De achterhoofdsligging is volgens verloskundigen de ideale ligging voor je baby om in geboren te worden. Hierbij ligt je baby met het hoofdje naar beneden en het achterhoofd voor, richting de buik van de moeder. De meeste baby's komen in deze positie terecht voor de geboorte, maar een klein percentage niet.
Dit doet de verloskundige wederom door voorzichtig op verschillende plekken in je buik te drukken, ook wel de Leopold-handgrepen genoemd. Door te voelen hoeveel weerstand je buik op bepaalde plekken heeft, kan de verloskundige bepalen hoe je kindje ligt.
Als de baarmoedermond helemaal open is (volledige ontsluiting = 10cm) kan het hoofdje er pas door en komt het in de vagina. De wanden van de vagina zijn zeer rekbaar en vormen geen echte belemmering voor de geboorte. Als het hoofdje onder het schaambot door is ondervindt het alleen nog last van de bekkenbodemspieren.
Het lijkt erop dat de geboorte best wel een heftige gebeurtenis is voor je baby. Hij moet opeens zelf ademen, zijn lichaam werkt hard om hem warm te houden, hij hoort en ziet dingen op een nieuwe manier en kan zelfs pijn hebben door de bevalling. Gelukkig kunnen jij en je baby hierdoor meteen een band ontwikkelen.
Oorzaak dwarsligging
Een dwarsligging komt relatief vaker voor bij vrouwen die al 4 of meer kinderen hebben gekregen. Daarnaast kan de oorzaak zijn dat de placenta voor de bekken ligt of dat de vrouw een te nauwe bekken heeft. Hierdoor kan de baby niet indalen.
Het duwen kan een naar gevoel geven en zelfs pijn doen. Als het te veel pijn doet, kun je altijd aangeven dat we moeten stoppen met de behandeling. De buik kan ook na het draaien wat gekneusd voelen. Na het draaien controleren we weer de hartslag van de baby.
Tot ongeveer 36 weken in de zwangerschap kan uw kind nog zelf draaien. Wanneer dit niet gebeurt, kan er besloten worden om, met hulp van de gynaecoloog, het kind te draaien. Dit gebeurt meestal rond de 36 weken, soms kan dit eerder of later zijn, afhankelijk van uw situatie.
Het is niet te voorspellen wanneer en hoe een bevalling begint. Het is mogelijk dat je een aantal dagen voordat de bevalling zich aankondigt, al last hebt van onregelmatige samentrekkingen van de baarmoeder. Dit zijn de zogenaamde oefenweeën.
In de beginfase kan je baby gewoon nog lekker doorslapen. Als je bevalling begint met het breken van de vliezen, dan dringen er ineens allerlei geluiden van buitenaf tot je kindje door. Als de weeën elkaar sneller gaan opvolgen, krijgt de baby minder vrijheid en wordt hij wakker.
Kindje wordt rustiger
De bewegingen van je kindje worden minder. Doordat het hoofdje is ingedaald heeft hij minder ruimte. Toch moet je opletten dat je over de hele dag gezien je baby wel voelt bewegen, maar heel zachtjes, de kracht van de bewegingen neemt dan ook af.
Als je klaarkomt gaat je baarmoeder samentrekken, sommige vrouwen voelen dit als een prettig gevoel, er zijn ook vrouwen die dit niet voelen. Als je net bevallen bent is je baarmoeder nog erg gevoelig. Als je dan klaarkomt kan het zijn dat het samentrekken wat pijnlijk is, net of je weer een beetje weeën hebt.
Neem rustig de tijd en probeer of het lukt. Probeer je ontlasting zacht te houden door steeds veel te drinken en vezelrijk te eten. Meestal komt de eerste ontlasting op de derde of vierde dag na de bevalling. Vaak vinden vrouwen het prettig om tijdens het poepen met een warme natte washand het perineum te steunen.
