Vaak wordt een re-integratiebedrijf ingezet om u te begeleiden naar nieuw werk. Het is de regel dat u minimaal een keer per zes weken de voortgang van de re-integratie bespreekt met uw werkgever.
Bij andere bedrijven, welteverstaan. Zo bepaalde Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden onlangs dat een werkgever, in het kader van spoor 2, van een medewerker kan verwachten dat hij of zij vier keer per week, twee uur per dag naar kantoor komt om sollicitatieactiviteiten te verrichten1.
U kunt na twee jaar, of 104 weken, uw werkgever vragen om uw loon wat langer door te betalen als tweede spoor niet lukt. Dan wacht u nog even met het aanvragen van een WIA-uitkering. In deze tijd werkt u samen verder om te re-integreren. U vult dan samen een formulier Aanvraag verlenging loondoorbetaling WIA in.
Mag ik een 2e spoor traject weigeren? Nee, medewerking door de werknemer aan het tweede spoor is verplicht op basis van de Wet verbetering poortwachter. Bij weigering of onvoldoende inspanning moet de werkgever het loon stopzetten.
Meestal bestrijkt een re-integratie 2 spoor traject een periode van minimaal 6 maanden en maximaal 12 maanden. De uiteindelijk duur van 2e spoor is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de leeftijd en perspectieven van de re-integratiekandidaat.
Een arbeidsdeskundig onderzoek na 1 jaar ziekte is niet verplicht, maar wel aan te raden. UWV stelt dat voor de 58ste week van het ziekteverzuim de mogelijkheden moeten worden onderzocht in spoor 1a (eigen werk), b (aangepast werk bij de eigen werkgever) en spoor 2 (ander werk op de arbeidsmarkt).
Passend werk
Ook bij re-integratie tweede spoor geldt dat een werknemer alleen werk hoeft te accepteren dat 'passend' is. Welk soort werk passend is, hangt af van de fysieke en mentale capaciteiten van de gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemer, zijn opleidingsniveau en zijn werkervaring.
U heeft minstens 1 keer in de 6 weken een gesprek met uw werkgever. Samen kijken jullie of het u lukt om het plan te volgen. Als dat niet lukt, kijken jullie waardoor dat komt. U en uw werkgever vertellen de bedrijfsarts steeds hoe het werken gaat.
Je hoeft bij een sollicitatie niet te zeggen dat je ziek bent. Je bent alleen verplicht om ziektes en beperkingen te melden, waarvan je verwacht dat je hierdoor niet goed je werk kunt doen in je nieuwe functie. Bij sommige beroepen is een medische keuring verplicht, omdat het onderdeel is van de sollicitatieprocedure.
Een werkgever moet er alles aan doen om aangepast werk te vinden, tijdens of na een ziekte. Als dit niet lukt binnen het eigen bedrijf, dan bestaat de verplichting voor de werkgever om bij een ander bedrijf naar passend werk te zoeken. Eventueel met behulp van de arbodienst of een re-integratiebedrijf.
Het tweede spoortraject komt in beeld wanneer het vinden of organiseren van passend werk niet mogelijk bij je huidige werkgever. De bedrijfsarts of arbeidskundige legt deze bevinding op zijn vroegst in de 8e week of uiterlijk in de 52ste week van je arbeidsongeschiktheid vast in een verklaring.
Dat staat in de Wet WIA. Als hoofdregel geldt dat je: twee keer per maand een vacaturebank moet raadplegen; vier keer per maand een sollicitatieactiviteit moet verrichten.
Eigen risico dragen voor een WGA-uitkering duurt maximaal 10 jaar. Daarna neemt UWV de verantwoordelijkheid voor de uitkering van uw (ex-)werknemer van u over. Ook worden wij verantwoordelijk voor de re-integratie.
Samen met uw werkgever moet u er alles aan doen om snel weer aan het werk te gaan. U en uw werkgever moeten daarbij een aantal stappen volgen. Die stappen heten samen re-integratietraject. Een re-integratietraject duurt maximaal 104 weken.
Je loon wordt – zolang je in dienst bent – doorbetaald door je werkgever. De ziektewet duurt maximaal 104 weken. Dit wil zeggen dat je twee jaar 'de tijd' hebt om beter te worden en te re-integreren op het werk.
Je werkgever mag geen medische informatie van je vragen. Ook niet of je bij de huisarts bent geweest. Je werkgever mag wel vragen of je adequate behandeling hebt gezocht. En ook mag je werkgever vragen of de ziekte een gevolg is van een arbeidsongeval.
De arbodienst of bedrijfsarts mag (medische) gegevens van u opvragen bij uw behandelend arts (huisarts of specialist) als dit nodig is voor uw verzuimbegeleiding. Maar uw behandelend arts heeft medisch beroepsgeheim. Daarom mag uw arts de gevraagde gegevens alleen doorgeven als u hiervoor toestemming heeft gegeven.
Is er sprake van dreigend langdurig verzuim, dan moet de werkgever een re-integratiedossier bijhouden. Hierin staan het verloop van de ziekte en alle activiteiten die beiden hebben ondernomen om terugkeer naar werk mogelijk te maken. Iedere zes weken moet de werkgever de voortgang met de werknemer bespreken.
Als een werkgever het vermoeden heeft dat een werknemer zich onterecht heeft ziek gemeld, dan kan hij een spoedcontrole (laten) uitvoeren. Dit kan al vanaf het moment van ziek melden. Veel werkgevers voeren een ziekteverzuimbeleid waarin een procedure is opgenomen die de werknemer en werkgever moeten volgen bij ziekte.
Volgens het UWV moet een re-integratie tweede spoor traject bestaan “uit een logisch samenhangende reeks van elkaar opvolgende, flankerende en/of overlappende activiteiten, die de afstand tussen het persoonsprofiel en het zoekprofiel van de werknemer zo snel en zo veel mogelijk opheft of verkleint”.
Het tweede spoor
Tijdens spoor 2 wordt de werkgever geholpen om een nieuwe werkgever te vinden voor de zieke medewerker. Hierbij maakt het niet uit of dit binnen een andere sector is.
- Oordeel bedrijfsarts. De huidige werkplek wordt beoordeeld. De arbeidsdeskundige zal na het onderzoek een advies geven over de mogelijkheden binnen het 1e en 2e spoor. De resultaten worden vastgelegd in een rapportage.