Gedachten. Gedachten worden gewoonlijk zonder aanhalingstekens weergegeven, en na de dubbele punt volgt een kleine letter: Ik dacht: morgen ga ik naar de film.
Voor het weergeven van een gedachte worden er geen aanhalingstekens gebruikt. Er komt ook geen hoofdletter na de dubbele punt. Hij dacht: nu is het genoeg.
Aanhalingstekens kunnen om een hele zin of om een deel van een zin gezet worden. Bij een citaat op het eind van de zin staat de punt binnen de aanhalingstekens als de aanhalingstekens om een hele zin (of een opeenvolging van zinnen) staan. De punt maakt dan deel uit van het citaat.
Op een andere manier gebruikt, zijn aanhalingstekens verwarrend voor de lezer en maken het moeilijk om te onderscheiden wat ze denken van wat ze hardop zeggen. De betere manier is om voor cursief te gaan of het in het Romeinse lettertype te houden met "gedachtenlabels" (zoals dialooglabels, maar dan met een indicatie van denken in plaats van spreken).
Traditioneel wordt aangeraden om dubbele aanhalingstekens te gebruiken bij een letterlijk citaat, en enkele aanhalingstekens in alle andere gevallen. Tegenwoordig wordt er steeds meer de voorkeur aan gegeven om alleen enkele aanhalingstekens te gebruiken.
Vuistregel: als je het kan horen, dus fluisteren, zeggen, schreeuwen, piepen, altijd tussen aanhalingstekens. Als je de dialoogzin in enkele aanhalingstekens hebt staan, zet dan het citaat "Amsterdam" tussen dubbele aanhalingstekens.
Je plaatst een zinseindeteken, zoals een punt, uitroepteken of vraagteken, bij een citaat tussen aanhalingstekens binnen de aanhalingstekens. Takahashi (2019) gaf het volgende aan: âAl het onderzoek dat tot dusver is uitgevoerd, is revolutionair voor de medische wereld.â
Houd in gedachten dat dit geen kwestie is van het een of het ander; je kunt deep POV en cursief of aanhalingstekens gebruiken in je tekst. Wees alleen consistent in hoe je ze gebruikt, want deep POV zegt niet expliciet "they thought", terwijl cursief of aanhalingstekens dat wel kunnen.
Gebruik dialoogtags zonder aanhalingstekens .
Dat betekent dat je âhij dachtâ of âzij dachtâ schrijft om een ââzinsnede te identificeren als iets dat een personage bij zichzelf denkt.
Houd in gedachten dat de enige echte regel als het gaat om interne dialoog in fictie is dat, hoewel je dialoogtags kunt gebruiken, je doorgaans geen aanhalingstekens moet gebruiken. Aanhalingstekens moeten worden gereserveerd voor het schrijven van gesproken dialoog . Sommige schrijvers gebruiken cursief om interne stem aan te geven.
Dit streepje zit niet standaard op je toetsenbord, maar maak je met de toetsencombinatie ctrl/option+minteken. Het gedachtestreepje wordt gebruikt bij een onderbreking van de gedachtegang, bij het aangeven van een inhoudelijke, verrassende wending en bij het leggen van extra nadruk op een deel van de zin.
Een citaat kan twee betekenissen hebben: iets dat iemand zegt of een letterlijke uitspraak van iemand, die door iemand anders aangehaald wordt: âKom je nog?â vroeg hij aan zijn zus.
bijvoeglijk naamwoord. diep in gedachten verzonken . synoniemen: verbijsterd, verloren, bezorgd. nadenkend.
Tip 2: ELDA-regel
Deze staat voor Eerst Leesteken, Dan Aanhalingsteken en komt in de praktijk op het volgende neer: âDe komende weken benut ik om aan mijn boek te werken,â zei hij opgewekt. In plaats van: âDe komende weken benut ik om aan mijn boek te werkenâ, zei hij opgewekt.
Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie of wat iets is. Als je bijvoorbeeld zegt: âDat is zijn fietsâ, vertelt het woord 'zijn' van wie de fiets is. Let op: Eigennamen en zelfstandige naamwoorden zijn géén bezittelijke voornaamwoorden.
Wat veel mensen niet weten, is dat je geen tussen-n schrijft in samenstellingen die beginnen met 'gedachte'. Correct volgens de officiĂ«le spelling is 'gedachtegang', 'gedachtestreepje' en â inderdaad â gedachtewisseling.
Voor traditionele derde persoon vertelling, kunt u cursief gebruiken om de gedachten of innerlijke dialoog van een personage aan te geven . Dit stuurt een ondubbelzinnig signaal naar de lezer dat wat ze leest gedachten of innerlijke dialoog is en geen gesproken dialoog.
Het kan aangeven dat de zin wordt afgebroken of dat de lezer geacht wordt zelf een woord of gedachte in te vullen. Als het beletselteken aan het einde van een zin staat, komt er geen extra punt achter het beletselteken. Ze vroeg nog: 'Weet jij of we morgen âŠ' Maar Hannes liep al de deur uit.
Gedachten. Gedachten worden gewoonlijk zonder aanhalingstekens weergegeven, en na de dubbele punt volgt een kleine letter: Ik dacht: morgen ga ik naar de film.
Er zijn twee accolades: { en }. Het teken komt weinig voor in teksten, maar wordt wel gebruikt bij het plaatsen van kanttekeningen. Een accolade wordt ook wel gebruikt om iets tussen haakjes te zetten als gewone haakjes al zijn gebruikt. Vaak wordt dan toch de voorkeur gegeven aan blokhaken.