De meeste vrouwen ervaren pijn bij de eerste keer gemeenschap na de bevalling (85,7%). Bij achttien maanden na de geboorte heeft 24% van de vrouwen nog pijnklachten bij vrijen.
Hoe voelt indalen? Het is goed mogelijk dat je niks merkt van het indalen van je baby, omdat het geleidelijk aan gebeurt. Soms kan het echter ook resulteren in harde buiken of indalingsweeën. Dat voelt als een trekkende of stekende pijn in je liezen of krampen in je onderbuik.
Leg twee warme handen om de buik en pak de buitenkant van de baarmoeder als het ware vast. Beweeg de buik zachtjes heen en weer. De baby wordt zo heerlijk gewiegd en zal reageren als je stopt met wiegen door naar je hand toe te zwemmen. Vaak moet je even leren om dit goed te doen, maar het is zó leuk.
Vanaf het begin van de zwangerschap is een baby actief. Sommige bewegingen kunt u goed voelen, maar van andere bewegingen merkt u niets. Hoeveel een baby beweegt en met hoeveel kracht dit gebeurt, is voor iedere baby anders. In z'n algemeenheid is dus niet te zeggen wat normaal is.
De adrenaline concentratie zal namelijk stijgen bij, onder andere; pijn, stress, angst en onrust. Dus ook wanneer de omgeving als niet rustig en/of veilig genoeg ervaren wordt. Dat is dan ook de reden dat de meeste bevallingen 's avonds of 's nachts starten.
Vanaf 37 weken zwangerschap mag je officieel gaan bevallen. Echter bevallen de meeste vrouwen bij een eerste zwangerschap NA de uitgerekende datum, dus tussen de 40-42 weken zwangerschap.
De meeste bevallingen beginnen tussen de 37e en 42e week. Maar wanneer begint de bevalling nou eigenlijk en waaraan kun je dat merken? In ongeveer 90% van de gevallen begint een bevalling met weeën, in 10% met het breken van de vliezen. Maar soms kan het ook nog loos alarm zijn.
Een bevalling begint vaak met wat 'gerommel', willekeurige samentrekkingen van je baarmoeder waar nog geen ritme inzit en die niet heviger worden. Deze voorweeën kunnen ook weer afzakken. Deze activiteit van je baarmoeder geeft nog geen ontsluiting, maar zorgt wel voor het soepel en korter worden van de baarmoedermond.
Al dagen tot weken voor je bevalling kun je beginnen met “rommelen”. Hiermee bedoelen wij dat je regelmatig harde buiken hebt die soms ook echt wel een beetje pijn kunnen doen. Met deze harde buiken is je lichaam zich aan het voorbereiden op de bevalling. Je baarmoeder is een spier en die spier is aan het oefenen.
Het komt regelmatig voor dat vrouwen al weken voor de bevalling last hebben van voorweeën. Deze voorweeën komen vooral 's nachts omdat de baarmoeder dan het meest actief is. Je voelt je baarmoeder hard worden, ze zijn ook wel wat pijnlijk, nog niet zo erg als ontsluitingsweeën, maar pijnloos zijn ze zeker niet.
De buikwand kan door het duwen een paar dagen gevoelig en pijnlijk zijn. Dat is vervelend, maar kan geen kwaad. Na het draaien is de hartslag van de baby soms wat trager. De kans hierop is 5%.
Er zijn ook kindjes die met het hoofdje boven het bekken blijven zitten of het hoofdje scheef in het bekken hebben, deze baby's zakken pas tijdens de weeën met hun hoofdje in het bekken. Het maakt voor de bevalling niet uit of een kindje al voor, of pas tijdens de weeën indaalt.
Omgekeerde houding
Dit doe je zo: Ga op handen en knieën zitten, breng je onderarmen plat op de grond, steun op je ellebogen en duw je billen omhoog. Rust met je hoofd op je armen en breng je bovenlichaam zo dicht mogelijk tegen de grond. Je kunt ook op je rug gaan liggen, met een kussen onder je billen en bekken.