Pas na ongeveer drie dagen zal je merken dat het ei goed te pellen is, en je weet meteen: als je eieren hebt gekocht en gekookt: pellen ze slecht dan waren de eieren heel vers. Dit komt doordat bij verse eieren het eiwit dicht tegen het vliesje aanzit, en het vliesje zit nog dicht tegen de schaal aan.
Zo kun je makkelijker eieren pellen
De truc zit 'm in een simpele ingreep. Het zou namelijk helpen om een half theelepeltje baking soda toe te voegen aan het kookwater waarin je je eitjes kookt. Dit zorgt ervoor dat de schalen in grotere stukken los zullen komen van de eieren.
U prikt het namelijk in de onderkant, de wat plattere kant, van het ei. Aan deze kant zit in het ei een luchtzakje. Bij temperatuurswisselingen zet dit luchtzakje uit waardoor het ei barst. Door er een gaatje in te prikken, kan de lucht eruit en breekt de schaal niet.
Als je tijdens het koken van eieren een scheutje natuurazijn toevoegt heb je namelijk nooit meer kapot kokende eieren. Als het ei barst zorgt het azijn ervoor dat het eiwit direct stolt en niet meer gaat schuimen. Ook je eitje wordt verder perfect gekookt.
Wil je geen gaatje prikken in je ei of wil je er 100% zeker van zijn dat je ei niet gaat barsten? Voeg dan wat zout aan het kookwater toe! Het zout zorgt er voor dat er minder druk op het ei komt te staan. Daardoor breken de eieren niet tijdens het koken, of stolt het eiwit snel waardoor het niet uitloopt.
Als je het eitje te lang kookt, kan er dus een rand vormen of kan zelfs de hele dooier groen uitslaan. Hetzelfde chemische proces kan gebeuren bij een omelet of roerei: als je een gietijzeren pan gebruikt, reageert het ijzer in de pan op de zwavel in het eiwit. Gelukkig is deze reactie wel compleet onschuldig.
Het Voedingscentrum adviseert om niet meer dan 2 tot 3 eieren per week te eten. Dit omdat eigeel cholesterol en verzadigd vet bevat. Beiden, maar vooral verzadigd vet verhogen het cholesterol in je bloed. Dit is slecht voor je hart en bloedvaten.
Prik eventueel met een eierprikker of stompe naald een gaatje aan de stompe kant van het ei. Daar zit een luchtkamer. Als je een gaatje daarin prikt kan de lucht eruit. Zo loopt de inhoud van het ei er niet uit.
Als je een ei (m) in het water doet vanaf het moment dat het water kookt: Zacht ei 3-4 minuten. Halfzacht ei 5-6 minuten. Hard ei 8 minuten.
Zo is een vers ei (van ongeveer drie dagen oud) moeilijker te pellen, omdat het eiwit dan nog dicht tegen het vlies zit én het vliesje ook nog dicht tegen de schaal zit. Een ouder ei (vijf dagen of ouder) is daarentegen een stuk makkelijker te pellen.
Hoe lang kan ik een gekookt ei bewaren? Een ongepeld hardgekookt ei kunt u 4 tot 7 dagen bewaren (in de koelkast). Een gepeld hardgekookt ei bewaart u maximaal 1 week in een bakje gevuld met water (in de koelkast).
Eieren in de koelkast: langer vers
De koude temperatuur remt ook de groei van bacteriën. Ziekmakers zoals salmonella krijgen zo minder kans. Eieren bewaar je daarom het beste in de koelkast op 4 °C. Als je ze in het doosje bewaart, drogen ze niet uit en blijven ze langer goed.
Het voordeel van de eieren opzetten in koud water is dat de schaal minder snel barst door het temperatuurverschil. Door een gaatje te prikken in de bolle kant voorkom je barsten in de eierschaal. 2. Je doet de eieren pas in de pan wanneer het water volledig kookt.
Om je ei daarna goed te kunnen pellen, moet je het ei laten schrikken. Dit doe je door het hete water meteen af te gieten en de eieren, nog in de pan, onder het koude water houden. Dit stopt de garing. Koel je eieren goed af door de kraan direct op de eieren te houden, en houd dit een tijdje vol.
Door het koken zet het eiwit uit, drukt het tegen het eivlies en de lucht kan met het gaatje uit de luchtkamer ontsnappen, waardoor er genoeg ruimte komt voor het gestolde eiwit. Zonder prik kan de lucht niet weg en kan het ei breken.
Een ei is ongeveer vier weken houdbaar, gerekend vanaf de legdatum. Bekijk de THT-datum (tenminste houdbaar tot) op de verpakking van de eieren die je koopt. Gebruik ze bij voorkeur voor deze datum.
Lifehack: eieren inprikken voor je ze gaat koken
Doordat er lucht uit het ei kan ontsnappen, zullen de eiwitten ten eerste gelijkmatiger kunnen stollen. Hierdoor zal je hardgekookte ei mooi rond stollen en krijgt je eitje geen platte onderkant. Daarnaast zal je ei ook minder snel barsten.
Elk ei heeft een spitse en een stompe kant. Aan de stompe kant zit tussen eiwit en eischaal een 'luchtkamer'. Pas gelegde eieren hebben geen luchtkamer, die ontstaat pas tijdens het afkoelen. De luchtkamer is levensnoodzakelijk voor kuikens.
Kun je écht te veel eieren eten? Uit een studie van de Universiteit van Sydney, gepubliceerd in het American Journal of Clinical Nutritionbleek, bleek echter weer dat mensen die tot een dozijn eieren per week aten geen nadelige gevolgen aan hun gezondheid ondervonden.
Eieren bevatten weinig calorieën
De makkelijkste manier om gewicht te verliezen is door het verminderen van de dagelijkse calorie-inname. Eén groot ei bevat maar 78 calorieën, maar wel heel veel voedingsstoffen. Vooral de dooiers zijn heel voedzaam (1). Een maaltijd met eieren bevat meestal 2 tot 4 eieren.
Eieren zijn rijk aan cholesterol (ongeveer 200 mg per ei), maar ze zijn ook een goede en goedkope bron van eiwitten, B-vitaminen, vitamine A en D en mineralen zoals selenium, ijzer en zink. Voor gezonde mensen kan een dagelijks eitje geen kwaad, het verhoogt de kans op hart- en vaatziekten niet.
Het duurt ongeveer 10 minuten om een hardgekookt ei te bekomen. Als je ze onmiddellijk na het kookproces laat afkoelen in ijskoud water stop je het verdere kookproces en voorkom je zo ook het groene randje rond de eidooier.
Het is een volkomen natuurlijke reactie tussen de zwavel- en ijzerhoudende bestanddelen van het ei. Je proeft er helemaal niets van, maar te lang koken vermindert wel de kwaliteit van het eiwit. Je kunt een ei met een blauwgroene kleur veilig eten.
Soms verschijnt er een groenblauwe kleur rondom de eierdooier wanneer een ei te lang heeft gekookt. Dit is een manifestatie van de zwavel- en ijzerhoudende bestanddelen van het ei of een grote hoeveelheid ijzer in het kookwater.