je keuken – schoon en droog te houden.
Kakkerlakken haten bijvoorbeeld de geur van laurierblaadjes en de geur van kattenkruid. Een eenvoudig huismiddeltje tegen kakkerlakken is dus het plaatsen van gemalen laurierblaadjes in de omgeving van de schuilplaatsen van de kakkerlakken in jouw huis. Je kunt ook wat kattenkruid in je huis rond strooien.
Kakkerlakken komen naar binnen als ze voedsel ruiken. Onderzoek heeft uitgewezen dat kakkerlakken vaak in groepen op voedselbronnen afgaan. In ieder huis zitten wel kleine kieren en spleetjes, cv-leidingen en ventilatiekanalen. Hier kunnen de kakkerlakken met gemak doorheen.
Kakkerlakken zijn vooral 's nachts actief. Overdag vluchten ze weg van licht en verbergen ze zich meestal in donkere, warme en vochtige ruimten, naden en kieren. Ze houden van temperaturen van 20 tot 30°C en voldoende vochtigheid.
Kakkerlakken komen 's nachts uit hun schuilplaatsen om voedsel te zoeken. Vinden ze niets, dan kunnen ze je een bezoekje komen brengen als je in bed ligt. Ze kunnen je in je gezicht, mond, vingers of handen bijten, mogelijk omdat ze vooral op deze plekken voedsel kunnen ruiken.
Je maakt gewoon een sopje van zeep en water wat dun genoeg is om met een plantenspuit te verstuiven. Dit goedje spuit je over de kakkerlakken, vooral over het hoofd en de buik. Een aantal druppels kunnen de kakkerlak al doden.
Waarschijnlijk heb je weleens gehoord dat je een kakkerlak nooit mag doodtrappen. Bij het doodtrappen van kakkerlakken zou er namelijk een geur vrijkomen die andere kakkerlakken aantrekt. Daarnaast zouden bij het doodtrappen een heleboel eitjes vrijkomen, welke enkele maanden later uitkomen. Dit is een fabel!
Als je één kakkerlak ziet, betekent dat helaas dat er waarschijnlijk meer zijn. Veel meer. Kakkerlakken verstoppen zich in scheuren en spleten in de buurt van voedselbronnen, en ze leven in groepen.
Sporen van uitwerpselen
Ze lijken op restjes gemalen koffie en zijn ongeveer 1 millimeter lang. Op muren en op andere verticale oppervlakken zien de uitwerpselen er langwerpig uit omdat ze uitgelopen zijn. De uitwerpselen zijn vooral te vinden in de nabijheid van de plaatsen waar kakkerlakken zich schuilhouden.
Ze staan erom bekend een groot aantal verschillende ziektekiemen, bacteriën en ziekteverwekkers op hun lichaam te dragen. Ook kunnen ze ziektes als salmonella overbrengen via hun ontlasting, urine, braaksel en soms speeksel. Deze ziekten kunnen worden overgebracht door geïnfecteerde open wonden of inademing.
Er zijn voldoende voorbeelden op het internet te vinden die Dubia-kakkerlakken voeren aan hun dieren: zoals aan kikkers, Schorpioenen, tarantulas sommige insectenetende vogels, (waaronder kippen) salamanders enz. Een dubia kakkerlak is een insect en alle dieren die insecten eten, kunnen ze dus eten.
Bovendien zijn kakkerlakken uitstekende klimmers. Dankzij een soort zuignapjes op hun poten kunnen kakkerlakken verticaal naar boven klimmen en zelfs ondersteboven lopen.
Vul een spuitflesje met 1 deel azijn, 4 delen water en doe er 15 druppeltjes tea tree olie bij. Verstuif alle plekken waar kakkerlakken komen en herhaal dit ook iedere dag. De kakkerlakken zullen razendsnel de pootjes nemen.
Warme en donkere plekken
Kakkerlakken zijn 's nachts actief. Ze zijn op zoek naar vochtig en zoet voedsel. Vinden ze dat niet, dan eten ze ook afval, huisstof, vetvlekken of zelfs textiel en papier. Overdag verschuilen kakkerlakken zich op warme donkere plekken, bij voorkeur achter de koelkast in de keuken.
De kakkerlak heeft kannibalistische neigingen als het voedselaanbod schaars is. Natuurlijke vijanden: o.a. kikkers, hagedissen, slangen, spinnen, mieren.
Kakkerlakken zijn heel erg sterke diertjes: ze kunnen tot wel 2 maanden zonder eten, maar slechts 1 à 2 weken zonder water. De kakkerlak kan een tijdje zonder hoofd leven, net zolang tot hij sterft door een gebrek aan water. Kakkerlakken verspreiden geursignalen, wat op zijn beurt soortgenoten aantrekt.
Kakkerlakken eitjes herkennen
Een eipakket ziet eruit als een klein kokertje met ribbeltjes. Het is bruin tot zeer donkerbruin van kleur en dient om de eitjes tegen allerlei invloeden van buitenaf te beschermen. Een volwassen kakkerlak (dit is altijd een vrouwtje) kan een eipakket op willekeurige plekken afzetten.
We moeten wel eerlijk zijn, ze worden niet erg oud. De gemiddelde levensduur van een Amerikaanse kakkerlak is ongeveer een jaar. Maar ze komen al wel heel lang voor op deze planeet. Een universiteit in Amerika heeft bewijs gevonden dat kakkerlakken al meer dan 300 miljoen jaar zouden bestaan.
Kakkerlakken bewegen zich voort met hun krachtige poten. Hiermee kunnen de kakkerlakken zeer goed sprinten en zelfs springen. Kenmerkend aan de Duitse kakkerlak zijn de donkere strepen op het halsschild en lange antennes die veel in beweging zijn.
Kakkerlakken dragen vele bacteriën, schimmels en virussen met zich mee. Onderzoek heeft uitgewezen dan op een kakkerlak soms wel 40 ziekte verspreidende bacteriën meeliften waaronder Polio, E. coli, salmonella en shigella (dysentrie bacteri). Kakkerlakken eten zowel gewoon eten als uitwerpselen.
Kakkerlakken kun je ook ruiken, al heb je er wel een geoefende neus voor nodig. Ze verspreiden geur om met elkaar te communiceren. Om elkaar te roepen, elkaar te 'versieren' of om elkaar te waarschuwen voor gevaar. De geur die de beestjes verspreiden is wat weeïg en zoet als van iets dat al een poosje ligt te rotten.
Kenmerken. De kakkerlakken (Blattodea) vormen een orde van de insecten, die oppervlakkig enigszins lijken op kevers maar hiervan toch sterk verschillen, onder andere door het ontbreken van een volledige gedaanteverwisseling. Bidsprinkhanen en termieten zijn sterker verwant aan de kakkerlakken dan andere insectenorden.
Ze kunnen zeer hard lopen en kunnen snelheden van meer dan 5 km/u behalen. Hiermee zijn ze de op twee na snelste loper onder de insecten. Enkele soorten kunnen vliegen. Kakkerlakken zijn alleseters.
Kakkerlak begon zijn bestaan in onze taal namelijk als persoonsnaam. Rond 1600 werd met een kakkerlak een opschepper of praatjesmaker aangeduid. Zo figureert in het toneelstuk 'Moortje' van Bredero een personage met de naam Kackerlack. Dit woord was samengesteld van kakken (zich ontlasten) en lacker (praatjesmaker).