Na een lange rit over de snelweg met een gangetje van 130 is het absoluut raadzaam om de motor bij stilstand nog even een halve minuut tot minuut door te laten draaien. Op deze manier kan de motor de warmte goed kwijt en kan de turbo tot rust komen.
Eigenlijk moet je minimaal een kwartier rustig rijden zodat de olie kan opwarmen. We horen soms van autoliefhebbers dat ze wachten tot het toerental van de motor zakt voordat ze vertrekken. Zeker als het buiten koud is, draaien de meeste brandstofmotoren aan het begin wat hoger stationair.
Afhankelijk van de temperatuur moet u uw crossmotor 1-3 minuten stationair laten draaien. Geef na deze tijd een beetje gas, als de motor nog niet goed aanpakt is deze nog niet warm. Na enkele minuutjes warmdraaien mag je het circuit op met uw machine.
Op korte termijn geen ramp, maar het kan er na verloop van tijd voor zorgen dat je motor minder vermogen levert. Bovendien kan het de levensduur van je krachtbron inkorten. Niet wenselijk dus!
Bij een koude start duurt het langer voordat de olie uit het carterpan naar de lagers en smeerpunten van de motor en turbocompressor wordt gepompt. Als je direct na het starten gas geeft, riskeer je onvoldoende smering op belangrijke onderdelen. Het resultaat: meer slijtage en in het ergste geval zelfs motorschade.
Vooropgesteld dat het laten opwarmen of warm draaien niet persé slechter is voor de motor. De motor heeft warm of koud altijd smering nodig om de onderdelen aan het werk te zetten. Bij een koude motor heeft deze meer smering en bij een warme minder, meer belasting en minder belasting.
Als de motor na een paar kilometer warm is, kun je de kachel hoger zetten waardoor het behaaglijk warm wordt. Stop dan even en trek je jas uit, zodat de riem goed aansluit. Heb je stoelverwarming, zet die dan ook aan. Deze zorgt ervoor dat je het snelst opwarmt.
Rond de 2.500 toeren met een dieselmotor en rond de 3.000 toeren met een benzinemotor is een acceptabele grens om aan te houden met een koude motor. De auto 10 minuten voor wegrijden aan te zetten is geen warmrijden, op deze manier belast u het milieu onnodig en worden niet alle delen goed warm.
Peil de olie bij voorkeur als de motor koud is. Laat de motor minimaal 10 minuten afkoelen, mocht je toch onderweg zijn. Zorg dat de auto (zo veel mogelijk) waterpas staat.
Een voertuig stationair laten draaien beschadigt de motor meer dan starten en stoppen. Het stationair draaien van een motor veroorzaakt zelfs tweemaal zoveel slijtage aan interne onderdelen als rijden met normale snelheid.
De auto stationair laten draaien is belangrijk. Hoe lang de auto stationair voor een volle accu laten draaien? Houd rekening met 5 minuten. Een lege accu opladen hoeft niet veel tijd te kosten.
Een normale bedrijfstemperatuur is rond de 90 graden.
Zet de auto op een veilige plek en controleer het vloeistofpeil. Laat eerst de motor minimaal een kwartier afkoelen met de motorkap open zodat de warmte sneller kan ontsnappen. Draai de dop van de radiateur of expansietank van een hete motor nooit gelijk helemaal los maar doe dit beetje bij beetje.
Een lage koelvloeistofpeil is een van de bekendste redenen dat een auto oververhit raakt. Als er weinig koelvloeistof te vinden is, kan de motor niet gekoeld worden, zodat deze op de juiste temperatuur blijft. Het koelvloeistof wordt continu rondgepompt binnen het koelsysteem en neemt de hitte van motoronderdelen op.
De koelvloeistoftemperatuur is hooguit een zwakke indicatie voor de olietemperatuur in de motor. Het is dus zaak om bij een koude motor de motor zo min mogelijk te belasten. Wie een koude motor volledig belast, loopt het risico van een slechte smering en de zekerheid van enorme slijtage.
Bij normale buitentemperaturen kan die meter al na een minuut of vijf op 90 graden staan. Voor een motor is echter vooral de olietemperatuur van belang. Wil je weten of de motor op bedrijfstemperatuur is, dan moet je vertrouwen op andere instrumenten: de olietemperatuurmeter of de oliedrukmeter.
Ook het interieur van uw auto kan schade oplopen door langdurige blootstelling aan hitte en uv-straling. Vooral het dashboard en lederen bekleding zijn kwetsbaar. Door de hitte kan het leer snel uitdrogen en gaan barsten. Een zonnescherm helpt om zonlicht tegen te houden en beschermt tegelijk tegen uv-straling.
Hoe hoog de temperatuur in een auto oploopt, hangt af van de kleur, of hij in de zon geparkeerd staat of in de schaduw, en natuurlijk van de buitentemperatuur. Op een stralende zomerdag (35 graden) kan het snel gaan: al na 20 minuten warmt het interieur op tot 50 graden Celsius.
Een motor begint serieus warm te worden bij 130 graden en hoger. Oude motoren zijn vaak niet uitgerust temperatuurmeter, bij nieuwere motorfietsen is deze uitrusting vaker standaard.
De accu, de banden, de remmen en de brandstof in de tank: een auto heeft tal van onderdelen die kwetsbaar zijn bij langdurige stilstand. Daarom is het verstandig minimaal een keer per week de weg op te gaan. Een half uurtje is vaak al voldoende om problemen te voorkomen.
Technisch is dit geen probleem. Via de overdrukklep in de dop zal een teveel aan koelvloeistof, indien nodig, worden afgevoerd.
Een oververhitte motor voorkomen
Het belangrijkste, en ook het makkelijkste, wat je moet doen is de olie en koelvloeistof op peil houden. Let er ook op dat je deze regelmatig ververst. Daarnaast is het verstandig om regelmatig de onderdelen van je auto te inspecteren, of laten inspecteren, en deze zonodig te vervangen.