Jaarlijks vinden er 2.000 tot 3.000 ongevallen plaats waarbij het slachtoffer verdrinkt of bijna verdrinkt. Bij droge verdrinking sluit het strottenklepje de longen af. Dit is een overlevingsmechanisme van het lichaam zelf, er kan nu immers geen vocht de longen inlopen. Wel zal er vocht de maag inlopen.
Van 'droge verdrinking' is sprake wanneer je kind bij het zwemmen water binnenkrijgt waarvan hij eerst geen last lijkt te hebben, maar waarvan hij 24 uur later toch nog kan stikken.
Hoe vaak komt het voor? Er wordt geschat dat er wereldwijd ongeveer 360.000 mensen per jaar sterven door verdrinking. Kinderen, mannen en personen die veel tijd doorbrengen in de buurt van water lopen het grootste risico op verdrinking.
Een uitgestelde verdrinking noemen we ook wel een secundaire verdrinking. Een kind overleeft een verdrinking, maar raakt later buiten bewustzijn. Een late verdrinking kan tot 72 uur na het binnenkrijgen van het water ontstaan. Normaal gesproken houdt een kind de adem in als het onder water gaat.
Late verdrinking, eigenlijk een complicatie aan de longen, kan gebeuren tot zes uur nadat iemand uit het water is gehaald. Vaak zijn jonge kinderen slachtoffer. Even kopje onder kan genoeg zijn. Het begint vaak met je niet lekker voelen, hoesten, pijn bij het ademhalen en benauwdheid, zegt Bierens.
Verdrinkingsproces. Een verdrinkingsproces duurt 3 à 7 minuten, waarvan maximaal 3 minuten bij bewustzijn. Voor de verdrinking zelf (die begint met de onderdompeling) kunnen twee voorfasen optreden, indien het slachtoffer bij bewustzijn te water raakt.
Goed nieuws: de kans dat je verdrinkt als je in slaap valt is nihil. Mocht je onder water zakken en water binnenkrijgen, ga je in een reflex hoesten. Je strekt automatisch je benen, en voor je het weet zit je weer rechtop.
Bij een natte verdrinking zal er vocht uit de longen lopen bij reanimatie. Bij een droge verdrinking kan het slachtoffer overgeven, waarbij water uit de maag loopt. Maar ook bij een droge verdrinking moeten de longen weer opengaan, zodat er lucht (en zuurstof) naar binnen kan.
In de 5 à 30 minuten na onderdompeling zal het lichaam in een toestand van 'diepweefsel onderkoeling' terechtkomen. De tijd die dit duurt heeft te maken met de watertemperatuur.
Symptomen van vocht in de longen
De ophoping van vocht en te weinig zuurstof in het bloed uit zich in kortademigheid. De ademhaling gaat steeds sneller en de neusgaten gaan wijder open staan. Door plat te liggen kun je nog meer last krijgen van kortademigheid.
In zoet water duurt dit vier tot vijf minuten, in zout water is dit acht tot twaalf minuten. In het water verlies je twee tot drie keer zo snel je lichaamswarmte als in lucht, waardoor onderkoeling vaak een rol speelt bij overlijden in het water.
2) Verdrinkende mensen zinken steeds weg onder en komen weer boven het wateroppervlak, maar hun mond is niet lang genoeg boven water om uit te ademen, in te ademen en te roepen. Ze ademen wel snel uit en in als ze eventjes boven water komen terwijl hun mond weer onder water zakt.
Ten opzichte van de jaren 50 is het aantal verdrinkingen fors afgenomen. Toen stierven jaarlijks nog 400 tot 500 mensen in Nederland door verdrinking. Vanaf 2000 is dit aantal ongeveer gelijk gebleven, met vorig jaar dus een uitschieter.
Als de balans verstoord raakt, hoopt het vocht zich op in de ruimte tussen de vliezen en komt er 'vocht achter de longen'. Er is dan te weinig ruimte voor het longweefsel en er ontstaat benauwdheid of kortademigheid. 'Vocht achter de longen' kan komen door een hart- of leverprobleem, kanker of een infectie.
Antwoord. Nee, je kunt in principe niet verdrinken in je bad. Je zal inderdaad als reflex hebben om je benen te strekken, waardoor je weer recht komt. Iemand die in het bad verdronken is, heeft dus zijn reflex niet kunnen gebruiken.
Rode, geïrriteerde ogen, hoesten, een kriebel in de keel en een moeilijker ademhaling kunnen het gevolg zijn van zwemmen in met urine vervuild zwembadwater. Meestal worden dergelijke klachten gelinkt aan het chloor in het water maar nu blijkt dus dat er meer aan de hand is.
In het slechtste geval kan het koude water zelfs leiden tot een hartstilstand, een beroerte of bewusteloosheid doordat de hersenen minder doorbloed worden.
Bij -40 °C kan de huid het drie minuten redden zonder kleren. En bij -60 °C sterven de cellen onmiddellijk af. Bij -40 °C kan een mens drie minuten zonder kleren buiten lopen zonder dat het gevolgen heeft. Maar blote huid die wordt blootgesteld aan extreme kou onder -60 °C bevriest meteen, en dan sterven de cellen af.
Na tien tot vijftien minuten kan bewusteloosheid optreden door onderkoeling. Daarna wordt de kans op verdrinking groot. In water koelt het lichaam twintig keer sneller af dan in lucht.
Een kind kan binnen een minuut verdrinken. Als een kind onder water raakt, zal hij eerst proberen zijn adem in het houden. Dat kan een kind een aantal seconden volhouden. Als er vervolgens een ademprikkel komt, zal het kind toch een adembeweging maken.
Water in de longen leidt tot irritatie aan de longblaasjes en er ontstaat vaak een een ernstige ontstekingsreactie. Veranderingen in de longblaasjes en kleine bronchiën zorgen voor stugheid en samenvallen van longblaasjes, wat de ademhaling bemoeilijkt.
'Sleep choking'-syndroom
De patiënt wordt plotseling wakker met een intens gevoel van kortademigheid en het gevoel alsof hij stikt. Zulke episodes treden bijna iedere nacht op en soms vaker in één nacht. De patiënt is direct wakker en heeft grote angst, soms het gevoel dood te gaan. Het angstgevoel neemt vrij vlot af.
Secundaire verdrinking wordt ook wel uitgestelde verdrinking genoemd. En eigenlijk zegt de naam het al: hierbij overleeft het slachtoffer in eerste instantie een verdrinking, maar kan later toch nog het bewustzijn verliezen.
Een slaapstuip, ook wel hypnagoge schok genoemd, komt voor in de fase tussen wakker zijn en slapen. Zo'n 60 tot 70% van de mensen heeft last van deze ongecontroleerde bewegingen. Je bent dus zeker niet de enige. Normaal zijn onze spieren ontspannen als we slapen, zelfs tijdens de meest wilde dromen.