Om van hout papier te maken wordt er eerst een pulp gemaakt. Er worden hele kleine houtsnippertjes vermengd met water. Omdat hout natuurlijk materiaal is moet het ook eerst uitgebreid gewassen worden. De pulp wordt steeds dunner gemaakt en uiteindelijk door een hele fijne zeef gedrukt.
Er zijn veel verschillende soorten bomen die uiteindelijk geschikt zijn voor de papiersector. Fijnsparren, Dennebomen , Berken, Populieren, Beuken en Eucalyptus bomen.
Papier wordt namelijk van verschillende houtsoorten gemaakt. Van 65 % esdoornhout, 25 % berkenhout en 10 % populierenhout. Om 1000 kilo papierpulp te maken heb je 2000 kilo hout nodig. Eerst wordt de schors van de bomen gehaald.
Een pak papier met 500 vellen A4 betekent 2,5 kilo gewicht. Uit een boom kunnen daarmee 120 pakken A4 papier worden gehaald. Dat zijn 60.000 vellen A4. Let wel, dit is een heel algemeen rekenvoorbeeld en geldt voor papier dat is gemaakt van verse houtvezels.
Pulp vormt de basis van papier en kan op twee manieren aangemaakt worden: Naald- of loofboomhout wordt versnipperd en vermalen tot losse vezels. Door toevoeging van water ontstaat pulp. Bij het winnen van de vezels (die voornamelijk uit cellulose bestaan) uit hout komt lignine vrij.
Hout bestaat uit vezels, en deze vezels bestaan grotendeels weer uit cellulose. De vezels komen erg goed van pas bij het maken van papier. Want als je hier water aan toevoegt, dan krijg je een soort pap die de basis van papier vormt (pulp). Niet alleen bomen, maar ook andere planten bestaan uit vezels.
Het kan worden gemaakt van natuurlijke grondstoffen zoals riet, bamboe of hout, of door hergebruik van materialen zoals oude kleding of oud papier. Het woord papier komt van de Cyperus papyrus, een cypergrassoort die in Egypte langs de Nijl groeit.
Als mijn bron klopt: Er zitten dus 8.333 velletjes kopieerpapier in een boom. Voor 1000 A4 blaadjes heb je dus 1/8e boom nodig.
“Van één boom is ongeveer 45 kilo wc-papier te maken,” valt te lezen in Vrij Nederland. Dit betekent dat er welgeteld jaarlijks 1.555.555 bomen tegen de vlakte gaan door onze onzekerheid. Om even te illustreren hoeveel bomen dat zijn: het Amsterdamse Bos heeft er zo'n 200.000.
Per persoon gebruiken we gemiddeld 150 kilo papier en karton per jaar. Of het nu gaat om een boek of wc-papier: je bespaart waardevolle grondstoffen door minder papier te gebruiken. Dat kan bijvoorbeeld door slimmer te printen op kantoor en thuis reclamedrukwerk te weigeren.
Om van hout papier te maken wordt er eerst een pulp gemaakt. Er worden hele kleine houtsnippertjes vermengd met water. Omdat hout natuurlijk materiaal is moet het ook eerst uitgebreid gewassen worden. De pulp wordt steeds dunner gemaakt en uiteindelijk door een hele fijne zeef gedrukt.
Nederlanders maakten papier vroeger van linnen, hennep of katoen. Papiermolens maakten een pap van water met fijngestampte vezels. Tegenwoordig maken papierfabrieken papier met een mengsel van versnipperd hout en afvalpapier. Deze mengpap noem je pulp.
Volgens veel bronnen is T'sai Lun de uitvinder van papier zoals we dat nu kennen. In 105 voor Christus ontdekte hij dat je papier kunt maken door vezels van verschillende producten, zoals boomschors, oude lappen en visnetten met water te mengen en te laten drogen.
"Bamboe is een snel groeiende grassoort die uitermate geschikt is om papier van te maken. Het is composteerbaar, recyclebaar en heeft een duurzame look."
Papier is juist een bijzonder duurzaam product. Het wordt gemaakt van hout, een natuurlijk en hernieuwbaar materiaal. Wanneer jonge bomen groeien, absorberen ze CO2 van de atmosfeer. Bovendien blijft papier zijn hele levensduur koolstof opslaan.
De houtvezel is de belangrijkste grondstof voor papier en karton. Houtvezels kunnen worden verkregen uit hout en oudpapier. Inmiddels is oudpapier de belangrijkste bron voor nieuw papier en karton. 86% van het in Nederland gemaakte papier en karton bestaat uit oudpapier.
Het gewicht varieert van 600 tot 8000 kilo, met een maximale kluitdoorsnede van ruim 2 meter. De prijzen zijn afhankelijk van leeftijd, soort en formaat en lopen uiteen van € 600,- tot € 8.000,- Bomencentrum Nederland heeft ruim 100 soorten grote bomen op voorraad.
Is vochtig toiletpapier afbreekbaar? Doorspoelbaar wc-papier dat gemaakt is van plantaardige vezels wordt afgebroken, maar doekjes die plastic bevatten in de weefsels worden niet op dezelfde manier afgebroken als natuurlijke vezels en laten bovendien plastic deeltjes achter in het water.
Het eerste toiletpapier werd in de 14e eeuw geproduceerd in China. Het was een luxeproduct dat alleen door de keizer werd gebruikt. In andere delen van de wereld werden wol, hennep, gras, water of de handen gebruikt. In het Romeinse Rijk was de spons erg populair.
De papier-, pulp- en kartonindustrie is een energie-intensieve sector met een hoog waterverbruik. Om één vel A4-papier te maken, is gemiddeld zo'n 10 liter water nodig.
Minder verbruiksartikelen
Niet alleen het gebruik van papier is slecht voor het milieu. Er zijn ook namelijk ook andere producten voor nodig, zoals inkt. Voor de productie van inkt worden fossiele brandstoffen gebruikt. Bovendien bevat inkt vaak chemicaliën en andere stoffen die slecht zijn voor het milieu.
Voor niet geïntegreerde productie (virgin vezels): 8,7 GJ per ton geproduceerd papier. Voor geïntegreerde productie (gerecyclede vezels): 8,8 GJ per ton geproduceerd papier.
Stap 1: Bevochtig de papierpulp en scheur het in kleine stukjes. Laat het volledig inweken. Stap 2: Klop de papierpulp tot een uniforme consistentie met een handklopper of een elektrische handmixer. Stap 3: Giet het mengsel in een bak die groot genoeg is voor de mal voor het maken van papier.
Een stuk of tien pagina's uit een tijdschrift maakt zeker 5 vellen nieuw papier (afhankelijk hoe dik je het straks uit het water 'schept'). Laat de bak met water een paar uur (of een nachtje) staan. Doe de snippers met het water in een blender en mix het tot pulp.
Als je zelf papier schept, bijvoorbeeld van oud papier, dan kun je daar zaden van planten aan toevoegen – dan krijgen je GROEIPAPIER. Groeipapier kun je in het voorjaar of najaar op een stukje grond leggen of in een bloempot, waar je een dun laagje aarde overheen strooit.