Bij storm is schuilen natuurlijk het eerste wat de kleine vogels doen. Laag, in de luwte van groenblijvende naaldbomen en in dichte hagen en riet.Daar zijn ze beschermd tegen regen en wind.Daarbij geldt: hoe lager hoe warmer.
De meeste vogels schuilen voor de storm, omdat het niet veilig is in de lucht. Watervogels schuilen vaak in rietkragen, zeevogels blijven op zee. Bij windkracht tien (zware storm) blijven alle vogels aan de grond.
Als het stormt, vanaf windkracht 9, houden vogels zich schuil. Zo houden zangvogels zich schuil tussen de struiken of in de bomen. In stedelijke gebieden schuilen zij in de luwte van huizen en gebouwen. Andere vogels, zoals watervogels, verschuilen zich tussen het riet.
Moeten die heel hard tegen de wind in vliegen? Of schuilen ze tot het over is? Het is moeilijk om geen medelijden te voelen als je vogels vol tegen de wind in ziet vliegen, of duiven door de striemende regen ziet lopen terwijl hun verendek almaar natter wordt. Toch kunnen vogels bijzonder goed tegen storm.
Regen deert de meeste vogels niet erg. Ze gaan gewoon door met voedsel zoeken, met vliegen of zingen. Bij noodweer zullen vogels een schuilplaats zoeken. Voor zeevogels is dat onmogelijk, maar die kunnen wel tegen een stootje.
Schuilen voor de storm
Laag, in de luwte van groenblijvende naaldbomen en in dichte hagen en riet. Daar zijn ze beschermd tegen regen en wind. Daarbij geldt: hoe lager hoe warmer. Holenbroeders, zoals mezen, schuilen ook in holtes.
De meeste vogels slapen met hun kop naar achter gedraaid en onder de veren gestoken. Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
Huisdieren als weervoorspellers
Voorafgaand aan zo'n knetterend onweer of een wolkbreuk met de proporties van een Bijbelse zondvloed, merken zij al eerder veranderingen in de atmosfeer op. Een hogere luchtvochtigheid en een lagere luchtdruk kondigen onstabiel weer aan en daar heeft jouw huisdier een neus voor.
Over de pijnervaring van dieren wordt in de wetenschappelijke wereld druk gediscussieerd. Intuïtief zijn we het erover eens dat 'hogere' diersoorten zoals zoogdieren en vogels wel degelijk pijn voelen: ze likken hun wonden, vermijden pijnlijke situaties en dienen zichzelf pijnstillers toe.
Het gehoorbereik van vogels verschilt per soort, maar is vergelijkbaar met dat van mensen (20-20.000 hertz). Vogels kunnen tóch veel beter horen, want ze kunnen beter details onderscheiden (grotere gehoorscherpte). Vogels zijn vooral ontvankelijk voor geluiden die dezelfde toonhoogte hebben als hun eigen geluiden.
Kou kost vogels extra energie om warm te blijven. Ze beschikken over een uitstekende isolatielaag; dons geldt als een van de best isolerende materialen ter wereld en de buitenlaag van veren maakt dat vogels veel kunnen hebben. Maar de interne kachel moet wel blijven branden en daar is voedsel voor nodig.
Trekvogels zoeken voedsel en nestplaatsen
Trekvogels leggen vaak duizenden kilometers per jaar af. Ze gaan net als veel andere dieren op zoek naar plekken waar ze betere kansen hebben om te nestelen en voedsel te vinden, of waar het klimaat dat seizoen prettiger is.
Bliksem en aarde geven stroom. Te veel stroom! Niet alleen hoog nestelende vogels kunnen getroffen worden. Als een voorjaarsstorm met bliksems een boom velt, zijn alle nesten reddeloos verloren.
Daarnaast gebruikt de vogel zijn veren zo nu en dan voor camouflage en voor het afstoten van water. De vogel vet zichzelf in met vet dat uit een klier komt. Als het dan regent, wordt de vogel niet nat en koud omdat de ingevette veren het water afstoten.
Ze kunnen niet zoals een koolmeesje tussen takjes en gebladerte laveren. Ze zouden hun vleugels kwetsen aan al dat klein gedoe. Meeuwen hebben ruimte nodig om te landen, en om te starten. Geen bomen dus.
In uw tuin zijn het vaak de verschillende soorten mezen of mussen die overnachten in een nestkast. Maak oude nestkasten nu leeg, want vogels willen er buiten het broedseizoen geen takken of bladeren in hebben en slapen het liefst in een kale kast.
Vooral vogelsoorten die bekendstaan als monogaam en intelligent, zoals papegaaien en parkieten, hebben daar last van. Er ontbreekt wetenschappelijk bewijs dat vogels rouw ervaren. Gedrag dat mensen associëren met rouw zou ook andere oorzaken kunnen hebben.
Geluiden. Fluiten of praten betekent dat je vogel blij is in jouw huis. Wanneer je vogel erg vocaal is wanneer je de kamer in komt lopen, betekent dit dat jouw vogel blij is dat je thuis bent. Wanneer je vogel met zijn snavel klappert en spint, betekent dit dat je vogel met je wil spelen.
De voorhersenen staat in verbinding met de hersenschors, dat de ingewikkelde cognitieve functies mogelijk maakt. Bijvoorbeeld het herkennen van patronen en het vooruit denken. Dit is de verklaring voor het cognitieve vermogen van vogels dat niet minder is dan van primaten. Dus ook die van mensen.
Kikkers kwaken langer en harder wanneer er een storm op komst is. Vogels vliegen lager als er slecht weer aankomt. Volgens boeren worden koeien rusteloos en gaan soms liggen om een droge plek te hebben. Bijen en vlinders lijken te verdwijnen bij de bloemen, ze zoeken een plek om te schuilen tegen komende regen.
Dieren als weersvoorspellers
Nog zo'n weersvoorspeller is de zwaluw. Als ze laag boven de grond vliegen, zou dat het teken zijn dat er onweer op komst is. Vlak voor de regen komen regenwormen tevoorschijn uit hun ondergrondse gangen, terwijl bijen zich net verstoppen voor slecht weer.
Om een officiële waarschuwing gaat het niet, maar wegwaaiende honden komen wel vaker voor dan je denkt. In 2009 werd een kleine chihuahua door een windvlaag opgetild en honderden meters verderop teruggevonden.
Er was dan opstijgende wind waardoor de zeevogels even hun vleugels konden ontspannen. Op het land slaapt de vogel overigens een stuk langer: maar liefst 12 uur per dag. De resultaten komen niet uit de lucht vallen. Het werd al langer gesuggereerd dat vogels wel moesten slapen tijdens het vliegen.
Die vogels hebben thermiek nodig", zegt hij. Dat betekent dat ze warme lucht nodig hebben om op te vliegen. "En grote vogels hebben ook goed zicht nodig en oriënteren zich op de landsgrenzen.
Waar bomen zijn, leven roodborstjes. Liefst verblijven de tuinvogels in (stekelige) struikgewassen of een goede laag kruiden, want dan kunnen ze zich goed verschuilen. Ze maken hun nest namelijk op de grond of net erboven, bijvoorbeeld in een boomstronk, een heg, tussen klimplanten of tussen de wortels van een boom.