Shorttrack vindt plaats op een ijshockeybaan, waarop een ronde van 111,11 meter wordt uitgezet.
Naast techniek en conditie hebben shorttrackers ook behendigheid, tactiek en acceleratievermogen nodig. De afstanden die verreden worden zijn de 500 (4½ ronde), 1000 (9 ronden) en 1500 meter (13½ ronde).
Vier tot zes rijders starten tegelijk en de rijder die als eerste finisht wordt als winnaar aangewezen. De afstanden die verreden kunnen worden zijn de 222, 333, de 500 (4 ½ ronde), 1000 (9 ronden) en 1500 meter (13 ½ ronde).
Bij shorttrack wordt echt loeihard geschaatst. Topschaatsers rijden zo'n 50-55 kilometer per uur. De schaatsers van coach Benny rijden 40-45 kilometer per uur. Deze talenten zijn echt de top-shorttrackers van de toekomst.
Van elk team rijdt telkens één rijder een aantal ronden in de baan. Vervolgens komt de volgende rijder aan het einde van de bocht de baan in, waarna er afgewisseld wordt met een duw. Zo wisselen de rijders elkaar af, tot twee ronden voor het einde. De rijder die dan in de baan komt, rijdt vervolgens de race uit.
Gele kaarten
Bij een zeer grove overtreding of onheus gedrag kun je ook een rode kaart krijgen.
Shorttrackers dragen verplicht knie- en harde scheenbeschermers. Door een 'misslag' van een schaatser of bij een val kun makkelijk tegen zijn ijzer aanrijden. De schaatsen hoeven dan niet eens scherp te zijn om snijwonden te veroorzaken. Tevens draagt een shorttracker verplicht nekbescherming.
"Schaats vier à vijf vlakke rondjes op 90% en klok deze. Dat is een mooie indicatie voor 12,5 ronde in de wedstrijd in schaatspak en op scherpe schaatsen."
Er wordt geschaatst op een standaardbaan (meestal een 400 meter-baan), bestaande uit twee gescheiden schaatsbanen met een baanbreedte van tenminste vier meter (liefst vijf) met bochten van 180 graden en een straal van de binnenbocht tussen de 25 en 26 meter.
In het schaatsen staan nog enkele ongelooflijke records genoteerd, op de 1000 meter haalde de Amerikaan Shani Davis in 2009 in Salt Lake City een gemiddelde snelheid van 54,2 Km/uur. Op de 1500 meter haalde de Rus Denis Yuskov in 2017 in Salt Lake City een gemiddelde snelheid van 53,44 Km/uur.
Shorttrack staat bekend om spectaculaire inhaalacties, waarbij onder meer binnendoor en buitenom ingehaald kan worden, vaak door de hoge snelheid met de hand aan het ijs in de bochten. De bochten worden gemarkeerd door zeven rubber blokken.
Vierde medaille voor Suzanne Schulting
En dat is vier! Met haar derde plaats op de olympische 1.500 meter pakte shorttrackster Suzanne Schulting woensdag haar vierde medaille tijdens de Spelen van Beijing 2022.
De aflossing (Engels: relay) is een wedstrijdvorm bij het shorttrack (schaatsen) waarbij leden van hetzelfde team elkaar af moeten wisselen.
Voor de loting van de startvolgorde kan op basis van de resultaten van de selectiewedstrijden het deelnemersveld door het sectiebestuur in groepen worden verdeeld. Indien er een groepsindeling is, zal de groep met de beste rijders het laatst rijden. (deze bepaling is van toepassing bij alle kampioenschappen langebaan).
Er wordt in tweetallen gestart die gelijk beginnen aan de startlijn, waarna men vijfentwintig volle rondes van 400 meter moet afleggen.
Het is Kjeld Nuis gelukt om op schaatsen een indrukwekkende snelheid van boven de honderd kilometer per uur te halen. Op het Noorse zoetwatermeer Savalen haalde de meervoudig olympisch kampioen een snelheid van 103 kilometer per uur, een wereldrecord.
Zoals de naam massastart al aangeeft wordt er met alle rijders tegelijk gestart. De afstand is veel korter dan bij een gemiddelde marathonwedstrijd, er worden met ingang van het seizoen 2014/2015 namelijk 16 ronden van 387,36 meter gereden met een totale afstand van 6.197,76 meter.
Met een nieuw wereldrecord heeft Nils van der Poel de 10 kilometer op de Winterspelen op zijn naam geschreven. Met brede zwieren en een ontstellend snelle slotronde van 28,6 seconden scherpte hij zijn eigen wereldrecord aan tot 12.30,74. Patrick Roest werd tweede, de Italiaan Davide Ghiotto derde.
Kjeld Nuis heeft bij de Noorse plaats Savalen een nieuw snelheidsrecord neergezet. De olympisch kampioen op de 1500 meter haalde op het bevroren in het zog van een auto met een windscherm een snelheid van 103 kilometer per uur. "Dit record wordt nooit meer verbeterd", is zijn stellige overtuiging.
De vraag hoe lang je doet over vijf kilometer hardlopen verschilt natuurlijk van persoon tot persoon. Een beginnend hardloper loopt de vijf kilometer in zo'n 35 a 40 minuten. Ben je een gevorderd hardloper dan loop je vijf kilometer in ongeveer 20 tot 25 minuten. Gemiddeld ligt dit echter tussen de 25 en 30 minuten.
Shorttrackpakken aan de andere kant zijn vooral ontworpen met het oog op comfort en veiligheid. Vooral door het grote risico op valpartijen en aanvaringen tussen de schaatsers heeft de Internationale Schaatsunie ISU bepaald dat de schaatspakken van shorttracker snijvast moeten zijn.
Als je op vaste schaatsen niet goed zijwaarts afzet, dan ga je krassen in het ijs. Maar met de klapschaats is dat praktisch onmogelijk. Want als je op de klapschaats teveel met je punt afzet, als je teveel voorop hangt, dan klapt de schaats open, verlies je druk en zet je af in het luchtledige en kom je amper vooruit.
De meeste wedstrijdschaatsers dragen een bril ter vermindering van het uitdrogen van de ogen. Steeds meer schaatsers kiezen ervoor zonder sokken te rijden in zo nauw mogelijke schoenen. Dit vermindert de kans op schuiven van de voet in de schoen en dit zorgt voor meer 'contact' met het ijs.
Bij het langebaanschaatsen worden de blokjes gebruikt om de afzonderlijke banen voor de schaatsers aan te geven, terwijl de blokjes bij het shorttrack alleen de bochten markeren.