Op welke afstand? In het verkeersreglement staat niets over de afstand. In principe mag je dus tot helemaal tegen de garage parkeren. Maar wanneer duidelijk is dat je het in- en uitrijden daardoor zal hinderen (b.v. in een smalle straat, of omdat de inrij zeer smal is), dan kan je maar beter enige afstand houden.
Binnen 5 meter van een kruispunt. Voor een in- of uitrit. Buiten de bebouwde kom op de rijbaan van een voorrangsweg.
Bij kruispunten, een kruising of splitsing van wegen mag tot op een afstand van 5 meter niet geparkeerd worden, in de bocht van een doorgaande weg mag dit in beginsel wel. Op grond van artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 is het echter een ieder verboden zich zo te gedragen dat een gevaar of hinder veroorzaakt kan worden.
Mag je parkeren voor je eigen uitrit of garage? Het Reglement verkeersregels en verkeerstekens uit 1990 is in artikel 24, lid 1b, is duidelijk. Het mag officieel niet. Toch zou het een oplossing kunnen zijn om de parkeercapaciteit in de wijk te vergroten.
U mag uw voertuig niet parkeren voor een inrit of een uitrit. Houd altijd rekening met ander verkeer als u parkeert. Parkeer niet (half) op de stoep. Als u een parkeerplek verlaat, laat dan het overige verkeer voorgaan.
Wat kunt u doen indien een voertuig dat zich op de openbare weg bevindt de toegang tot uw garage of oprit blokkeert? Aangezien het een overtreding is op de wegcode, zult u een beroep moeten doen op de politie opdat ze ter plaatse komt, de situatie opmeet en een proces-verbaal opstelt.
In een zone van vijf meter voor en na een oversteekplaats. In een zone van vijf meter voor en na een bocht. Bij een bushalte (passagiers laten in- of uitstappen mag hier wel, zolang het de bus niet hindert)
De wet zegt namelijk dat je minstens één meter afstand moet laten tussen jouw auto en de auto's die voor en achter je geparkeerd staan. Parkeren in een kleinere plaats is dus niet toegelaten.
Haaks parkeren
Voor haaksparkeren zijn parkeervakken van 2,4 a 2,5 m breed nodig. Naast ruimte voor de auto zelf van doorgaans 1.80m is er ruimte nodig voor het in- en uitstappen. De lengte van de parkeerplaats is 5 m. Voor het inrijden en het maken van de bocht moet de straatbreedte 6m breed zijn.
Een parkeerterrein is nu eenmaal geen 'doorgaande weg', maar heeft een beperkte bestemming en daardoor is er sprake van een uitrit. En bestuurders die uit een uitrit komen, hebben nooit voorrang.
Wanneer is er sprake van gevaar of hinder bij parkeren? Een voertuig zodanig op de weg laten staan dat gevaar of hinder wordt of kan worden veroorzaakt of verkeer in gevaar wordt gebracht of kan worden gebracht. Daarbij kan het gaan om gevaar voor personen en goederen.
Of u uw auto mag parkeren op een oprit, hangt af van de verkeerssituatie. Soms is een oprit onderdeel van de openbare weg, bijvoorbeeld als de oprit over een stoep loopt. De oprit wordt dan niet beschouwd als 'eigen terrein' en u mag uw auto daar niet parkeren.
Die auto mag er net zo lang staan als de eigenaar dat wil.
Een deel van een kavel van een woning, dat gebruikt wordt of bestemd is voor het parkeren of stallen van een voertuig of het bereiken van een garage. Een stuk weg, bedoeld om vanaf het onderliggend wegennet een autoweg of autosnelweg te bereiken.
Een uitrit of inrit is: een uitgang voor voertuigen van een gebouw of perceel naar de openbare weg, en/of. de ingang voor voertuigen vanaf de openbare weg.
in de nabijheid van de kruispunten, op minder dan 5 meter van de verlenging van de naastbijgelegen rand van de dwarsrijbaan; op minder dan 20 meter voor de verkeerslichten op de kruispunten; op minder dan 20 meter voor de verkeersborden en de verkeerslichten buiten de kruispunten.
8 uur binnen de bebouwde kom:
Binnen de bebouwde kom is het verboden op de openbare weg auto's, slepen en aanhangwagens met een maximale toegelaten massa van meer dan 7,5 ton langer dan acht uur na elkaar te laten parkeren. Dit verbod geldt niet op de plaatsen waar het verkeersbord E9a, E9c of E9d is aangebracht.
Op grond van art 24 lid 1 sub a RVV is het verboden een voertuig te parkeren bij een kruispunt op een afstand van minder dan vijf meter daarvan. Denkbeeldig zou u de afslaande weg (inclusief eventuele stoep) op de doorgaande weg kunnen doortrekken. In dat denkbeeldige vlak mag derhalve niet geparkeerd worden.
Voor de goede orde: een t-splitsing is gewoon een kruispunt. Hier gelden de regels dus ook. De zijden van de weg zijn oranje gemarkeerd. Het kruisingsvlak is rood weergegeven - dat vlak moet men vrijhouden.
Als u uw voertuig parkeert op een plek waar dat niet mag, krijgt u een bekeuring. Vaak wordt uw auto dan ook weggesleept. De bekeuring voor verkeerd parkeren van een voertuig kost € 100. Voor het onterecht parkeren op een gehandicaptenparkeerplaats is de hoogte van de boete € 400 in 2021.
Hebt u last van fout geparkeerde auto's die bijvoorbeeld buiten het parkeervak, op de stoep of midden op straat staan? Dat meldt u dat bij uw gemeente bij de afdeling Handhaving/Stadstoezicht. Parkeerproblemen afhandelen is géén taak van de politie.
Dit verschilt van gemeente tot gemeente. Raadpleeg de APV van de gemeente, want daarin staan wellicht een aantal regels. In sommige gemeenten is er een totaalverbod voor lange caravans, maar in de meeste gemeenten geldt dat ze maximaal drie dagen op de openbare weg mogen worden geplaatst.
Meld een foutgeparkeerd motorvoertuig. Staat er tussen 22.00 en 7.00 uur een auto, busje of ander voertuig zo geparkeerd dat het gevaarlijk is voor anderen? Bel dan de politie via telefoonnummer 0900 - 8844.