Bij een mengverhouding van 1:25 betekent dit dus dat je 1 liter olie met 25 liter benzine moet mengen.
Schaalberekeningen. Is de schaal 1 : 50 dan is het model 50 keer kleiner dan in werkelijkheid. Wil je de maten van het model weten, dan deel je de echte maten door 50. Vandaar het deelteken.
Gebruik de verhouding 1:40 (1 deel olie op 40 delen benzine). Als vuistregel telt u dus voor 1 liter benzine zo'n 0,025 liter (25 ml) synthetische olie.
Het idee is dat de verhouding tussen “water” en “product” hetzelfde blijft. Dus als die verhouding “200 delen water” tegen “1 deel product” is, dan zeg je eigenlijk dat je 200ml water nodig hebt om 1ml product te verdunnen. Als het jouw wens is om 12 liter water te gebruiken, dan heb je niet genoeg aan 200ml water.
Bij een mengverhouding van 1:25 betekent dit dus dat je 1 liter olie met 25 liter benzine moet mengen.
1 staat tot 5 = 1 : 5 = 1 / 5 = 1 op 5. Je ziet meteen aan de derde notatie dat breuken ook verhoudingen bevatten. Het percentage is ook een veel gebruikte verhouding. De verhouding 1 staat tot 5 is dezelfde verhouding als 20 staat tot 100 en kan je dus schrijven als 20%.
De schaal wordt vaak geschreven als breuk met ":" als delingssymbool. Als het model 10 maal zo klein is als het origineel, is de vergrotingsfactor 0,1, of anders geschreven 1 : 10 (uitgesproken als: een op tien). Dit geeft dus aan dat 1 cm van het model 10 cm van het origineel betreft.
1:10 wordt uitgesproken als “één op tien”. Wat eigenlijk niet meer of minder wil zeggen als 1 deel product, en 10 delen water. Hoe je dat dan praktisch maakt? Laten we het voorbeeld van 1:10 nemen, dus 1 deel product, 10delen water, maakt in totaal 11 delen.
4 cm op de tekening is 80 cm in werkelijkheid. De verhouding is 4 : 80. Als je beide getallen door 4 deelt, heb je de schaal. De schaal is 1:20.
Je auto loopt bijvoorbeeld 1 op 20, dat betekent dat je auto 20 kilometer kan rijden op 1 liter brandstof. Geeft je auto het verbruik in liters aan dan betekent het dat je auto zoveel liter brandstof nodig heeft om 100 kilometer af te leggen.
Het is gebruikelijk dit uit te drukken als het aantal afgelegde kilometers per liter brandstof en als de reciproque hiervan genoteerd (L:km). Zo wordt een verbruik van 1 liter per 15 kilometer uitgesproken als "een op vijftien" en geschreven als "1:15".
Een kwartier is een vierde deel ( 1⁄4 ) van een uur. Ook wel een kwart genoemd.
Een fles 2 taktolie en Benzine. En dan een paar keer schudden. Wat is nou eigenlijk precies de funktie van de 2 taktolie in onze blokjes? Een smerende taak: uiteraard is dit de hoofdtaak van door de benzine gemengde olie.
Moderne 2 takt motorolie is kwalitatief beter dan oude 2 takt motorolie. Hierdoor is minder olie nodig bij uw brandstof. Het verdunnen van de mengsmering zorgt voor kostenbesparing en brandstofbesparing. Mengverhouding is vandaag de dag meestal 1:50.
Dit spreek je uit als: één staat tot twee. Als Teun 17 kilometer per uur fietst, dan fietst Peter twee keer zo snel, dus 2 x 17 = 34 kilometer per uur.
Visuele uitleg van de begrippen een derde en een kwart.
Je verdeelt één pannekoek onder drie kinderen. Elk kind krijgt dan een derde pannekoek want één gedeeld door drie is gelijk aan een derde; 1 : 3 = 1/3.
eigenlijk is het heel simpel. Wanneer er bijvoorbeeld 4:1 staat, betekent dit 4 delen water en 1 deel product. vb: voor 1 liter heb je 800 ml water en 200 ml product nodig.
Het schaalmodel van 1:18 betekent dat het echte object achttien keer groter is dan het model.
Een auto is zuinig wanneer het zo min mogelijk brandstof verbruikt per kilometer. Als u gaat kijken naar wat zuinig is om te rijden, dan is 1 liter brandstof op 20 kilometer zuinig en 1 liter brandstof op 3 kilometer onzuinig. Een gemiddelde benzineauto rijdt ongeveer 1 op 15.
1/4 deel = 25 % 1/2 deel = 50 %
Een hele is verdeeld in acht gelijke stukken, oftewel: 1 : 8 =. Daar hoort het kommagetal 0,125 en het percentage 12,5% bij. Handig om deze gegevens bij elkaar op een overzichtskaart te hebben!