Men mag bij het slaan eventueel hoeken van 90 graden maken, en zelfs afwisselend achteruit en vooruit slaan. De geslagen schijven en dammen mogen echter pas van het bord weggenomen worden na het uitvoeren van de hele slag. Bovendien geldt dat niet tweemaal dezelfde schijf of dam geslagen mag worden.
Slaan mag vooruit en ook achteruit. Normaliter mag je geen steen achteruit verplaatsen, maar dus wel als je kan slaan. Het kan ook voorkomen dat je meer dan één steen kan slaan in een enkele beurt. Dit is verplicht en een meerslag gaat altijd voor op een enkele slag.
Een dam kan een stuk op de zelfde diagonaal slaan als er tussen de dam en het schijf geen stukken staan en het veld achter het stuk leeg is. De dam mag landen op een leeg veld achter het geslagen stuk als er tussen dat veld en het geslagen stuk geen andere stukken staan.
Ja, slaan is verplicht. Dit is een belangrijk verschil tussen schaken en dammen: bij schaken mag je slaan, bij dammen moet je slaan.
Slaan met de dam
Je mag een losstaande schijf of dam slaan die verder op dezelfde diagonaal staat. Je mag dan zelf bepalen op welk veld achter het geslagen stuk je dam tot stilstand komt. Als je op een veld tot stilstand kan komen waar je weer verder zou kunnen slaan, mag je je slag in dezelfde beurt vervolgen.
Als men meerdere schijven kan slaan, geldt: meerslag gaat voor. Men moet zo slaan dat de meeste schijven van de tegenstander van het bord gaan. De geslagen schijven mogen pas van het bord weggenomen worden na het uitvoeren van de hele slag.
Elke speler begint het spel met 12 schijven en ze worden op 12 donkere velden geplaats die het dichtst bij hem of haar liggen. Zwarte opent altijd het spel, daarna wisselen de spelers hun beurt af. De spelers bepalen willekeurig wie met zwart mag spelen.
De deksel is het schaakbord, dat aan de binnenkast is bekleed met vilt. Er zitten in de doos schaakstukken en damstenen, net genoeg om op het schaakbord te dammen.
Bij dammen worden alleen de donkere vakjes gebruikt om op te spelen. In het begin staan er 40 schijven op het bord. 20 Voor de partij die met wit speelt en 20 voor de partij die met zwart speelt. Je zet je schijven dus op de vier rijen die aan jouw kant liggen en je gebruikt dus alleen de zwarte vakken.
De damstenen worden bij aanvang van het spel door beide spelers op de achterste 4 rijen op de donkere vakken geplaatst. De 2 middelste rijen blijven vrij. Let wel op dat bij het neerleggen van het bord bij elke speler in de linker onderhoek een donker vlak ligt, en niet het lichte vlak.
In China, het land met de meeste stuwdammen ter wereld, hebben al meer dan 23 miljoen mensen zich naar andere gebieden moeten verplaatsen. De stuwdam projecten van FMO zijn slechts twee van de vele projecten die te kampen heeft met verzet.
De oudste bij naam bekende dam is de Drususdam, omstreeks 12 v. Chr. aangelegd door de Romeinen.
Een dijk scheidt het water van het land en een dam scheidt water van water.
„Je kunt niet zeggen dat schaken moeilijker is dan dammen of andersom. Het zijn verschillende sporten. Omdat je verschillende stukken hebt zit er misschien wat meer in schaken. Dat is ook een sport waarmee je altijd bezig moet blijven.
Het grote dambord heeft 10 x 10 vakjes. Op het bord met 100 vakjes wordt het internationaal dammen gespeeld. Dat is direct het verschil tussen een dambord en een schaakbord. Het grote dambord heeft het spel een stuk interessanter gemaakt.
Het verhaal gaat dat Napoleon en zijn soldaten het een geweldig spel vonden en meenamen op hun veldtochten. Zo werd het Pools dammen een internationaal bekend damspel. In Nederland wordt sinds de 16e eeuw Engels gedamd, later werd er ook Pools gedamd. Wie het precies heeft uitgevonden, is dus niet bekend.
Een dam mag een losstaande schijf of dam slaan die verder op dezelfde diagonaal staat. Er mag dan zelf bepaald worden op welk veld achter het geslagen stuk de dam tot stilstand komt. Als de dam op een veld tot stilstand kan komen waar er weer verder geslagen kan worden, mag de slag in dezelfde beurt vervolgd worden.
Slaan met een damBewerken
Ook bij het slaan komt de kracht van een dam naar voren. Een dam mag een losstaande schijf of dam slaan die verder op dezelfde diagonaal staat. Er mag dan zelf bepaald worden op welk veld achter het geslagen stuk de dam tot stilstand komt.
Dammen wordt gespeeld door twee spelers. Elke speler begint het spel met 12 schijven en ze worden op 12 donkere velden geplaats die het dichtst bij hem of haar liggen. Zwarte opent altijd het spel, daarna wisselen de spelers hun beurt af. De spelers bepalen willekeurig wie met zwart mag spelen.
De damstenen worden bij aanvang van het spel door beide spelers op de achterste 4 rijen op de donkere vakken geplaatst. De 2 middelste rijen blijven vrij. Let wel op dat bij het neerleggen van het bord bij elke speler in de linker onderhoek een donker vlak ligt, en niet het lichte vlak.
Als men meerdere schijven kan slaan, geldt: meerslag gaat voor. Men moet zo slaan dat de meeste schijven van de tegenstander van het bord gaan. De geslagen schijven mogen pas van het bord weggenomen worden na het uitvoeren van de hele slag.
De deksel is het schaakbord, dat aan de binnenkast is bekleed met vilt. Er zitten in de doos schaakstukken en damstenen, net genoeg om op het schaakbord te dammen.
Wit mag beginnen, dat is de eerste regel. Om de beurt mogen de spelers een schijf verzetten of met een schijf slaan. Je kunt een schijf slaan als je over een schijf van je tegenspeler kan “springen”. Je kan zelfs meerdere schijven in één keer slaan.
Het verhaal gaat dat Napoleon en zijn soldaten het een geweldig spel vonden en meenamen op hun veldtochten. Zo werd het Pools dammen een internationaal bekend damspel. In Nederland wordt sinds de 16e eeuw Engels gedamd, later werd er ook Pools gedamd. Wie het precies heeft uitgevonden, is dus niet bekend.