Een straf resulteert meestal in een tijdelijke onderdrukking van het gedrag. Het is dus veel beter om de hond te belonen, en het ongewenste gedrag:Te negeren, vaak dooft het gedrag dan uit; Nog beter is het om de hond een alternatief te bieden, dit alternatief kan dan worden beloond.
Wanneer je hond gedrag vertoont wat je niet prettig vindt, dan zou je je hond kunnen straffen. Dat kan op allerlei manieren. Je kunt `nee´ zeggen, een ruk aan de lijn geven, een speeltje afpakken of een stroomband gebruiken. Al deze handelingen hebben als doel het gedrag te stoppen of te doen afnemen.
Door je hond een alternatief gedrag aan te leren voorkom je dat hij het ongewenste gedrag uit voert. Kies dus liefst iets dat niet tegelijk met het ongewenste gedrag uit te voeren is. Zo kun je bijvoorbeeld een hond die tegen mensen op springt belonen als hij met vier poten op de grond staat of wanneer hij zit.
Negeren maakt het erger
Vanuit die spanning zal de hond overgaan tot het harder en beter laten zien van het ongewenste gedrag. Dit noemen we de uitdovingsweerstand. De hond kan als het ware niet geloven dat zijn gedrag niet meer de gewenste beloning oplevert.
Soms kregen ze het commando na een minuut, soms pas na een uur. Het merendeel van de honden bleek zich na een minuut nog te herinneren wat hun baasje had gedaan. Sommige dieren konden de handeling zelfs na een uur nog imiteren.
Te hard straffen kan leiden tot angstig en/of agressief gedrag. Voor sommige mensen werkt straffen verslavend, zij zullen vergeten om de hond te belonen, waardoor de hond angstig en onzeker kan worden en uiteindelijk vaak ook angstagressie zal gaan vertonen.
Laat je hond het gedrag zien.
Om je hond `nee` of `laat dat` aan te leren, begin je door het gewenste gedrag te laten zien. Laat hem bijvoorbeeld zien dat je een koekje in je hand hebt en zeg dan `nee` voordat je je vuist om het koekje sluit. Laat hem aan je hand ruiken en likken, maar geef hem het koekje niet.
Alle honden zijn dol op hun eigen warme en comfortabele bench waar ze rustig in kunnen liggen. Ze vinden het fijn om een veilige plek te hebben om in uit te rusten, of waar ze weg kunnen kruipen wanneer ze bang zijn voor onweer of vuurwerk.
Onderzoek de oorzaak van het gedrag: naast een sterk jachtinstinct kunnen er ook andere oorzaken zijn waardoor jouw hond niet naar jou toe komt als je hem roept. Het kan ook zo zijn dat de hond niet genoeg uitdaging heeft of in het algemeen niet goed luistert. Train het komen op commando systematisch.
Honden hebben net als mensen emoties. Ze kunnen blij, boos bang of verdrietig zijn. Je kunt die emoties ook herkennen aan de lichaamstaal van de hond. Een boze hond kan zijn tanden laten zien.
Komt je pup naar je toe en bijt hij in je handen, dan wil hij vaak uitdagen tot spel. Dit kan komen omdat hij zich verveelt. Het is belangrijk dat je op dit moment de pup niet wegduwt of tegen hem praat. Hij heeft dan namelijk bereikt waar hij voor kwam, namelijk aandacht!
Om gehoorzaam te worden moet hij de gehoorzaamheidstraining leuk vinden. Honden leren sneller te luisteren als ze er plezier in hebben en beloont worden, dan wanneer je streng bent. Als de hond wordt beloont als hij de commando's „zit“, „blijf“ of „volg“ opvolgt, zal de hond dit gedrag herhalen.
De hond slaan, schoppen en fysiek straffen
Expert hondentrainers en onderzoekers hebben aangetoond dat deze vorm van menselijk gedrag geen positief effect heeft op een hond. In feite bereik je hier alleen mee dat de hond angstig wordt en het komt de band tussen baas en hond niet ten goede.
Als je hond gromt of bijt doet hij dat om jou iets duidelijk te maken. Het is voor hem een manier van communiceren en dus honds gedrag. Hij doet dit niet zomaar en al zeker niet om jou te pesten. Voordat honden daadwerkelijk zullen aanvallen geven zij een reeks afstand vergrotende signalen af.
Wanneer jouw hond blaft kan je hem afleiden door hem te laten zitten, liggen, een pootje te geven etc. Hierbij leidt je de focus weg van de prikkel en zal jouw hond zich meer op jou richten, waardoor je meer controle krijgt over de situatie.
Kaas bevat veel lactose en de meeste honden kunnen een grote hoeveelheid van deze melksuiker moeilijk afbreken. Vooral pups zijn hier erg gevoelig voor. Teveel kaas kan leiden tot misselijkheid, buikkrampen en diarree.
Sommige honden willen ook in je oor of je neus likken, dat is het moederinstinct dat boven komt drijven, ze willen je gewoon verzorgen en zo je oren, ogen, neus en aangezicht reinigen. Er bestaan verschillende vormen van likjes geven. Zo zal een moederhond haar baby's onmiddellijk na de bevalling droog willen likken.
Het is voor een hond dé manier om zichzelf te verdedigen. Zijn gedrag kan gericht zijn naar andere honden, vreemde mensen, specifieke honden of mensen (bijvoorbeeld kinderen, mannen of voor de hond aparte verschijningen) en zelfs richting zijn eigen baasjes!
Dit kun je aanleren met een speciale techniek met brokjes. Door je hond te belonen als hij iets goed doet, door bijvoorbeeld 'goed zo' te zeggen, weet hij dat hij iets goed doet. Het tegenover gestelde is dus ook zo. Als de pup je hand probeert open te maken met het brokje, zeg je 'foei' of 'stop'.
Ondanks dat het voor jou misschien niet altijd zo voelt, is dit gedrag heel goed bedoeld. Dit knabbelen is namelijk een teken van liefde. Je hond geniet van een goede 'vlooibeurt' en wil jou graag net zo verwennen.
Wetenschappers hebben aangetoond dat een hond zijn baasjes grotendeels op basis van diens gezichten herkent. Uit experimenten blijkt dat een hond zijn baasje wanneer deze het gezicht bedekt moeilijk kan herkennen. De studie bevestigt maar weer eens hoe sterk de domesticatie het gedrag van honden beïnvloedt.
Trainen met je hond is een leuke hobby. En soms is het ook noodzaak, denk aan het leren 'niet op te springen', 'niet trekken aan de lijn' en nog meer situaties. Je kunt trainen via een hondenschool, of zelf thuis. In alle gevallen zijn regelmatige trainingssessies nodig.
Honden zijn perfect in staat zich dingen te herinneren, ook zonder dat we hen daarvoor belonen. Honden blijken dus over een episodisch geheugen te beschikken, net als de mens. Dat mag geen al te grote verrassing zijn. Al is dit de eerste keer dat een vorm van een episodisch geheugen bij een dier is aangetoond.