De beste manier om dat te doen is door duidelijk en consequent te zijn, de leiding te nemen (bijvoorbeeld tijdens wandelingen),en door regels te stellen en die rustig maar beslist te handhaven. De hond merkt zo dat zijn eigenaar een goede leider is die overwicht heeft en te vertrouwen is.
Dominant gedrag wordt vaak bestempeld als gedrag waarbij de hond altijd probeert om de leiding (over) te nemen. Wanneer we van de nieuwe inzichten uitgaan, weten we dat gedrag dat wij als dominerend zagen niet als doel heeft de baas te worden, maar vaak ontstaat uit onzekerheid of een gevoel van onmacht.
Ook wanneer je hond bijt, kan je het best reageren met de commando's 'Nee' of 'Foei'. Het is zeker niet de bedoeling dat je overgaat op een fysieke straf. Als je viervoeter jou bijt, kan je hem duidelijk maken dat hij je pijn doet door 'auw' te roepen. Geef hem een beloning als hij meteen loslaat en terug kalm is.
Blijf consequent!
Je moet bevelen en commando's vaak herhalen – op verschillende plaatsen. Als hij nooit meer gemotiveerd wordt en geen snoepje, speelgoed of aai over zijn bol meer krijgt, zal hij geen reden meer zien om naar je te luisteren. Zo keert ongehoorzaamheid bij honden terug.
Dit doe je door een voertje in je handen voor de neus te houden en deze omhoog te bewegen van voor naar achter over de kop. De hond gaat dan zitten. Je hoeft dus niet het commando zit te geven. De hond leert dan dat hierkomen altijd betekent dat hij voor de baas komt zitten.
Wanneer je hond gedrag vertoont wat je niet prettig vindt, dan zou je je hond kunnen straffen. Dat kan op allerlei manieren. Je kunt `nee´ zeggen, een ruk aan de lijn geven, een speeltje afpakken of een stroomband gebruiken. Al deze handelingen hebben als doel het gedrag te stoppen of te doen afnemen.
Negeren maakt het erger
Vanuit die spanning zal de hond overgaan tot het harder en beter laten zien van het ongewenste gedrag. Dit noemen we de uitdovingsweerstand. De hond kan als het ware niet geloven dat zijn gedrag niet meer de gewenste beloning oplevert.
Agressief gedrag bij honden
Agressie is een term die heel breed is en al snel gebruikt wordt. Kenmerken van agressie bij honden kunnen zijn: blaffen, grommen, 'dreigende' houding, lip optrekken, snauwen, snappen (in de lucht happen), besluipen, bestormen, opjagen enzovoort.
Wat je vooral nooit moet doen is je hond straffen omdat hij gromt. Als hij gromde uit angst zal hij zich door de straf niet zekerder gaan voelen, en als hij gromde omdat hij dacht dat hij het voor het zeggen had zal hij de straf misschien niet pikken. Wat je doet door te straffen is je hond afleren om te waarschuwen.
Laat je hond het gedrag zien.
Om je hond `nee` of `laat dat` aan te leren, begin je door het gewenste gedrag te laten zien. Laat hem bijvoorbeeld zien dat je een koekje in je hand hebt en zeg dan `nee` voordat je je vuist om het koekje sluit. Laat hem aan je hand ruiken en likken, maar geef hem het koekje niet.
Komt je pup naar je toe en bijt hij in je handen, dan wil hij vaak uitdagen tot spel. Dit kan komen omdat hij zich verveelt. Het is belangrijk dat je op dit moment de pup niet wegduwt of tegen hem praat. Hij heeft dan namelijk bereikt waar hij voor kwam, namelijk aandacht!
Honden die zich over willen geven gaan op hun rug liggen. Hierbij komen de buik en de hals van de hond boven te liggen, kwetsbare delen van het lichaam van de hond. Om jou die kwetsbare delen te laten aaien, moet hij je dus vertrouwen.
Veelal de meeste honden die uitvallen naar andere honden doen dit uit onzekerheid. Dit kan bijvoorbeeld zijn ontstaan door een nare ervaring, slechte socialisatie of pijnklachten. Maar honden kunnen ook blaffend en opgewonden uitvallen uit enthousiasme die omslaat in frustratie.
De reden dat je hond gromt naar andere honden, kan bijvoorbeeld komen doordat de onbekende hond spannend voor hem is. Daar kan onvoldoende socialisatie aan ter grondslag liggen. Je hond kan door een slechte ervaring andere honden op afstand willen houden, hier kan ook een trauma een rol spelen.
Soms kregen ze het commando na een minuut, soms pas na een uur. Het merendeel van de honden bleek zich na een minuut nog te herinneren wat hun baasje had gedaan. Sommige dieren konden de handeling zelfs na een uur nog imiteren.
Iedere dag een beetje trainen met je pup is daarom heel belangrijk. Als je goed gedrag beloont gaat je pup dit gedrag herhalen. Je kunt je hond belonen met een aai en het spelen van een spelletje, maar het belonen met een snack werkt bij de meeste pups het beste. Het werkt ook nog eens gemakkelijk.
Duitse Herders hebben vrij veel beweging nodig. Ze moeten dan ook voldoende worden uitgelaten en tenminste eenmaal per dag moeten ze flink kunnen rennen. Ze zijn gefokt om lang te draven en hebben veel uithoudingsvermogen, fietsen en zwemmen zijn dan ook goede activiteiten.
Honden hebben net als mensen emoties. Ze kunnen blij, boos bang of verdrietig zijn. Je kunt die emoties ook herkennen aan de lichaamstaal van de hond. Een boze hond kan zijn tanden laten zien.
Als je hond gromt of bijt doet hij dat om jou iets duidelijk te maken. Het is voor hem een manier van communiceren en dus honds gedrag. Hij doet dit niet zomaar en al zeker niet om jou te pesten. Voordat honden daadwerkelijk zullen aanvallen geven zij een reeks afstand vergrotende signalen af.
Wanneer jouw hond blaft kan je hem afleiden door hem te laten zitten, liggen, een pootje te geven etc. Hierbij leidt je de focus weg van de prikkel en zal jouw hond zich meer op jou richten, waardoor je meer controle krijgt over de situatie.
Er zijn een aantal hulpmiddelen ontwikkeld om trekken aan de riem tegen te gaan. De Gentle Leader is daar een voorbeeld van. De band loopt over de snuit van de hond, waardoor het hoofd van de hond bij trekken opzij getrokken wordt. Hierdoor zal de hond minder geneigd zijn om te trekken.
Honden communiceren o.a. met hun lichaam en reageren nauwkeurig en eenduidig op wat iemand laat zien met zijn lichaamstaal. De honden spiegelen dus direct wat jij neerzet en uitstraalt en geven daarmee informatie over hoe je in contact staat met jezelf en met de ander.
Je begint binnenshuis, in een rustige situatie zonder afleiding. Als je hond op je let (een gedraaid oor kan al een begin zijn) of naar je kijkt, zeg je onmiddellijk 'Kijk eens' en geef meteen een lekkere snack of gooi een speeltje weg. Herhaal dit iedere keer als de mogelijkheid zich voordoet.