Kinderen met autisme lijken soms minder nieuwsgierig en hebben een minder grote ontdekkingsdrang. Ze houden doorgaans meer van het gekende en het voorspelbare. De motivatie om te leren haalt een kind niet altijd uit zichzelf. Kinderen leren dus vaak iets om anderen een plezier te doen, niet zichzelf.
Klassiek autisme
Je ziet bij kinderen dat ze moeite hebben met communiceren. Ze zijn ongeremd en vertonen vaker hyperactief of agressief gedrag. Andere problemen zijn: tics, dwangmatig gedrag, slaapproblemen en epilepsie. In sommige gevallen is er ook sprake van een verstandelijke beperking.
Mensen met autisme ervaren dus heftiger wat ze horen, zien, ruiken proeven en voelen. Vaak hebben ze ook moeite met veranderingen en onverwachte dingen. Hierdoor gaan ze ook anders om met andere mensen. Ze begrijpen vaak niet goed hoe andere mensen zich voelen.
Het kind is vooral op zichzelf gericht en heeft weinig aandacht voor de mensen in de omgeving. Het is bijvoorbeeld weinig nieuwsgierig naar de inbreng van een volwassene in het spel of kijkt weinig naar wat andere kinderen doen.
Sterke kanten
Autisme kan lastig kan zijn, maar er zijn ook dingen waar kinderen met autisme juist heel goed in kunnen zijn, zoals een scherp oog voor detail, technisch inzicht, eerlijk zijn, goed aan de regels kunnen houden of heel veel weten van een bepaald onderwerp.
Zeg tegen uw kind dat u ontstemd bent om wat het deed, niet om wie het is. Zeg dus bijvoorbeeld niet "je bent vervelend" of "je bent stout", maar zeg duidelijk welk gedrag u niet meer wenst te zien. Wat kinderen met autisme in één context leerden, passen ze niet altijd in een andere toe.
Het liefst houden ze alles altijd hetzelfde. Als je aan een vorm van autisme lijdt, dan heb je grote moeite met veranderingen, zeker als ze onverwachts komen. Je doet graag vaak hetzelfde, draagt graag elke dag dezelfde kleding of je eet enkel wat je goed kent en het liefst zo vaak mogelijk hetzelfde.
In het regulier onderwijs zijn er scholen die geschikt zijn voor kinderen met autisme. Zij hebben bijvoorbeeld een leerkracht die is gespecialiseerd in autisme en kunnen de ondersteuning bieden die je kind nodig heeft. Kijk naar wat jouw kind nodig heeft en informeer bij de school of ze dat kunnen bieden.
'Die versnelde veroudering hebben we niet gevonden', vertelt Geurts. 'Autisme heeft in die zin dus geen impact op ouder worden, en andersom. Mensen blijken op oudere leeftijd soms zelfs beter in staat met hun autisme om te gaan.
Problemen hebben met het goed aanvoelen van andere mensen. Weinig rekening houden met andere mensen. Moeite hebben met het maken van oogcontact (vooral kinderen), in sommige gevallen langs je heen kijken. Het lachen in reactie op de lach van iemand anders, lijkt zich minder te ontwikkelen.
Autisme is erfelijk
Maar het is nog niet duidelijk welke genen precies bijdragen aan de ontwikkeling van een autismespectrumstoornis. Autisme wordt vaker bij mannen dan bij vrouwen gediagnosticeerd. Het is dan ook aannemelijk dat het vaak de vader is die de genmutatie doorgeeft aan het kind.
Ilja: 'Autisme heeft met de hersenen te maken en is aangeboren. Binnenkomende informatie wordt bij iemand met autisme anders verwerkt. Iemand met een autisme kan informatie niet goed filteren. Relevante en niet relevante informatie komen even hard binnen en dat zorgt al snel voor overprikkelde zintuigen.
Autismevriendelijkheid is een kenmerk die een omgeving of activiteit kan hebben. Bij een omgeving heeft het vaak te maken met de afwezigheid van onprettige sensorische prikkels en de aanwezigheid van een rustige ruimte, waar autistische mensen tot rust kunnen komen.
Naar schatting heeft ongeveer 1,2 procent van de bevolking autisme – zo'n 190.000 mensen. Werkenden met autisme kunnen uitstekend functioneren, alleen hun gedrag kan ook leiden tot misverstanden met de omgeving en zelf zijn ze vaak extra gevoelig voor bepaalde prikkels.
Cluster 1: blinde, slechtziende leerlingen; Cluster 2: dove, slechthorende leerlingen of met een taal-spraakontwikkelingsstoornis; Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch); Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.
Mensen met autisme kennen geen emoties. Smalltalk, oogcontact of een knuffel… Mensen met autisme hebben het doorgaans moeilijk met sociale interactie. Als kind valt het hen al zwaar om vriendschap te sluiten met leeftijdgenoten en vaak komen ze ronduit ongeïnteresseerd over.
Mensen met autisme reageren anders op emotionele prikkels. Zij missen het intuïtieve vermogen zich te verplaatsen in de gedachtewereld en de bedoelingen van anderen. Zij vinden het lastig om aan te voelen wat passend gedrag is in een bepaalde context.
Als je kind zijn of haar echte behoeften en echte gevoelens niet weet te uiten, kan het agressief reageren om toch aandacht en contact te krijgen. Agressie is dan een vorm van communicatie. Je kind kan ook blijven hangen in dit gedrag, omdat het altijd heeft gewerkt tot nu toe.
Wel hebben alle mensen met autisme met elkaar gemeen dat ze moeite hebben om andere mensen goed te begrijpen en aan te voelen. Omdat ze moeite hebben met overzicht en het onderscheid tussen betekenisvolle hoofd- en bijzaken, hebben ze ook veel behoefte aan vaste patronen en voorspelbaarheid.
Vanaf welke leeftijd kan autisme worden vastgesteld? Vanaf een leeftijd van 24 maanden is de diagnose ASS betrouwbaar te stellen. Belangrijker is echter dat tijdige herkenning van achterstanden in de sociale en emotionele ontwikkeling, zodat bijtijds passende hulp geboden kan worden.
"In een relatie is het geven en nemen", zegt Oscar, "maar als je met iemand met autisme bent, is het vooral geven. Je krijgt nooit hetzelfde terug als van iemand die geen autisme heeft. Mensen met autisme vinden intiem contact vaak lastig. Een knuffel kan dan al een romantisch gebaar zijn.
het kind herhaalt klanken of doet ze na; het kind verwijst naar zichzelf als 'jij', 'zij' (of 'hij'). Dit is normaal gedrag tot een jaar of 3, maar daarna niet meer; het kind heeft een opvallend woordgebruik (niet passend bij de leeftijd of de situatie);
Lange tijd werd gedacht dat als je eenmaal bepaalde kenmerken van autisme hebt, dat die dan je leven lang onveranderd aanwezig blijven. Recent onderzoek toont aan dat dit niet altijd het geval is: soms verminderen of verdwijnen bepaalde kenmerken, en soms verergeren ze juist.