Door zelf te blijven waarnemen wat er op dat moment bij jou en de ander gebeurt – en daarmee dus niet hetzelfde te doen als deze ouder, namelijk ook een oordeel krijgen en je laten leiden door jouw emoties – kun je contact maken met de ander en van daaruit samen gaan ontdekken wat er nodig is voor het kind.”
Wat mogen de ouders van de school verwachten:
Daarbij neemt het aanleren van de (basis)vaardigheden, lezen, schrijven, rekenen en taal een centrale plaats in. Zeker niet minder belangrijk vinden we de sociaal emotionele- en creatieve ontwikkeling van leerlingen.
Praten lucht op en iemand kan met je meedenken over wat je kunt doen. Of praat met de vertrouwenspersoon op school. Natuurlijk kun je ook bellen met De Kindertelefoon: 0800-0432. Op Kindertelefoon.nl kun je ook met hen chatten.
Een heel belangrijke tip voor het oplossen van een ruzie met je ouders: zorg dat je spreekt vanuit jezelf. Geef aan hoe JIJ je ergens bij voelt en skip de beschuldigingen richting je vader of moeder. Hoe schuldig ze ook lijken in jouw ogen, spreek vanuit de ik-persoon. Zo voorkom je dat de ander zich aangevallen voelt.
Dit kan te maken hebben met dat de communicatie vaker moeizaam is, omdat je bang bent voor de reactie, hun mening of oordeel. Het kan ook te maken hebben met schaamte, loyaliteit en dat je de mensen die het dichtste bij je staan geen pijn wil doen of niet wil teleurstellen.
Wat is oudervervreemding? 'Bij een verstoorde ouder-kindrelatie is het systeem van het gezin uit balans. Het is een extreem voorbeeld hoe het kind uit beeld kan raken, terwijl zowel vader als moeder juist strijden voor het belang van het kind. Er is dus niet één ouder die het 'doet' of schuldig is.
De driehoeksrelatie leerling – ouder – leraar
In de driehoeksrelatie staan de ouder en de leraar onderin, en het kind bovenaan. De leerling rust als het ware op de schouders van de ouder en de leerkracht. Er zijn zoveel driehoeken als leerlingen. Het is de kunst om deze driehoeksrelatie te laten glanzen.
Wie af en toe eens een krant of opvoedkundig boek openslaat heeft de term 'curling ouders' vast al eens horen waaien. Het zijn ouders die alle hindernissen en obstakels die hun kinderen mogelijkerwijs in het leven zouden kunnen tegenkomen, zelf al van de baan proberen te vegen.
De resultaten tonen aan dat het er best geregeld bovenarms opzit in de huisgezinnen. De doorsnee ouder gaat per jaar gemiddeld 2.184 keer met zoon- of dochterlief in de clinch. Omgerekend komt het neer op 182 ruzies per maand, 42 per week, of zes per dag. En elke ruzie duurt gemiddeld acht minuten.
In grote gezinnen is het percentage ouders dat met ten minste één kind wekelijks contact heeft groter dan in kleine gezinnen. Om een voorbeeld te geven: in een gezin met vijf kinderen heeft 83 procent van de ouders wekelijks contact met ten minste één kind; in gezinnen met één kind is dat slechts 57 procent.
Problemen tussen ouders
Kinderen merken veel meer van problemen dan ouders vaak denken. Ze voelen de spanningen en hebben daar veel last van. Veel kinderen denken dat problemen tussen hun ouders met hen zelf te maken hebben. Ze kunnen zich schuldig gaan voelen en zich anders gaan gedragen.
Psychologie niet boos kunnen worden
Dit kan te maken hebben met depressie onderdrukte woede. Het heeft er vaak mee te maken dat we bang zijn voor onze eigen boosheid. Vaak zijn we bang dat als we de boosheid toelaten, hij ons helemaal zal overnemen. Wees gerust: meestal valt het mee.
Onderzoek. Karen vervolgt: 'In dit onderzoek wordt uitgelegd dat boos worden vaak een onderliggende oorzaak heeft: je voelt je onbegrepen, onbelangrijk, onzichtbaar of machteloos tegenover anderen. En vervolgens moeten de mensen van wie je houdt het ontgelden.
Dat geldt ook voor regelmatig schreeuwen tegen kinderen, blijkt uit diverse wetenschappelijke studies. Het kan bijvoorbeeld tot op latere leeftijd leiden tot gedragsproblemen als agressief en defensief reageren, stemmingsproblemen als depressie en cognitieve problemen zoals concentratiestoornissen.
Ouderbetrokkenheid is de betrokkenheid van ouders bij de opvoeding en het onderwijs van hun eigen kind, thuis en op school. Bijvoorbeeld: samen naar de bibliotheek gaan, een gesprek over de dag, samen een boek lezen ... Ouderparticipatie is het actief deelnemen als ouder aan schoolse activiteiten.
Oudergesprekken blijken effectief wanneer er ruimte is voor uitwisseling, er vertrouwen is en een focus op onderwijsondersteunend gedrag. Gespreksprotocollen, reflectie en intervisie kunnen ondersteuning bieden. En deze kunnen de benodigde partnerschapsvaardigheden van leraren helpen ontwikkelen.
Ouderparticipatie geeft de school een open sfeer met veel contacten tussen ouders en leerkrachten. Ouders kunnen invloed uitoefenen op het schoolgebeuren, wat stimulerend werkt op het eigen kind. De school is mede door de ouderparticipatie in staat bijzondere activiteiten te organiseren.
Er wordt onder verstaan dat ouders deelhebben aan de zorg voor hun kind in het ziekenhuis. Wat u als ouder in het ziekenhuis doet, is echter niet anders dan wat u thuis doet: zorgen voor uw kind. In feite zijn het de ziekenhuismedewerkers die, tijdelijk, participeren in de ouderlijke zorg.