Hier bestaan geen regels voor. Om een overledene wel of niet thuis op te baren is een vrije keuze. Ook om hem 's nachts alleen te laten. De meeste mensen laten een overledene niet alleen in huis en zorgen voor een wake; dat is een kwestie van gevoel.
Er zijn geen regels voor de termijn waarbinnen een overledene moet zijn opgehaald. Het ophalen kan alleen geschieden door of via een uitvaartonderneming. Dan moet de familie daar natuurlijk eerst de opdracht voor geven, na een onderneming voor een begrafenis of crematie uitgekozen te hebben.
Hoelang mag het opbaren duren? De duur van de opbaring hangt af van de dag van overlijden. In de Wet op de lijkbezorging (Wlb) staat namelijk dat een overledene niet eerder dan 36 uur na overlijden begraven of gecremeerd mag worden en niet later dan zes werkdagen na het overlijden.
Wat te doen als iemand 's nachts overlijd? U belt als eerste de huistarts. De huisarts is ook 's nachts bereikbaar en komt zo snel mogelijk om de dood vast te stellen en maakt een officiële verklaring van overlijden. Daarna belt u de uitvaartverzorger.
Als iemand is overleden moet er als eerste contact worden opgenomen met de huisarts (als deze er niet is kan men bellen met de huisartsenpost). Als iemand is overleden in het ziekenhuis dan hoeft de huisarts niet gebeld te worden.
Vaststellen doodsaard
Het lichaam wordt geschouwd door de behandelend arts. De arts mag alleen een verklaring van overlijden afgeven als hij ervan overtuigd is dat de patiënt door een natuurlijke oorzaak is overleden. Bij twijfel moet hij de gemeentelijke lijkschouwer (schouwarts) inschakelen.
Na de verzorging kan men bij een intacte huid van zowel de overledene, als nabestaande of verzorger, iemand zonder problemen aanraken. Voor het sluiten van de ogen, is het vaak al voldoende ogen direct na het overlijden met de vingers dicht te strijken.
Dit vetlaagje beschermt ons tegen invloeden van buitenaf. Bij de levende mens wordt dit laagje steeds opnieuw aangemaakt. Bij overlijden stopt dit proces. Doel ter conservering is om dit laagje zoveel als mogelijk in stand te houden zodat bescherming tegen invloeden van buitenaf blijft bestaan.
Als volwassene contact hebben met een overleden dierbare is mogelijk. Alleen is de mate waarin dit lukt afhankelijk van jouw persoonlijke proces en status. Soms wil je ze zo graag spreken, alleen heb je toch nog hulp nodig van bijvoorbeeld een medium of helderziende om dit te kunnen doen.
Waken bij de stervende
Je kunt rust en een warme sfeer maken, bijvoorbeeld met kaarsen, foto's, een mooie bloem, door te bidden of zachte muziek op te zetten. Als de stervende gelovig is, kunnen gebruiken (of rituelen) passend bij het geloof rust geven. De tijd lijkt in deze fase vaak stil te staan.
De mond kan je na overlijden dichtdoen en met een handdoek-rolletje onder de kin dichthouden. Maar de mond is de sterkste spier van je lichaam en als de spierstijfheid afneemt, gaat de mond weer open staan. Overigens moet je als iemand een kunstgebit heeft, dit weer indoen voor het sluiten.
Als er wordt gesproken over het schoonmaken na een overlijden of onopgemerkte dood, ligt de nadruk vaak op het risico van bloed overdraagbare ziekteverwekkers. Dit zijn ziektekiemen die in bloed leven en zeer veel ellende kunnen veroorzaken. Sommige van deze ziektekiemen worden bacteriën genoemd en anderen virussen.
De weke delen van een lichaam zoals ogen en ingewanden zijn na enkele weken of maanden weg. Het spierweefsel (zeg maar het vlees) gaat veel en veel langzamer. Dat komt omdat er in de grond vrij weinig zuurstof doordringt, waardoor er een langzame stofwisseling en langzaam ontbindingsproces is.
Cremeren is het proces waarbij een overleden lichaam wordt verbrand. Het verbranden van het lichaam doet voor diegene geen pijn, je voelt er dan niks meer van want alleen je lijf is er nog.
Soms zijn overledenen echter erg handig. Ze kunnen ze jouw eigen energie gebruiken om toch wat van zich te laten horen. Daar is best wat handigheid en doorzettingsvermogen voor nodig, en niet iedere overledene is daar toe in staat! Maar het werkt!
Ze ontstaan als aminozuren afbreken en ze ruiken naar stinkdieren, zwavel en menselijke uitwerpselen. Dan is er nog dimethyldisulfide dat ruikt naar rotte kool.
"De stank valt in het begin nog wel mee. Een lijk begint grofweg na 48 uur te ontbinden en dan begint het een lucht af te geven. Het gaat pas echt stinken als er na een paar dagen vochtblaren zijn ontstaan die dan knappen.
Het is zeker geen kwestie van weken of maanden. Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg.
Natuurlijk mag iemand de overledene op de mond kussen maar men moet wel rekening houden dat daar veel bacteriën aanwezig zijn. Het is wellicht een vervelend praatje maar direct na het overlijden begint het lichaam met het ontbindingsproces. Die lichaamssappen moeten weg en dat gaat vaak via de mondhoeken.
De stervende zelf kan een acetonachtige geur verspreiden. Dit is heel normaal en heeft te maken met het proces wat gaande is in het lichaam. Het uitvallen van de organen. Als u deze geur vervelend vindt is er op het gebied van aroma therapie wat mogelijk.
Lijkvocht ontstaat door het vloeibaar worden van een lichaam door ontbinding. Het lichaamsvocht vermengt zich met bloed en bacteriën en is onderhevig aan allerlei chemische processen die in het lichaam plaatsvinden. Dat maakt het dat lijkvocht ook wel eens als giftig wordt beschouwd.
Verkleuring van de huid na de dood. De verkleuring wordt veroorzaakt doordat de bloedcirculatie tot stilstand komt en het bloed zakt naar de laagst gelegen delen van het lichaam. Lag de overledene op zijn rug, dan zullen er meestal lijkvlekken te zien zijn op de rug, schouderbladen en oorlellen.
Het overlijden van een persoon door een ziekte of aandoening. Daarbij worden directe, intermediërende en onderliggende (primaire) doodsoorzaken onderscheiden.
Als iemand is overleden, onderzoekt een arts het lichaam; de zgn. lijkschouw. De arts stelt daarbij vast of iemand een natuurlijke dood is gestorven, of dat er sprake kan zijn van een ongeluk of misdrijf.