vierde klas: 9-10 jaar (groep 6) vijfde klas: 10-11 jaar (groep 7) zesde klas: 11-12 jaar (groep 8)
Groep 8 is het achtste en laatste leerjaar van de basisschool. Naast topografie van de wereld en Engels krijgen de leerlingen de geschiedenis van de twintigste eeuw als lesstof. Dit zijn over het algemeen kinderen van 11, 12 en 13 jaar.
Het Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs, afgekort tot HAVO, duurt 5 jaar en wordt gevolgd in de leeftijd van 12-17 jaar. De HAVO dient als directe voorbereiding op de vervolgstudie HBO (Hoger Beroepsonderwijs).
Groep 8 is het laatste leerjaar van het basisonderwijs. Daarna stroomt de leerling door naar het voortgezet onderwijs.
Elementary School leeftijd 5 1/2- 9 jaar (grades 1- 4) Middle School leeftijd 10 -13 jaar (grades 5 - 8) High School leeftijd 14 -18 jaar (grades 9 -12).
Groep 8 staat overigens niet alleen maar in het teken van herhaling, want je kind leert ook nieuwe dingen. Het meewerkend voorwerp kan in deze groep bijvoorbeeld om de hoek komen kijken. Ook is er in groep 8 aandacht voor werkwoordspelling, begrijpend en studerend lezen en discussiëren.
Vwo-niveau High School Diploma
Voor toelating tot een meer selectieve university of college moeten leerlingen een sterk academisch high school curriculum hebben gevolgd én goede resultaten hebben behaald. Met een sterk academisch curriculum bedoelen we een extra uitdagend college preparatory curriculum.
Het voortgezet onderwijs omvat het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo), het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het praktijkonderwijs.
Op het vwo is ook een tweede moderne vreemde taal verplicht. Alle vakken die op de havo worden aangeboden, zijn er ook op het vwo en de profielen zijn dan ook vergelijkbaar. Van havo-5 direct naar vwo-6 De reguliere route is instromen in vwo-5, maar soms wordt ook toegestaan om direct naar vwo-6 door te stromen.
Derde leerjaar: 8-9 jaar.
De brugklas is de eerste klas van het voortgezet onderwijs. De term brugklas is geïntroduceerd met de invoering van de Mammoetwet (1963). In Nederland gaan de meeste leerlingen op 12-jarige leeftijd van de basisschool over naar de brugklas.
Het vwo duurt 6 jaar (leeftijd: 12-18 jaar) en bestaat uit atheneum, tweetalig onderwijs (tto), gymnasium, vwo-technasium en vwo-plus.
Grade 1-5 (tot ±10 jaar) is samen de basisschool (elementary school). Grade 6-8 (tussen 11-13 jaar) is een aparte “school” die tussen de basis- en middelbare school in zit: 'middle school'. Tijdens de laatste vier van de twaalf 'grades' (14-17) ga je eindelijk naar 'High School'.
Het vwo is niet veel moeilijker dan havo
De meerderheid vindt het vwo niet veel moeilijker dan de havo, al neemt de moeilijkheidsgraad wel iets toe naarmate je verder komt. Er wordt dieper op de stof ingegaan en je hebt meer inzicht nodig, ondervond Hugo.
Havo staat voor 'hoger algemeen voortgezet onderwijs'. Het havo duurt vijf jaar en bereidt leerlingen voor op het hoger beroepsonderwijs (hbo). Maar sommige leerlingen stromen na hun eindexamen door van havo naar vwo. Er is ook een kleine groep die zich inschrijft voor een mbo-opleiding.
School Diploma (OSSD) met 6 University Preparation Courses of de voormalige Ontario Academic Courses (OAC's) is vergelijkbaar met dat van een vwo-diploma.
Afhankelijk van zijn resultaten kan de leerling studeren aan een Community College of universiteit. Het Community College is vergelijkbaar met een Nederlandse MBO-opleiding.
Het niveau van de associate's degree behaald na een terminal of vocational program is doorgaans vergelijkbaar met dat van een mbo-diploma op kwalificatieniveau 4.
Referentieniveau voor groep 8
We verwachten dat de meeste leerlingen aan het einde van groep 8 het referentieniveau 1F beheersen. Maar het kan zijn dat je meer kan dan het referentieniveau 1F, bijvoorbeeld 1S of 2F.
In groep 8 herhalen leerlingen veel lesstof uit voorgaande leerjaren, zoals regels voor (werkwoord)spelling, leesstrategieën, breuken en procenten. Daarnaast besteedt de leerkracht aandacht aan 'leren leren', zoals planning van huiswerk, taakaanpak en reflectie op werk.