Training van een drachtige merrie Over het algemeen kun je tot drie maanden voor de bevalling nog doorrijden.
Tijdens de dracht kan de merrie gewoon door blijven werken. Beweging is altijd goed, maar pas de werkzaamheden wel aan. Springen, racen of zware dressuuroefeningen kunnen na zes maanden dracht niet meer, maar rustig en recreatief rijden is geen probleem.
In de laatste paar weken van de dracht is het belangrijk dat er voldoende vitamine A, vitamine E en selenium in het voer van de merrie zitten. Deze stoffen zorgen ervoor dat er in de eerste melk van de merrie (biest) voldoende beschermende stoffen komen welke het veulen beschermen tegen ziektes na de geboorte.
De eerste voortekenen zijn: oedeem (vochtophoping) onder de buik, ook wel zucht genoemd. gedragsverandering bij de merrie: onrust, trappen/happen naar de buik, rollen, met staart schuren, soms zweten. iets subtielere gedragsveranderingen zoals afzondering, minder goede eetlust, meer liggen of slapen.
Een merrie is ongeveer 11 maanden zwanger, oftewel 335 dagen. Wanneer je wilt uitrekenen wanneer je merrie een veulen krijgt, tel je dus eigenlijk gewoon 335 dagen bij de dekdatum op. Meestal bevalt een merrie niet op de exacte dag waarop ze uitgerekend is, maar vaak zit dit wel rondom de plus of min 10 dagen hiervan.
De merrie loopt ongedurig rondjes. Ze is luidruchtig en nerveus. De merrie gaat vaak liggen en staan en neemt regelmatig een plashouding aan. Als ze ligt, legt ze haar hals plat op de grond en strekt ze haar hoofd uit.
De geboorte gaat bij een paard erg snel: de gehele geboorte duurt als het goed is maximaal 30 minuten en het veulen probeert binnen een half uur nadat hij geboren is al om te gaan staan.
Je moet de ribben makkelijk kunnen voelen maar niet kunnen zien. Of je paard te dik is kun je bijvoorbeeld ook zien aan vetophopingen bij staart, schouder, (hartjes)billen. De melkproductie kan veel van je merrie vragen, zorg er daarom voor dat je merrie tijdens de dracht goed op gewicht is of iets reserves heeft.
Melk kan uit de spenen druppelen een week tot één dag voor het veulenen, ook weer erg afhankelijk van de merrie. Het kegelen: aan het uiteinde van de spenen vormt zich een wasachtige substantie vier dagen tot één dag voor de geboorte.
Deze zogenaamde ontsluitingsfase duurt bij de merrie gemiddeld 1 tot 2 uur. Eerst komt de waterblaas (dit is de allantoïsblaas) en dan de pootjesblaas (dit is de amnionblaas). De waterblaas breekt meestal al zeer vroeg, maar het amnionvlies is zeer stevig en komt meestal met de benen van het veulen mee naar buiten.
Training van een drachtige merrie
Een goede lichamelijke conditie is van belang voor een vlotte geboorte en een sterk veulen. Over het algemeen kun je tot drie maanden voor de bevalling nog doorrijden. Het is belangrijk om te zorgen voor regelmaat in de trainingen om de merrie in conditie te houden.
De levensverwachting van een paard is gemiddeld 25-33 jaar.
De draagtijd van merries is ongeveer 11 maanden, wat betekent dat een fokmerrie het grootste deel van het jaar drachtig is.
Het is voor de ontwikkeling van een merrie niet verstandig om haar vóór het derde jaar te laten dekken. Merries zijn vruchtbaar als ze hengstig zijn, en dan vooral in de laatste twee dagen van hun hengstigheid.
Op 18 dagen na inseminatie wordt de merrie met de scanner gecontroleerd op drachtigheid. Indien de merrie drachtig is wordt geadviseerd de controle op 6 weken na inseminatie te herhalen. Op 18 dagen ook aandacht voor tweelingdracht om in zo vroeg mogelijk stadium in te kunnen grijpen.
Op tweejarige leeftijd heeft het paard ca. 96% van het volwassen gewicht bereikt. Hierna groeien paarden veel langzamer tot ca.vijfjarige leeftijd en in sommige gevallen tot zeven jaar.
- Iedere deelnemer mag per beurt drie keer gooien. - Nadat de deelnemer drie keer heeft gegooid, worden de kegels die omver geworpen zijn geteld en genoteerd op een scoringsbord of stuk papier.
Een paard kan doorgaans zo'n 15 tot 20 procent van zijn eigen gewicht dragen. Een groot paard weegt gemiddeld 600 kilo, dus dat betekent dat hij 105 kilo kan hebben. Een zadel is zo'n 10 kilo, waardoor de ruiter 95 kilo mag zijn.
Het veulen blijft dan bij de merrie totdat ze bijna moet bevallen van een volgend veulen, het veulen is dan rond de 9-10 maanden oud (40 weken).
Gezichtsuitdrukkingen die horen bij pijn en gebruikt worden bij deze pijnschaal zijn: de oren stijf naar achter, de ogen dichtknijpen, spanning boven het oog en gespannen kauwspieren, neusgaten en mond. Hieronder vindt u foto's van verschillende gezichtsuitdrukkingen die wijzen op de aanwezigheid van pijn.
De vraag is echter of paarden ook na meerdere jaren specifieke personen kunnen herkennen. Roelfsema antwoordt ook op die vraag bevestigend: “Veel onderzoek is daar niet naar gedaan, maar wat we wel weten is dat paarden in elk geval na acht maanden nog personen herkennen aan hun stemgeluid, geur en gezicht.
Symptomen. Veel schijnzwangere teven trekken zich graag terug, willen een holletje maken, worden snauwerig, eten minder goed en willen minder graag naar buiten. Weer andere teven worden aanhankelijk of erg pieperig.
Dit probleem wordt maar zelden bij het eerste veulen van een merrie gezien, het zijn meestal merries die al één of meer veulens hebben gehad. Een veulen kan direct vanaf de geboorte afwijkend gedrag laten zien, maar soms wordt dit pas na enkele uren of zelfs pas na 1 tot 2 dagen duidelijk.
Een volwassen pony komt met zijn schoft (schouders) niet boven de 1,47 meter. Een paard is een hoefdier en wordt gemiddeld tussen de 20 en 25 jaar oud. Pony's leven meestal wat langer dan paarden.
P aardenkunnen vanaf een leeftijd van ongeveer 10 maanden geslachtsrijp zijn. Om ongewenste dracht te voorkomen is het dus verstandig merries en hengsten vroeg apart te huisvesten. De meeste jonge merries die bestemd zijn voor de fokkerij worden op driejarige leeftijd gedekt.