U bewoont de ruilwoning minimaal één jaar. Woningruil binnen 1 jaar na huuringangsdatum in niet toegestaan. Huurverleden: de kandidaat mag geen huurachterstand hebben (hiervoor heeft u een verhuurdersverklaring van uw huidige woningbouwcorporatie nodig).
Na een woningruil moet u minimaal één jaar in de woning blijven wonen; u sluit een overeenkomst voor minimaal een jaar. U en uw ruilpartner voldoen aan de voorwaarden die gelden voor de woning, zoals inkomen, leeftijd, etc. U en uw ruilpartner staan ingeschreven als woningzoekende.
Voor woningruil heeft u allebei toestemming van uw verhuurder nodig. De verhuurder bepaalt de voorwaarden, bijvoorbeeld wat het inkomen moet zijn van de nieuwe huurder. Wil de verhuurder geen woningruil? Dan kunt u de rechter vragen om indeplaatsstelling.
U kunt uw huurwoning ruilen met de huurwoning van iemand anders. De verhuurder moet de woningruil wel goedkeuren. Ook de andere huurder moet toestemming krijgen van de verhuurder.
De rechter kan uw vraag om een zogeheten 'indeplaatsstelling' alleen toewijzen als u een 'zwaarwichtig belang' bij de woningruil heeft. Enkele voorbeelden zijn dichter bij het werk of familie willen wonen, naar een grotere woning willen in verband met gezinsuitbreiding of een medische reden.
Bij woningruil gaat de nieuwe huurder een huurovereenkomst met ons aan voor tenminste één jaar. Tijdens dit jaar kan de nieuwe huurder de huurovereenkomst niet opzeggen. Na één jaar gaat de tijdelijke huurovereenkomst over in een overeenkomst voor onbepaalde tijd.
Eigenlijk is woningruil hetzelfde als gewoon verhuizen. Je tekent dus een nieuw huurcontract, met een nieuwe huurprijs. Deze kan lager, maar ook hoger zijn dan de huur die je nu betaalt. Zo is het niet ongebruikelijk dat een huurder die al geruime tijd in een woning woont, een huur betaalt die eigenlijk te laag is.
Wij brengen geen extra kosten in rekening voor woningruil. U betaalt wel eenmalige administratiekosten voor een nieuw huurcontract. Deze kosten bedragen €16,50 per huurcontract en worden tezamen met de eerste maand huur in rekening gebracht.
De reden waarom een verhuurder geen toestemming voor de ruil geeft kan bijvoorbeeld zijn dat de woningruil zijn woningtoewijzingsbeleid doorkruist of dat de ruilpartner onvoldoende financiële waarborg biedt om zijn verplichtingen te kunnen nakomen (de huur te betalen).
Als u voldoet aan bepaalde inkomensgrenzen, minimum 18 jaar bent en geen andere woning bezit, dan kunt u in aanmerking komen voor een sociale huurwoning van een Sociale Huisvestingsmaatschappij.
In het geval van schade geldt hier de regel: normale huurslijtage is niet ten laste van de huurder, de andere schade wel. Een verouderd scharnier ten gevolge van normale slijtage en ouderdom zal bijvoorbeeld ten laste zijn van de verhuurder.
Je hebt een normale woningruil van mensen die beiden een aparte woning hebben en verhuizen naar de woning van de ander. Daarbij is er ook een driehoeksruil. Bij deze vorm van ruilen, zijn drie verschillende huurders (of kopers) betrokken die alle drie in een woning van een van de andere twee betrokkenen gaan wonen.
In principe moeten corporaties vanaf 1 januari 2022 92,5% van de woningen toewijzen aan de doelgroep. Dat zijn dus eenpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met 40.765 euro (prijspeil 2022) en meerpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met 45.014 euro (prijspeil 2022). Corporaties mogen 7,5% vrij toewijzen.
Mag ik een woning huren voor iemand anders, bijvoorbeeld een zoon of dochter? Nee. Dat is helaas niet mogelijk. Diegene die uiteindelijk in de woning gaat wonen, moet zelf aan de huurvoorwaarden voldoen.
Wat is indeplaatsstelling? Indeplaatsstelling betekent dat bij bedrijfsovername de nieuwe eigenaar de plaats van de oude eigenaar mag innemen in de huurovereenkomst. De huurovereenkomst loopt door met dezelfde voorwaarden en afspraken. Bijvoorbeeld afspraken over de huurprijs en de huurtermijn.
Heeft u een eenpersoonshuishouden en is uw inkomen hoger dan € 40.765 (in 2022)? Ook dan mag een woningcorporatie een sociale huurwoning aan u toewijzen. Jaarlijks mogen woningcorporaties maximaal 15% van de vrijgekomen woningen vrij toewijzen.
Dat kan als uw rekenhuur maximaal € 763,47 is. Dit is de grens in 2022. De rekenhuur is de kale huur plus de servicekosten die u betaalt. Niet alle servicekosten tellen mee, alleen de 4 servicekostenposten die meegenomen worden in de huurtoeslag (maximaal € 12 per servicekostenpost).
Uw huur mag in 2022 maximaal € 763,47 zijn. In 2021 was dit € 752,33. Maar of en hoeveel huurtoeslag u krijgt, hangt ook af van uw leeftijd, woonsituatie en inkomen.
Conclusie? Herstellingen tijdens de huurperiode en schilderwerken bij einde huur zijn ten laste van de verhuurder bij normale slijtage (bv. door ouderdom). Schilderen bij verlaten huurwoning is ten laste van de huurder als er sprake is van schade zoals krassen, vlekken, moeilijk overschilderbare kleuren.
Als huurder bent u verantwoordelijk voor het dagelijks onderhoud. Denk aan een nieuwe wc-bril of een leertje in de kraan. Lost de verhuurder de problemen niet op? Vraag dan de Huurcommissie om uw huur te verlagen.
Een afzuigkap is niet verplicht.
Het inschrijvingsadres is het altijd het adres waar je daadwerkelijk woont. Je mag je dus niet inschrijven in een woning die je vervolgens aan iemand anders verhuurt. Als je particulier een woning koopt, gaat de geldverstrekker er altijd vanuit dat je er ook daadwerkelijk gaat wonen.
Eén of meer koophuizen hebben terwijl je in een sociale huurwoning woont, is niet automatisch verboden. Als de huurder tegelijkertijd in de corporatiewoning woont, mag dat gewoon. Als de huurder ergens anders woont, is dat strijdig met het huurcontract en kan de corporatie ingrijpen.
Een sociale huurwoning heeft een kale huurprijs lager dan € 763,47. Om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning mag het inkomen van een eenpersoonshuishouden niet hoger zijn dan € 40.765,-. Voor een meerpersoonshuishouden is dat € 45.014,-.