Maak een knoopje in het uiteinde van het garen, steek de naald door het uiteinde van het vlechtje (net boven het elastiekje) en steek hem vervolgens door de manen (zo dicht mogelijk langs de manenkam. Doe dit voorzichtig zodat je jouw paard niet prikt. Trek het draad aan en de vlecht gaat vanzelf dubbel.
Voor gewoon vlechten bestaan twee methodes. Een losse vlecht on invlechten. Bij een losse vlecht wordt een stukje manen of staart in drie plukken verdeeld en gestart met vlechten tot het einde. De vlechtjes worden vastgemaakt met elastiekjes, gebruik hiervoor speciale manen elastiekjes.
De Quick Knot is een zeer uniek product wat het maken van knotjes enorm vergemakkelijkt. De Quick Knot is een metalen clip welke door de knot gestoken kan worden en vervolgens wordt deze omgevouwen, hierdoor blijft de knot zitten en is naald en draad overbodig, het elastiekje is enkel nog nodig om de vlecht te maken.
Hoeveel knotjes je maakt en aan welke kant je vlecht maakt niet uit. Ook of je het voorplukje wel of niet invlecht mag je zelf bepalen. Wanneer je paard een korte hals heeft en je wilt deze wat langer laten lijken is het verstandig om veel kleine knotjes te maken. Dikke knotten laten een lange hals korter lijken.
Pak een elastiekje, of maak een elastiekje door een stuk elastisch koord af te knippen en de uiteindes aan elkaar te knopen. Lijm het strikje op het elastiekje en werk het mooi af door een klein stukje satijnlint om het elastiek en (het midden van) het strikje te wikkelen en vast te lijmen.
Eerst moeten je voeten netjes onder je heupen zijn, dan moet je romp stabiel, ontspannen en recht zijn, daarna je armen en je hoofd. Wissel af van houding: Het is ook niet goed voor je paard om de hele tijd in dezelfde houding te lopen. Voor jou is het daarom ook goed om af te wisselen.
Een wit paard schoon krijgen met alleen een borstel is een onmogelijke taak. Om hem echt weer spierwit te krijgen zul je toch echt moeten wassen. Hiervoor kan je het beste een zilvershampoo gebruiken. Deze zijn speciaal ontwikkeld voor lichte vachtkleuren, dus palomino, cremello, bont, wit en alles daar tussenin.
Hoe maak je een hengsten- of merrievlecht? Een hengstenvlecht maak je óp de hals van het paard; een merrievlecht aan de zijkant van de hals.
Om de achterhand sterker te maken zijn er diverse oefeningen die je kunt toepassen in je training. “Schouderbinnenwaarts is een prima oefening, want het paard moet hierbij meer op het achterbeen komen. De beenzetting loopt over drie sporen en hij moet zijn binnenachterbeen onder de massa brengen. Dat kost kracht.
Bij de woorden 'Fries' en 'schoonheid' denk je misschien aan Doutzen Kroes, maar de gedachten van veel paardenliefhebbers gaan naar Frederik the Great. Deze zwarte Friese hengst wordt door velen gezien als het mooiste paard ter wereld en krijgt nu zelfs filmrollen aangeboden.
Wat is slobber? Slobber is al jaren een bekend paardenvoer met als hoofdbestanddeel zemelen. Het belangrijkste kenmerk van slobber is dat je het nat voert en er een lekker papje van kunt maken voor je paard. De slobber van Pavo is een volwaardig voer.
Als een paard de rug vasthoud, is lichtrijden in draf idd beter en zal hij daardoor ontspannen. Als jij met je kont uit het zadel komt in galop als hij gespannen is, geeft dat idem dito effect. runningkawa schreef: Als een paard de rug vasthoud, is lichtrijden in draf idd beter en zal hij daardoor ontspannen.
Je moet je schouders recht boven je bekken houden, en met je bekken iets naar voren en omhoog uit het zadel komen. Zo zal je in balans blijven en met de beweging van je paard weer mooi naar beneden kunnen veren. 4. Ga in galop echt op de (bil)broekzakken van je rijbroek zitten.
Vlak voor je bij de letter bent waar je van hand gaat veranderen, kijk je in de richting waarheen je wilt en stuur je je paard met twee teugels die kant op. Kijk goed naar de letter waar je naartoe wilt. Als je aan het einde van de lijn bent, stuur je het paard de hoefslag weer op.
Fusaichi Pegasus is in 2000 verkocht voor maar liefst ruim €59.000.000 aan Coolmore Stud in Ierland. De volbloedhengst draagt nu de titel “duurste paard in de geschiedenis”, geboren in 1997 en getraind door Neil Drysdale.
Vaak wordt er aanbevolen om het paard minimaal 2 uur vrije beweging te geven na de training, om het risico op verwonding bij vrije beweging te voorkomen. Het blijkt echter dat paarden beter bewegen als ze vóór de training minimaal 2 uur vrije beweging krijgen en de wil van het paard om te trainen is dan meer aanwezig.
Een goed trainingsschema voor je paard is: 2 dagen trainen 1 dag rust en dit steeds zo herhalen. De actieve rustdagen tussen de trainingen door zijn nodig om de spieren, banden en pezen te herstellen van de training.
Laat hem z'n hoofd midden tussen beide voorbenen door buigen. Met een wortel daag je hem uit om zo laag naar de grond te gaan en zo ver mogelijk naar achter te strekken. Hou deze 'sit-up' even vast. Laat je paard weer rustig omhoog komen en herhaal dit een paar keer.
openen van de volte. Niet aan de teugel willen heeft vaak te maken met niet goed ondertredende achterbenen. Door het op een grote volte te proberen en deze volte spiraalsgewijs te sluiten, treedt het binnenachterbeen van je paard automatisch meer onder. Daarbij buigt hij ook nog eens in zijn lijf.
Met vingerverf of schmink kun je een paard beschilderen.