Wil je afronden op drie decimalen, dan kijk je naar het vierde decimaal. Je kijk dus altijd naar het eerstvolgende decimaal. Is dit decimaal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden. Is dit decimaal een 5 of hoger dan rond je af naar boven.
Afronden op twee decimalen betekent dat er maar 2 cijfers achter de komma mogen staan, afronden op 3 decimalen betekent dat er maar 3 cijfers achter de komma mogen staan en ga zo maar door!
Als je een getal moet afronden, let dan alleen op het eerstvolgende cijfer dat je weglaat. Als dat cijfer lager is dan 5, rond je omlaag af.Is dat cijfer 5 of hoger, rond je omhoog af.
Een getal met twee decimalen is ieder willekeurig getal waarbij twee cijfers achter de komma staan. Eventuele volgende nullen veranderen de waarde van het getal niet (2,50 is evenveel als 2,5), maar het aantal decimalen is vaak wel een indicatie van de nauwkeurigheid van het getal, ofwel de mate van afronding.
De cijfers achter de komma noem je decimalen. 7,21 is een getal met 2 cijfers achter de komma, dit is dus een getal met 2 decimalen. De getallen achter de komma hebben ook een waarde. Het getal 2,1 is hetzelfde als 2,10 en 2,100 enz.
1 decimaal is op 1 getal achter de komma, bij twee logischerwijs maar twee getallen.
Bij bedragen waarin achter de komma 50 cent of meer staat wordt het bedrag naar boven afgerond. Bijvoorbeeld €5,50 of meer wordt dan €6. Alles minder dan 50 cent, oftewel 49 cent en minder, wordt naar beneden afgerond. Bijvoorbeeld €5,49 en minder wordt €5.
Als je probeert af te ronden naar het dichtstbijzijnde 100 tal, kijk je naar de plaats van de tientallen, de plaats rechts van het getal waar je naar afrond.Als de plaats van het tiental 5 of hoger is, dan rond je af naar boven. Het is een 5 (of hoger) dus ronden we af naar boven, naar 400.
Je rondt af naar beneden of naar boven. Het middelste cijfer rond je af naar boven. Bijvoorbeeld 7,4 wordt een 7 en 7,5 wordt een 8. Je leert ook hoe je op tientallen, honderdtallen en duizendtallen afrondt.
Zo is 1 : 3 = 0,333 333 33... Een oneindige decimale breuk is een rationaal getal dan en slechts dan als deze repeterend is. Achter het laatste cijfer van een eindige decimale breuk kan een willekeurig aantal nullen geplaatst worden zonder dat de waarde van de breuk verandert: 0,5 en 0,50 hebben dezelfde waarde.
Het kommagetal 0,33333 is daarom slechts een benadering van de breuk 1/3. Het kommagetal 0,3333333333 is een nauwkeurigere benadering, met 10 cijfers achter de komma.
Het afronden van een getal is het verminderen van het aantal significante cijfers. Men rondt bijvoorbeeld een getal af om het aantal significante cijfers in overeenstemming te brengen met de nauwkeurigheid van het getal of met het doel waarvoor het getal dient.
Na afronden op een honderdtal eindigt het getal op twee nullen. Na afronden op een duizendtal eindigt het getal op drie nullen.
Klik in het menu Opmaak op Cellenen klik vervolgens op het tabblad Getal. Klik in de lijst Categorie op Getal,Valuta,Financieel,Percentageof Wetenschappelijk, afhankelijk van uw celgegevens. In het vak Aantal decimalen kunt u aangeven hoeveel cijfers achter de komma moeten worden weergegeven.
Als je 4,224 moet afronden op 2 decimalen, rond je het af naar 4,22. Als je 4,2251 moet afronden op 2 decimalen, rond je het af naar 4,23.
Het te betalen totaalbedrag in cash dat eindigt op x,x6 euro of x,x7 euro wordt afgerond naar het lagere x,x5 euro. Voorbeeld: 12,97 euro wordt 12,95 euro. Het te betalen totaalbedrag in cash dat eindigt op x,x8 euro of x,x9 euro wordt afgerond naar het hogere x,(x+1)0 euro. Voorbeeld: 12,98 euro wordt 13,00 euro.
Een 4,5 wordt namelijk afgerond naar een 5 en een 5,5 wordt afgerond naar een 6.
Getallen in het decimale stelsel worden genoteerd met behulp van de tien cijfers: 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9.
Voorbeeld: Een 5,45 wordt in dit geval eerst afgerond naar een 5,5 en dan een 6. Een 5,44 wordt eerst afgerond naar een 5,4 en dan naar een 5.
Je legt uit dat je een kommagetal af kunt ronden op tienden, door te kijken naar het cijfer dat achter de tienden staat, het aantal honderdsten. Dit is het tweede cijfer achter de komma. Is het cijfer lager dan 5, dan blijft het aantal tienden hetzelfde. Is het cijfer 5 of hoger, dan komt er 1 tiende bij.