Veelgestelde vragen | ElektronVolt Elektronvolt (eV) naar Joule (J) omrekenen doe je door vermenigvuldigen met 1,60218·10-19. Hoe reken je om van Joule naar eV? Joule (J) naar elektronvolt (eV) omrekenen doe je door te delen door 1,60218·10-19.
Van Joule naar elektronvolt (eV)
1 J = 6.242 × 1018 eV of 6.242 × 1012 MeV (megaelektronvolt)
Een elektronvolt is een zeer kleine hoeveelheid energie: 1 eV = 1,602 176 565 × 10−19 J; 1 J = 6,241 509 6 × 1018 eV.
Omdat berekeningen met elektrische energie vaak over atomen, kernen en deeltjes gaan. Het is dan een stuk makkelijker rekenen. Het verschil in elektrische energie bij een spanningverschil van 800 V is voor een elektron bijvoorbeeld 800 eV.
1 eV is de energie die een elektron wint als het een potentiaalverschil van 1 volt doorloopt. 1 eV = 1,6 · 10–19 joule (= elementaire lading maal 1 V). 1 MeV is een miljoen electronvolt, 1 GeV is een miljard electronvolt.
De joule is de eenheid van energie in het SI-stelsel. Het is de energie die nodig is om een voorwerp over één meter te verplaatsen met een kracht van één newton. De newton is de kracht die nodig is om een voorwerp van één kilogram in één seconde een snelheid te geven van één meter per seconde.
Wat is de eenheid van energie? De eenheid van energie is de Joule (J). Uitgedrukt in grondeenheden: J = kg·m2·s-2.
Als het vermogen van een apparaat bijvoorbeeld 500 W is en hij werkt voor 6 seconden dan is de energie 6 x 500 = 3000 J. Energie wordt ook wel gemeten in kilowattuur (kWh).
Veelgestelde vragen | Vermogen
Vermogen betekent hoeveel energie er per seconde wordt omgezet in een andere energiesoort. Bij elektrisch vermogen betekent dus hoeveel elektrische energie er per seconde omgezet wordt. Hoe bereken je elektrisch vermogen? Vermogen bereken je met P = U·I (spanning keer stroom).
EV = bezittingen -/- schulden.
Kilowattuur is een eenheid voor energie die soms wordt gebruikt in plaats voor de normale eenheid van energie: de Joule (J). Je kunt kWh en Joule in elkaar omrekenen: Één kWh is gelijk aan 3600000 J.
Elektrische energie wordt meestal gemeten in kilowattuur (kWh). Omdat 1 J = 1 Ws, komt een hoeveelheid van 1 kWh overeen met 3 600 000 J of 3,6 MJ (megajoule). Een verbruik van 1000 kWh/jaar komt overeen met een continu vermogen van 114,077 W.
newtonmeter is hetzelfde als joule. Er is veel samenhang in de eenheden in de natuurkunde: alles is eigenlijk terug te brengen tot 7 grondeenheden.
Zoals spanning en stroomstekte heeft ook vermogen een standaard eenheid. Deze eenheid is Watt (W). Als we zeggen dat het vermogen 2000 J/s is kunnen we dus ook zeggen dat het apparaat 2000 Watt aan vermogen heeft.
De volt is gedefinieerd als het potentiaalverschil over een geleider als een stroom van 1 ampère daarin een vermogen van 1 watt in warmte omzet. Uitgedrukt in SI-basiseenheden is dat: ) komt neer op een volt.
Ampère ( A ) is de eenheid van stroomsterkte ( I ) en geeft aan hoeveel elektriciteit (lees: hoeveel elektronen) er door een apparaat loopt. Volt ( V ) is de eenheid voor spanning ( U ) en geeft aan hoeveel energie de elektriciteit met zich mee brengt. Wat hebben ze met elkaar te maken?
De stroomsterkte (I) is gelijk aan de verhouding van de spanning (V) over de weerstand (R) in het circuit: I = V / R.
Uitgeschreven betekent dit spanning = stroom x weerstand, of volt = amp x ohm of V = A x Ω.
Technisch gezien geeft spanning weer hoeveel energie er vrijkomt bij het verplaatsen van een lading. De energie noemen we joules en de lading coulombs. 1 volt staat gelijk aan 1 joule per coulomb. Als we de kraan opendraaien, begint het water te stromen.
1 kWh komt overeen met 3.600.000 joule of 3,6 MJ. Kilowatt (kW) is een eenheid van vermogen die vaak wordt gebruikt om het elektrisch vermogen van huishoudelijke apparaten weer te geven.
Als eenheid van vermogen (dus energie per seconde) kennen we de watt (W), en, heel ouderwets: de paardenkracht (pk). 1 watt = 1 joule per seconde. Een stofzuiger die 1000 watt (ofwel 1 kilowatt, 1 kW) vermogen heeft, gebruikt dus elke seconde 1000 joule.
In formule is de soortelijke warmte c = ΔQ / (m * ΔT) en de eenheid is [J/kgK]. In formule is de warmte die toegevoerd moet worden Q = c * m * ΔT [Joule].
Een joule is de hoeveelheid arbeid die nodig is om iets van 98,1 gram één meter op te tillen. Dat klinkt nog wat ingewikkeld, 200 joule komt overeen met de druk van 20 kilo aan gewicht dat de neus van een werkschoen moet kunnen weerstaan. Bekijk ons assortiment SB werkschoenen.
De joule is de energie die er nodig is om een object te verplaatsen over een afstand van 1 meter met een kracht van 1 newton. Een joule is dus hetzelfde als 1 wattseconde.
Het is goed om een klein beetje een idee te krijgen van hoeveel energie een joule is. Er is ongeveer 10 joule nodig om een voorwerp van één kilogram één meter op te tillen.