In de woordcombinatie een van de zijn accenttekens overbodig. We schrijven accenttekens op een als het een telwoord is dat ten onrechte als het lidwoord een, met een toonloze e zoals in de, zou kunnen worden gelezen.
Als één aan het begin van een zin voorkomt, vervalt het eerste accent op de hoofdletter e. Het is dus Eén, met alleen een accentteken op de tweede e. Daarnaast is het bijvoorbeeld Óúd en Úít: Eén zwaluw maakt nog geen zomer.
'Iets een-op-een bespreken' is officieel juist. Een-op-een wordt in de officiële spellingregels als vast geheel opgevat: als een samenkoppeling die met streepjes wordt geschreven.
Wat voor een kan alleen gebruikt worden bij enkelvoudige woorden: wat voor een hamer, wat voor een taart. Wat voor kan zowel voor enkelvoudige als voor meervoudige woorden gebruikt worden: wat voor hamer, wat voor hamers, wat voor taart, wat voor taarten.
We schrijven accenttekens op een als het een telwoord is dat ten onrechte als het lidwoord een, met een toonloze e zoals in de, zou kunnen worden gelezen. In een van de is er geen verkeerde lezing mogelijk, omdat een daarin niet de functie van lidwoord kan hebben. Accenttekens zijn dus overbodig.
Eén schrijf je alleen met accenttekens als je het cijfer 1 bedoelt of als er een lezing mogelijk is met 'een'. Dus bijvoorbeeld in een zin als 'Ik heb thuis een hond en een kat' of 'Ik heb thuis één hond en één kat'. Als je wilt dat de lezer hier 'één' leest en niet 'een', dan moet je wel streepjes zetten.
Dé is de gangbare manier om het woord de in schrijftaal een klemtoon te geven. Dè is een alternatieve spelling van “dé” die je soms tegenkomt, maar beter kunt vermijden.
Streepjes - –
Dit streepje zit niet standaard op je toetsenbord, maar maak je met de toetsencombinatie ctrl/option+minteken. Het gedachtestreepje wordt gebruikt bij een onderbreking van de gedachtegang, bij het aangeven van een inhoudelijke, verrassende wending en bij het leggen van extra nadruk op een deel van de zin.
+31 met een (0) ertussen.Dan weer zonder landnummer.
Ga naar >Symbool > meer symbolen invoegen.Ga naar Speciale tekens.Dubbelklik op het teken dat u wilt invoegen.
Simpele regel: altijd aan elkaar
Samenstellingen (woorden uit twee of meer zelfstandige naamwoorden) schrijf je altijd aan elkaar, zonder spaties dus. Het is bijvoorbeeld autoverzekering en niet auto verzekering.
Druk op de SHIFT + (“)-toets en daarna op de o. De letter ö verschijnt. Een (“) met een a, e, i, o, u, of y, geeft respectievelijk een ä, ë, ï, ö, ü, of ÿ.
Zinnen die beginnen met voegwoorden als 'en' of 'maar' of 'want' of 'omdat'. Voegwoorden zijn woorden die deelzinnen met elkaar verbinden. Volgens een ongeschreven regel mogen zinnen niet met een voegwoord beginnen. Voegwoorden verbinden gewoonlijk een hoofdzin met een voorafgaande hoofdzin.
Het gedachtestreepje wordt onder meer gebruikt om een nieuwe, onverwachte of zijdelingse gedachte binnen de zin te markeren. Voor en na het streepje staat een spatie. Voorbeelden: Ik zwem graag in zee – behalve als het vriest natuurlijk.
Hoofdletters gebruik je alleen voor namen van personen, bedrijven, instellingen, merken, wetten, boeken, aardrijkskundige plaatsen, talen, dialecten, volkeren, feestdagen en historische gebeurtenissen. Ook afleidingen van namen en namen in samenstellingen schrijf je met een hoofdletter.
Leestekens zijn tekens die je bij het schrijven gebruikt om een tekst begrijpelijker te maken, bijvoorbeeld een punt of een komma. Als je iets vertelt, kun je met pauzes, intonatie of gebaren duidelijk maken wat je bedoelt. In geschreven taal doe je dit met punten, komma's, vraagtekens en andere leestekens.
Met een koppelteken verbind je een woord, een letter of een getal met een andere woord. Dit doe je om het woord makkelijker te kunnen lezen. Kijk bijvoorbeeld naar het volgende woord: stage-uren. Zonder een koppelteken moet je drie keer kijken wat er nou eigenlijk staat: stageuren.
Het accent aigu (Latijn: acutus, scherp), in de drukkerij kort met kuut aangeduid, is een diakritisch teken in de vorm van een streepje boven een letter dat van linksonder naar rechtsboven wijst.
Voor è drukt u bijvoorbeeld op Ctrl + ' , laat u los en typt u vervolgens e. Als u een kleine letter wilt typen met een toetsencombinatie die de Shift-toets bevat, houdt u ctrl+Shift+symbooltoetsen ingedrukt en laat u deze los voordat u de letter typt.
Je spreekt de è dan hetzelfde uit als dat je in het Nederlands het woord 'erg' zou zeggen. Een streepje naar boven: (') In het Frans noem je dit de accent aigu . Dit zie je alleen boven de letter e. Als er een woord is met é dan spreek je de é uit als een lange ee.
De vuistregel is dat we in lopende tekst de getallen onder de twintig, de tientallen en de ronde getallen daarboven in letters schrijven.De andere getallen schrijven we doorgaans in cijfers. Bij miljoen en miljard zijn combinaties van cijfers en woorden mogelijk. In enkele gevallen wordt van de vuistregel afgeweken.
Er zijn wel een aantal gebruikelijke richtlijnen! Richtlijnen getallen in letters uitschrijven: Getallen tussen nul en twintig schrijf je uit als woord, dus: twee, zes, elf, achttien en twintig, maar 21, 38 en 106. Tientallen tot honderd schrijf je uit als woord, dus: veertig, tachtig en honderd, maar 110, 150 en 280.
Een tiende schrijf je als 0,1 en past 10 keer in 1,0. Een honderdste schrijf je als 0,01 en past 100 keer in 1,0.