Aan het uiteinde van de slang zit een lampje dat de binnenkant van uw slokdarm, maag en twaalfvingerige darm verlicht en een kleine camera waardoor het onderzoek op een monitor te volgen is. Het onderzoek duurt ca.15 minuten en kan langer of korter duren.
Als u een roesje heeft gehad, duurt het nog enige tijd voordat de medicijnen zijn uitgewerkt. Daarom blijft u na het onderzoek nog 1 tot 2 uur uur in uw bed op de uitslaapkamer totdat u weer goed wakker bent. Gedurende deze tijd worden uw hartslag en zuurstofgehalte bewaakt.
Als u een slechte hart- of longfunctie heeft, kan de MDL-arts besluiten u geen roesje te geven. Dit is om het risico op eventuele complicaties te verkleinen. De arts bespreekt dit met u op de behandelkamer. De keuze is dan om het onderzoek zonder roesje te doen, of alleen met pijnstilling.
Het onderzoek is niet pijnlijk. Veel mensen vinden vooral het inbrengen van de gastroscoop vervelend, omdat ze moeten kokhalzen. Sommige mensen krijgen een benauwd gevoel, omdat er een slang in hun keel zit. Het is belangrijk dat u de aanwijzingen van de arts en de endoscopieverpleegkundige goed opvolgt.
Een van de bijwerkingen van het slaapmiddel is dat u zich suf en/of slaperig kunt voelen. In verband met de patiëntenplanning is het niet mogelijk om op de dag van het onderzoek nog voor een roesje te kiezen.
Nadat u wakker bent, kunt u nog wel enkele uren suf zijn. De medicijnen die u heeft gekregen kunnen uw reactievermogen beïnvloeden. Dit betekent dat u 24 uur na het roesje: • Niet actief mag deelnemen aan het verkeer. uur moet wachten met het geven van borstvoeding.
Na de gastroscopie kun je last hebben van een opgeblazen gevoel in de bovenbuik of keelpijn. Er is een kleine kans op complicaties. Bij 1 of 2 op de 1.000 patiënten ontstaat een nabloeding. Dat gebeurt meestal bij patiënten die bloedverdunners of pijnstillers gebruiken.
Het passeren van de gastroscoop door de keel kan vervelend zijn. Soms wordt een gastroscopie uitgevoerd na toediening van een ver- dovend middel (sedatie) via een injectie in de arm. De sedatie is een heel lichte vorm van algemene verdoving.
Voor een gastroscopie moet uw slokdarm en maag leeg zijn. Daarom moet u nuchter zijn. Dit betekent dat u vanaf zes uur voor het onderzoek niet meer mag eten, drinken en roken. Het onderzoek kan niet doorgaan als u niet nuchter bent.
Het onderzoek wordt gedaan met behulp van een speciaal instrument, de endoscoop. Een endoscoop bestaat uit een flexibele slang die ongeveer 9 mm dik is. Aan het uiteinde van de slang zit een klein lampje dat het slijmvlies van uw maag, slokdarm en twaalfvingerige darm verlicht.
Wat is een roesje? Een roesje is anders dan een narcose of algehele anesthesie waarbij uw bewustzijn wel volledig uitgeschakeld wordt. Bij een roesje is het de bedoeling dat u het onderzoek als draaglijk ervaart. Het is ook mogelijk dat u door het roesje in slaap valt.
Omdat u gekozen heeft voor een lichte narcose is een arts-anesthesist aanwezig die u met een injectie via een infusienaald een slaapmiddel zal toedienen. De hartwerking en ademhaling wordt permanent bewaakt. Meestal duurt het onderzoek ongeveer 5 tot 10 minuten.
Een gastroscopie is een veilig onderzoek. Ondanks alle zorgvuldigheid kunnen in zeldzame gevallen complicaties optreden. In de meeste gevallen gaat het om een nabloeding. Dit komt vooral voor bij mensen die bloedverdunners of pijnstillers gebruiken.
U voelt zich rustiger en ervaart minder ongemak van het onderzoek. U slaapt meestal tijdens het hele onderzoek of behandeling. Sommige patiënten worden tussendoor een beetje wakker, maar u heeft dan geen pijn. Meestal bent u na een half uur weer goed wakker.
Via uw mond schuift de arts een gastroscoop naar binnen. Dit is een dunne, soepele slang met een lichtbron en een cameraatje dat in verbinding staat met een beeldscherm. Van tevoren krijgt u een slaapmiddel, waardoor u niets van het onderzoek merkt.
pijn, zware vermoeidheid, benauwdheid, de ademhaling stopt af en toe, in de war zijn, angst, onmacht, somberheid, boosheid en verdriet, de hik, jeuk, vocht in de buik, geen zin in eten, misselijkheid, overgeven, diarree of verstopping.
Meestal zakt deze pijn een aantal dagen na de behandeling, maar soms kan de pijn één tot twee weken aanhouden. Een opgeblazen gevoel en pijn in de buik kunnen ontstaan door de lucht die ingeblazen wordt.
Heeft u normaal gesproken snel last heeft van kokhalzen, dan kunt u een keelverdoving (spray of gel) krijgen tijdens het onderzoek, waardoor u de endoscoop minder voelt en u minder gaat kokhalzen. U moet dan na het onderzoek nog ongeveer 30 à 45 minuten wachten met eten en drinken, omdat u zich anders kunt verslikken.
Voorzie vervoer naar huis: na het onderzoek mag u gedurende 12 uur zelf niet met de wagen rijden.
Een endoscopie van de dikke darm noem je een coloscopie (of colonoscopie). Een endoscopie van de maag noem je een gastroscopie. Een endoscopie van de slokdarm noem je oesofagoscopie.
U mag in principe alles weer eten en drinken tenzij anders is afgesproken. Na een coloscopie kunt u last hebben van buikpijn, darmkrampen, een opgeblazen gevoel, winderigheid, veranderd ontlastingspatroon en slijm en vochtverlies via uw anus. Dit is normaal en verdwijnt na enkele dagen.
Bij een gastroscopie bekijkt de arts de binnenbekleding van de slokdarm, de maag en het eerste deel van de twaalfvingerige darm. Hij doet dit door een flexibele slang - de gastroscoop - het lichaam van de patiënt in te brengen. Door deze gastroscoop kan de arts in de darm kijken.