-Voeg zuren aan je vlees toe, zoals (rode) wijn, azijn , bier, tomatenpuree of mosterd. De zuren die hierin zitten zorgen ervoor dat het bindweefsel in vlees wordt afgebroken waardoor het vlees mals wordt.
Bak de magere runderlappen aan op hoog vuur. Laat 20-30 minuten zachtjes doorgaren.
Stoofvlees is niet snel klaar: reken op een gaartijd van 1,5 à 3 uur. Hoe lang precies, dat is afhankelijk van het vlees: soms is het wat sneller zacht, soms duurt het wat langer.
Hoelang moet je runder-riblappen braden? Om runderlap te braden kruid je het vlees en bak je het rondom aan op hoog vuur. Voeg een scheutje vocht toe, denk aan bouillon, bier of wijn en laat 20 tot 30 minuten zachtjes braden. De kerntemperatuur moet voor medium-rare vlees 54-57℃ zijn.
Namelijk door je runderlap te braden of te bakken zoals een steak, dan ben je zo klaar. Laat het vlees op kamertemperatuur komen en breng op smaak met zout, peper en eventueel andere kruiden. Verhit een pan op hoog vuur, voeg olie of boter toe en bak het vlees 3-4 minuten aan elke kant voor een medium-rare garing.
Riblappen zijn het malser dan sucadelappen omdat ze meer vet bevatten. Dit geeft het een rijkere smaak, waardoor ze heerlijk zacht zijn om te eten. Sucadelappen zijn beter geschikt om bijvoorbeeld te stoven.
Temperatuur is net zo belangrijk: je moet minstens de 72 °C passeren voor sappig vlees. Dan heb je echter nog wel veel tijd nodig: hoe lager de temperatuur, hoe langer de bereidingstijd.
Hoe langer je stoofvlees laat garen, hoe malser het wordt. Je moet er echter rekening mee houden dat wanneer je het te lang laat opstaan, het vlees helemaal uiteen gaat vallen. Zo heb je geen stukken vlees meer maar wordt het stoofvlees meer een dikke saus met draadjesvlees in.
Stoven is het langzaam garen van vlees in een vloeistof. Je braadt het eerst aan en dan laat je het rustig verder gaar worden in een gesloten pan, op een laag tot matig vuur in bouillon, wijn, cider of bier met groenten en kruiden.
Het vlees aanzetten
Het vlees moet aan de buitenkant dichtschroeien, maar de 'gaarheid' moet niet naar binnen doorslaan. Slaat het wel naar binnen (en bakt u het dus te lang op hoge temperatuur) dan krijgt u het stoofvlees nooit meer zacht, hoelang het ook suddert. Eenmaal een schoenzool blijft een schoenzool.
Vlees op kamertemperatuur
Haal het vlees ongeveer een uur van te voren uit de koelkast en laat op kamertemperatuur komen. Als het vlees nog koud de pan in gaat schrikt deze waardoor de vezels worden samengetrokken en het vlees taai wordt.
Een scheutje azijn bij het stoofvlees maakt runderlapjes sneller zacht. Dit komt doordat het zuur tijdens het stoven het bindweefsel in het vlees afbreekt. Citroensap, sinaasappelsap, wijn, bier en mosterd hebben het zelfde effect.
Laat stoofvlees niet koken
Zachtjes pruttelen is oké, maar van koken wordt het vlees taai. Het deksel hoeft niet meteen op de pan, dan krijg je te veel vocht in je stoverij. Pas als de saus de gewenste dikte heeft, zet je het op de pan zodat je straks nog genoeg saus overhoudt.
De bereidingswijze:
Kruid de runderlapjes met peper en zout. Warm de pan op en doe een beetje bakboter in de pan. Laat de pan heet worden. Doe de runderlappen in de pan en bak ze bruin aan.
Mogelijkheid 1: je moet je stoofvlees nog maken
Een klassieker die prima werkt: een laagje bloem over je vlees strooien. Laat je vlees een korstje krijgen, voeg de bloem toe en laat eventjes meebakken.
Te lang bakken zal zorgen voor droog vlees, maar ook vlees dat niet gaar genoeg is zal taai en moeilijk te kauwen zijn. Rundvlees is medium rare bij een temperatuur tussen de 55 en 58°. Varkensvlees is mooi rosé tussen 60 en 63° en kip is voldoende gaar vanaf 70°.
Voeg geen koud bier of koude wijn toe, daar schrikt het stoofvlees van. Dus niet direct uit de koelkast gebruiken, maar minimaal op kamertemperatuur. Doe het deksel schuin op de pan, zodat de stoom kan ontsnappen. Door de druk loopt de temperatuur anders alsnog te hoog op.
Voor een lekkere stoverij laat je het gerecht anderhalf tot drie uur lang pruttelen op een zacht vuur. Maar je kunt stoofvlees ook in de oven verder laten garen. Dat gaat niet sneller maar in de oven wordt de warmte meer gelijkmatig verdeeld dan op een kookvuur.
Stoven en sudderen: het verschil
Je kunt alle ingrediënten stoven, maar niet alle gestoofde ingrediënten laten sudderen. De term sudderen wordt namelijk alleen gebruikt bij het stoven van vlees. Stoven is dus de overkoepelende naam voor de kooktechniek en sudderen de manier waarop het vlees stooft.
Laat stoofgerechten altijd heel zachtjes koken, zet het vuur zo laag mogelijk. Dan worden de ingrediënten zacht en mals en brandt er niets aan. Doe er water of wijn bij en laat het vlees stoven. Houd de temperatuur onder het kookpunt: 70-80°C.
Besmeer de twee bruine boterhammen met de mosterd en leg ze met de besmeerde kant naar boven op de stoverij. De mosterd geeft extra smaak aan de stoverij, terwijl de boterham voor extra binding zorgt. De boterhammen worden volledig opgelost in de saus. Laat de stoverij minstens twee uur sudderen op een zacht vuur.
Runderlap: Dit is een algemene term voor een stuk stoofvlees afkomstig van verschillende delen van het rund. Afhankelijk van waar het precies is gesneden, kan het verschillende eigenschappen en texturen hebben. Runderlappen zijn doorgaans minder gemarmerd en hebben niet de kenmerkende zeen die sucadelappen hebben.
Tip: Maak je stoofvlees een dag van te voren en verwarm hem de volgende dag weer langzaam op. Dit is niet alleen lekkerder voor de smaak maar je vlees is dan ook echt botermals. -Vlees stoven is geen haastklus, hoe langer het vlees kan stoven hoe malser het vlees wordt.
Riblappen zijn de meest malse stukken stoofvlees en hebben de kortste bereidingstijd nodig. Denk niet grote stappen, snel thuis, met een uurtje ben ik klaar als ik deze lappen gebruik. Nee, stoofvlees heeft tijd nodig, laag vuur of een lage temperatuur in de oven. Riblappen zijn vetter dan sucade- en runderlappen.