krankzinnig, idioot, debiel, achterlijk, geestelijk gehandicapt, zwakbegaafd, dement, imbeciel, zwakhoofdig. krankzinnig (bn) : gestoord, idioot, uitzinnig, te dol, zwakzinnig, gek, achterlijk, getikt, waanzinnig, geestesziek, zinneloos.
achterlijk bijv. naamw. Uitspraak: [ ˈɑxtərlək ] Afbreekpatroon: ach·ter·lijk 1) achter in geestelijke ontwikkeling Voorbeeld: 'een achterlijk kind hebben' Antoniem: voorlijk niet achterlijk zijn (slim of intelligent zijn) 2) belachelijk, raar Voorbeeld: 'Wat een achterlijke sport is dat!'
dwaas, suf, idioot, dom, achterlijk, onnozel, stompzinnig, oenig. onwetend (bn) : onbewust, dom, achterlijk, onkundig, ignorant, ezelachtig.
idioot (zn) : klootzak, sufferd, debiel, stommerik, sukkel, uilskuiken, ezel, stommeling, imbeciel, klojo, botterik, hansworst, zakkenwasser, lijpkikker. zwakzinnig (bn) : krankzinnig, idioot, debiel, achterlijk, geestelijk gehandicapt, zwakbegaafd, dement, imbeciel, zwakhoofdig.
Per betekenis:
3.0 : belachelijk; stom.
De meest voorkomende waren (en zijn) de vorming van samenstellingen (stoel + poot = stoelpoot), afleidingen (achter + -lijk = achterlijk; be- + zitten = bezitten), en het overnemen van leenwoorden uit andere talen.
Daarbij hebben ze een geschiedenis in de diagnostiek van mensen met een verstandelijke beperking: de term 'idioot' werd vroeger gebruikt voor mensen met een IQ van 0 tot 25, 'imbeciel' was voor mensen met een IQ van 26 tot 50 en mensen met een IQ tussen de 51 en 70 werden 'debiel' genoemd.
dwaas (zn) : idioot, debiel, mafkees, stommerik, sukkel, gek, stomkop, uilskuiken, ei, ezel, oen, dwaze, zonderling, domkop, domoor, imbeciel, zot, nar, onnozelaar, zwakzinnige, cretin, gekskap.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): verliezen ≠ bemachtigen, kloppen, verslaan, winnen, zegevieren.
vlug, bedachtzaam, ontwikkeld, rap, verstandig, intelligent, scherpzinnig, snugger, scherp, slim, bijdehand, pienter, snedig, scherpziend. intelligent (bn) : vlug, verstandig, geleerd, scherpzinnig, ingenieus, knap, vindingrijk, slim, wijs, bijdehand, pienter, bevattelijk, vernuftig, schrander.
Het dunning-krugereffect is een psychologisch verschijnsel waardoor mensen die incompetent zijn in een taak hun prestaties hoger inschatten dan deze in werkelijkheid zijn.
Veel slimme mensen doen domme dingen met technologie, omdat ze die balans niet weten te vinden. Vaak veronachtzamen ze het verleden, hebben te weinig oog voor de mens in het heden en kijken door een te roze wolk naar de technologie van de toekomst.
Infantiel betekent 'van het kind'. In de vroege vorm zijn er al problemen voor de geboorte. In het lichaam van kinderen met deze vorm zit meestal voor de geboorte al te veel vocht.
Wat is behaaglijkheid? Er is sprake van behaaglijkheid wanneer de toestand van het ruimteklimaat en de kwaliteit van de binnenlucht zo geschikt is dat een persoon zich in deze kamer goed voelt.
Onmenselijkheid is extreme wreedheid tegen andere mensen of het in positie brengen van mensen zodat ze in een onmenselijke positie geraken. Dergelijk gedrag gaat bij bijna alle mensen tegen het menselijk gevoel in.
geestelijk (bn) : mentaal, verstandelijk, psychisch, intellectueel, spiritueel, immaterieel, onzienlijk, onstoffelijk, bovenzinnelijk. geestelijk (bn) : kerkelijk, godsdienstig, geheiligd, klerikaal.
roekeloos, onvoorzichtig, onbezonnen, gedachteloos, lichtvaardig, onnadenkend, onberaden. onvoorzichtig (bn) : roekeloos, hardhandig, onbezonnen, achteloos, onberaden, vermetel, onbedachtzaam.
Een gemiddeld intelligentieniveau ligt tussen de 90 en 110. Bij een IQ tot 120 spreekt men van een bovengemiddeld intelligentieniveau en bij een IQ tot 130, spreekt men van een begaafd intelligentieniveau. Een hoogbegaafd kind heeft een IQ dat hoger is dan 130.
Debiel betekent dat je het syndroom van Down hebt, maar veel mensen gebruiken het als scheldwoord voor iemand die dom is of dom doet. Dat is het oorspronkelijk dus niet en je mag het zo niet gebruiken, ook niet om iemand met het syndroom van Down uit te schelden.
Wanneer behoor je tot de Nederlandse adel? Je bent van adel als je afstamt van een vader die van adel is en die bovendien dezelfde achternaam heeft als jij, omdat titel en predikaat met de achternaam verbonden zijn en adeldom alleen in de mannelijke lijn kan worden doorgegeven.
1. : het hebben, tonen of voortkomen uit persoonlijke kwaliteiten die mensen bewonderen (zoals eerlijkheid, vrijgevigheid, moed, etc.) Hij was een man met een nobel karakter.
Graaf, vrouwelijk gravin, is tegenwoordig een adellijke titel maar oorspronkelijk lag er een militaire en bestuurlijke functie aan ten grondslag. In rangorde van de Belgische en Nederlandse adel staat de graventitel boven die van burggraaf en onder die van markgraaf (markies).