Boeddhisten kiezen eerder voor cremeren dan voor begraven.Waarna een periode van drie dagen volgt waarin de ziel van de overledene de tijd krijgt om te vertrekken. Herdenkingsdiensten worden vaak gehouden op de derde, zevende, negenenveertigste en honderdste sterfdag. Geloofd wordt dat de overledene reïncarneert.
In de meeste gevallen kiezen boeddhisten voor een crematie. Na het overlijden wordt het lichaam een aantal uur niet aangeraakt. Daarna worden verschillende gebeden en plechtigheden uitgevoerd en wordt het lichaam gecremeerd of begraven.
De dood accepteren
Deze negatieve gevoelens bij het overlijden staan volgens de boeddhisten voor een negatieve gehechtheid aan het leven. Om dit negatieve te verhelpen wordt er onder andere een altaar met brandende kaarsen en wierook naast het bed van een stervende geplaatst.
De cycli van leven en dood stoppen, omdat je per moment begint en eindigt. “Wanneer iemand euthanasie pleegt omdat hij of zij het lijden dat gepaard gaat met de laatste fase van het leven niet aankan, is die persoon nog niet over het lijden heen. Dan zeggen boeddhisten: er is nog werk aan de winkel.
Boeddhisten zijn vegetarier. Het doden en eten van vlees is in strijd met de eerste leefregel. Ook past het eten van vlees niet in het concept van Karuna. bieslook.
De kern van het boeddhisme is dus inzicht in het lijden en de weg om dit lijden op te heffen. Het lijden komt doordat het leven onvolmaakt is. Die onvolmaaktheid doet verlangen naar iets anders, iets dat het volmaakt zou maken. Zolang we niet stoppen met verlangen, blijven we reïncarneren.
Het boeddhisme staat gelijk aan eenvoud. Door hun hoofd te scheren, geven monniken en nonnen zichzelf meer tijd voor de dingen die echt belangrijk zijn. Ook symboliseert een geschoren hoofd het idee van meer aandacht voor innerlijke verandering dan uiterlijke verschijning.
Behalve hun visie op de dood, hebben boeddhisten ook een bijzondere visie op het leven. Zo zouden sommigen van ons – vooral in het westen – op de automatische piloot leven. Boeddhisten noemen dat luiheid, maar die gaat niet over niks doen – het gaat juist om zó veel doen dat we onszelf vermijden.
Een afscheidsritueel is een ritueel om een verandering aan te geven. Het is een markering in de tijd. Je staat werkelijk stil bij de verandering. De verandering houdt in dat je afscheid neemt van het 'oude' om het 'nieuwe' toe te kunnen laten, of te verwelkomen.
In de 40 dagen periode neemt de ziel afscheid van de aarde en verlaat uiteindelijk deze wereld, in sommige geloofstradities wordt dit ook wel de hemelvaart genoemd. Gedurende deze periode moeten de ontslapenen of overledenen gaan beseffen dat ze moeten doorstromen naar hun nieuwe bestaan en herenigd worden met God.
Christelijke rouwrituelen
Afscheid nemen gebeurt daarbij vaak ook in de kerk. De avond voorafgaand aan de begrafenis vindt vaak de wake plaats, waarbij vrienden en familie afscheid nemen. Een uitvaart krijgt vorm door het gezamenlijk zingen van psalmen in de kerk en een rouwstoet naar de laatste rustplaats.
Het boeddhisme is ontstaan uit de leer van de Boeddha, en leeft voort in de boeddhistische gemeenschap. Boeddhisten streven naar verlichting, de verlossing van het lijden door het zien van de werkelijkheid zoals ze is: veranderlijk en onbestendig.
Boeddhisten geloven dat er een cirkel is van doodgaan en opnieuw geboren worden: het wiel van het leven. Hoe je nieuwe leven eruitziet, hangt af van je karma. Dat is de optelsom van de goede en de slechte daden in je leven. Boeddhisten geloven dat het leven en telkens weer opnieuw geboren worden een soort reis is.
De Dharmachakra stelt een chakrawiel met acht of meer spaken voor. Het is een van de oudste symbolen uit het boeddhisme; het is al terug te vinden in Indische kunst ten tijde van de Boeddhistische koning Asoka. In zijn versimpelde vorm wordt de Dharmachakra wereldwijd herkend als het symbool van het boeddhisme.
vrij is van het leven in samsara.
Hoewel die trend al een paar jaar bestaat, is een Boeddhabeeld nog steeds geen gewone aankoop, zoals een elektrische heggenschaar of een barbecue. Want heggenscharen en barbecues kunnen ongelukken veroorzaken, maar Boeddhabeelden kunnen ongeluk brengen.
Boeddhisme. In het boeddhisme is religieuze kleding in de regel voorbehouden aan kloosterlingen, die een geel of oranje gewaad dragen.
„Oranje is de kleur van de wereldverzaking en verlichting. Het is de kleur die aangeeft dat je de Veda's, de hindoeïstische heilige geschriften, bestudeert”, legt Dhananjaya das Adhikary (61) uit.
Boeddhisten geloven dat men bevrijd kan worden uit de cirkel van wedergeboortes door het volgen van de door de Boeddha onderwezen middenweg. De belangrijkste aspecten van deze middenweg zijn het uitbannen van alle materiële verlangens, het zich ethisch gedragen, en het ontwikkelen van de geest.
Geluk is in het boeddhisme het zichzelf gelukkig of tevreden voelen, waarbij er geen lijden of ongelukkigheid aanwezig is. Geluk in het boeddhisme houdt ook in dat je vrede hebt met hoe het leven zich in het hier en nu presenteert.
Welke 5 groenten eten boeddhisten niet? Boeddhisten eten geen voedsel die lustgevoelens en een opvliegende gemoedstoestand opwekken. Daarom worden groenten zoals knoflook, ui, sjalotten, bieslook en prei vermeden. Ook geven deze groenten een slechte geur als ze rauw worden gegeten.
In het boeddhisme gaat het minder om wat je eet en veel meer om hoe je eet. Je eet met respect voor de ingrediënten en de mensen die ervoor gezorgd hebben dat het eten van zaadje tot aan eindproduct bij jou op tafel komt. Zonder zon geen planten, zonder boer geen oogst.
Vegetarisme is in het boeddhisme niet verplicht. In het boeddhisme is het doden van een levend wezen tegen de vijf voorschriften waar iedere boeddhist zich aan zou moeten houden. Het eten van vlees of vis is echter niet hetzelfde als het doden van een levend wezen.