Het bespreekbaar maken van dit dilemma begint met een goed gesprek. Het is essentieel om naar elkaar te luisteren, om erachter te komen wat de ander voelt en wat hij wil. Je begint natuurlijk niet zomaar aan kinderen. Jullie moeten er allebei honderd procent achter staan, dus praat vooral veel en vaak met je partner.
Grote en kleine vragen
Misschien denk je dat jullie het over heel grote vragen moeten hebben. Het is slim om grote onderwerpen te bespreken, zoals de taakverdeling of opvoeding. Maar ook kleine vragen kunnen belangrijk en leuk zijn. Denk aan hoe jullie de opa's en oma's gaan noemen of waar het wiegje komt te staan.
Probeer samen helder te krijgen hoe jullie er allebei in staan. Doe dit door elkaar open vragen te stellen en daarbij écht naar elkaar te luisteren. Leg uit waarom het voor jou een belangrijk issue is en welke gevoelens en gedachten je daarbij hebt. Vraag je partner naar zijn of haar motieven.
Bij mannen heeft de leeftijd veel minder invloed op de vruchtbaarheid dan bij vrouwen. Mannen kunnen vaak tot op hoge leeftijd kinderen verwekken. De kwaliteit van het sperma lijkt bij oudere mannen wel minder te worden. Vanaf 45 jaar worden de zaadcellen namelijk minder beweeglijk en de zaadlozingen kleiner.
Het blijkt dat mannen tussen de 20 en 35 het meest vruchtbaar zijn en 28 dé optimale leeftijd is. Dat geldt echter niet voor elke man.
Een vrouw is het vruchtbaarst tussen 18 en 30 jaar, met een piek rond de 25. Per cyclus is er dan ongeveer 20 tot 25% kans om zwanger te worden. Vanaf de leeftijd van 30 daalt die kans. Tussen de 35 en 37 jaar heb je als vrouw nog maar de helft zoveel kans om zwanger te raken, tussen de 38 en 40 nog maar een vierde.
Hoe je de ongewenste kinderloosheid ervaart, kun je niet sturen. Wél kun je ervoor kiezen om er samen een weg in te vinden. Spreek verwachtingen en behoeften naar elkaar uit en blijf in gesprek. Vertel elkaar wat je blij maakt, deel je geluksmomenten en zeg waarvan je geniet.
Ga het gesprek aan met je partner. Wat is de reden dat hij geen kinderen wil en is dit duidelijk voor jou? (bijv. maatschappelijke overwegingen, druk leven, financiële last, kinderen niet leuk vinden, bang zijn dat hij niet geschikt is). Probeer oprecht te luisteren, mét interesse en zonder onderbrekingen.
De simpelste reden om kinderen te nemen is natuurlijk dit: kinderen krijgen zit in onze natuur, de mens moet zich voortplanten om te blijven bestaan. Misschien is het daarom ook juist wel een goede reden om het níet te doen, maar daarover later meer.
“De receptioniste van de vruchtbaarheidskliniek lachte me keihard uit toen ik belde en vroeg of het mogelijk was om als alleenstaande man een embryo te maken met een eiceldonor.” David Watkins is één van de eerste alleenstaande mannen in Engeland die via een draagmoederconstructie een kind heeft gekregen, dat hij ook ...
Een kinderwens is maar deels aangeboren
Neemt niet weg dat nog altijd tachtig procent van de Nederlandse vrouwen en zo'n 75 procent van de mannen minstens één kind krijgt.
Van de vrouwen die inmiddels 60 jaar zijn, is 11 procent kinderloos gebleven. Van de vrouwen die nu rond 45 jaar oud zijn, heeft 17 procent geen kinderen gekregen. Van de vrouwen die rond de 30 jaar zijn, verwacht 20 procent geen kinderen te zullen krijgen.
Als je een baby krijgt, verandert er veel in je leven. Je bent niet meer met z'n tweeën, vanaf nu ben je een gezinnetje. Je moet vooral genieten van je baby en van je nieuwe rol als papa of mama. Maar die nieuwe rol betekent voor veel stellen ook een (tijdelijk) dipje in de relatie.
Wanneer vrijen om zwanger te worden? Om zwanger te worden is het meestal genoeg als je ongeveer om de 2 tot 3 dagen vrijt. Vaker kan ook, maar is niet nodig.
Een onderzoek uit 2016 onder 500 vrouwen die intra-uteriene inseminatie ondergingen, toonde aan dat er geen verschil was in zwangerschapspercentages tussen vrouwen die direct opstonden na het vrijen of 15 minuten met de benen omhoog lagen [1].
30% binnen 1 maand zwanger. 59% binnen 3 maanden zwanger. 80% binnen 6 maanden zwanger. 85% is binnen het jaar zwanger.
Vanaf hun dertigste neemt de fertiliteit af. Tussen 35 en 40 wordt ze met de helft minder vruchtbaar, tussen 40 en 45 heeft ze nog maar een kans op vier om zwanger te worden. Mannen kennen een fertiliteitspiek op 28 en blijven in principe potent na hun 45ste.
De zaadcel bevat een X-chromosoom of een Y-chromosoom. Dat chromosoom bepaalt het geslacht van het kind. De vrouw kan in de eicel alleen een X-chromosoom kwijt, omdat vrouwen alleen maar X-chromosomen hebben. Afhankelijk van welke zaadcel de eicel bevrucht, wordt het dus een jongen (XY) of een meisje (XX).”