Doorspoelen van een neusmaagsonde, PEG-katheter of jejunostomie. Het doorspoelen is belangrijk om verstoppingen te voorkomen. U moet de sonde minimaal 4 tot 6 keer per dag doorspoelen met 20 cc lauwwarm water. In ieder geval voor en na het toedienen van sondevoeding of het geven van medicijnen.
Dagelijks de sonde Draaien (180 graden links- en 180 graden rechtsom). Twee keer per week de sonde “Dompelen” (plan hiervoor vaste dagen): Pak de sonde tussen duim en wijsvinger. Schuif de fixatiedisk ongeveer 3 à 4 cm van de buikhuid af. Duw de sonde minimaal 3 cm naar binnen en trek deze weer terug.
Wat is een neusmaagsonde? De neusmaagsonde is een dun buigzaam slangetje. Een maag darm en leverarts plaatst die via de neus en slokdarm in de maag. Het materiaal van de sonde heet polyurethaan (PUR) en kan ongeveer 6 tot 8 weken blijven zitten.
In ziekenhuizen moet de voedingsslang elke 24 uur worden vervangen. Sluit de voedingssonde (de voedingslume) bij bolustoediening na elke toediening af met een schoon dopje. Gebruik een dopje maximaal 24 uur. Maak de voedingspomp dagelijks en na morsen huishoudelijk schoon.
Dompelen PEG(J)-sonde
Hiermee wordt voorkomen dat het inwendige plaatje dat in de maag zit in het maagslijmvlies vast gaat groeien. De sonde mag niet gedraaid worden! De dunnere sonde die door de PEG- sonde heen is gevoerd kan hierdoor namelijk terug krullen naar de maag.
Verwissel minstens 1 keer per 24 uur het sondevoedingssysteem, het toedieningskraantje en het afsluitdopje. Spoel de sonde minimaal 4 tot 6 keer per dag door met 20-30 ml lauwwarm kraanwater. Zie ook het kopje 'Doorspoelen van een neusmaagsonde, PEG-katheter of jejunostomie'.
Bij een sonde via de neus en keel blijft er voldoende ruimte over om daarnaast nog 'gewone' voeding te kunnen slikken als dat medisch gezien toegestaan is. Sondevoeding kan als volledig voeding worden ingezet maar ook als aanvullende voeding worden voorgeschreven.
Schuif tijdens de slikbeweging de sonde rustig door totdat de markering op de sonde bij de neus zit. Controleer daarna of de sonde in de maag ligt. Als de sonde goed zit, plak deze dan meteen goed vast op de wang. Dan kan deze er niet meer uit glijden.
Wanneer de pH-waarde hoger is dan 5,5, zal de verpleegkundige u aanraden voorlopig te stoppen met de sondevoeding en/of medicatie. Hij of zij zal de pH-waarde opnieuw controleren binnen 30-60 minuten. Wanneer de pH-waarde nog steeds hoger is dan 5,5 is het mogelijk dat uw sonde niet goed ligt.
Probeer de sonde met een 5 ml spuitje met lauw kraanwater door te spuiten. Herhaal dit enkele malen. Als het niet lukt zal de sonde vervangen moeten worden. Neem contact op met de behandelend arts of de verpleegkundig consulent en overleg hoe verder te handelen.
'Draaien en Dompelen'
Vanaf 7 tot 10 dagen na plaatsing moet u de sonde dompelen en draaien om te voorkomen dat de interne fixatiedisk vastgroeit aan de maagwand. Draaien: draai 1 keer per dag u de PEG-sonde helemaal rond in het kanaal.
Door te dompelen en te draaien wordt voorkomen dat het interne fixatieplaatje vastgroeit in de maagwand (burried bumper syndroom). de PEG-katheter kan 360 graden om zijn as draaien, zowel links- als rechtsom.
Door de PEG-sonde te draaien en dompelen voorkomt u dat het plaatje aan de binnenkant vastgroeit in de maagwand. Dit moet dagelijks gebeuren. Deze handelingen kunt u het beste uitvoeren tijdens of na het schoonmaken van de PEG-sonde. U neemt de sonde tussen duim en wijsvinger en draait deze 360 graden rond.
Drinkvoeding op sapbasis kun je vermengen met water, koolzuurhoudend bron- of mineraalwater of frisdrank. Door het verdunnen neemt de hoeveelheid drinkvoeding wel toe. Slijmvorming na het gebruik van drinkvoeding vermindert door na elk slokje drinkvoeding een slokje een slokje water of vruchtensap na te nemen.
93% van de patiënten met sondevoeding had een passagestoornis van oesofagus of maag en 58% van de patiënten met PV had een ileus. De mediane overleving was 17 weken voor de patiënten met SV en 12 weken voor de patiënten met PV; 29% was overleden binnen 6 weken.
Wat kan ik doen bij irritatie aan mijn neus, keel of slokdarm? Het kan zijn dat een voedingssonde irritatie geeft aan de neus, keel of slokdarm. Te dikke of te stugge sonde. Sonde drukt te lang op een plaats van de neus.
De Flocare PUR–neus-maagsonde is de meest comfortabele en geschikte oplossing als u voor een korte periode sondevoeding krijgt toegediend. De sonde (dun, buigzaam slangetje) wordt door de neus, via de keel en de slokdarm, naar uw maag of darmen doorgeschoven.
Een siliconen sonde moet na maximaal 12 weken worden vervangen.
Een siliconen sonde is iets lastiger in te brengen, omdat deze soepeler is. Gebruik hierbij eventueel een glijmiddel. Gebruik geen gewone olie maar het glijmiddel dat u op recept van de arts krijgt. Als u de siliconen sonde langzaam inbrengt, gaat deze minder snel krullen.
Om dit te voorkomen moet u voor elke handeling die u met de sonde doet het volgende controleren: Zit de pleister op uw neus niet meer goed vastgeplakt? Is het markeringspunt verschoven? Zit de sonde gekruld in uw mond of keel?
− Draai de katheter helemaal rond (360 graden) om de lengteas in de insteekopening, zowel linksom als rechtsom. − Schuif het huidplaatje terug in de oorspronkelijke stand. Schoon en droog De huid rond de insteekopening en het huidplaatje moeten elke dag schoongemaakt worden met lauw water.
De sonde mag niet gedraaid worden! De dunnere sonde die door de PEG-sonde heen is gevoerd kan hierdoor namelijk terug krullen naar de maag. Het uiteinde van de sonde kan dan vanuit de darm in de maag terechtkomen.