Hoe lang leef ik nog? Je arts kan niet precies vertellen hoelang je nog zal leven. Misschien kan hij wel in grote lijnen voorspellen hoe de ziekte ongeveer zal verlopen. Met je arts kan je ook bespreken wat de mogelijkheden zijn voor een zo lang, en een zo goed mogelijke tijd.
De palliatieve fase begint op het moment dat duidelijk wordt dat je niet meer beter kunt worden. De palliatieve fase kan kort of lang duren: van dagen tot enkele maanden of jaren.
Het woord 'uitbehandeld' betekent voor iedereen die kanker heeft wat anders. Soms kan het betekenen dat je niet meer lang zult leven. Het kan ook inhouden dat je nog jaren kunt leven. Je ziekte is niet te behandelen of te genezen, maar gelukkig niet zo agressief dat je direct moet vrezen voor je leven.
Enkele maanden, maar soms ook (vele) jaren. Daarnaast kunnen de ziektesymptomen door chemo worden uitgesteld en/of verminderd worden. Overigens heet chemotherapie niet altijd een levensverlengend effect, vertelt internist-oncoloog Jacqueline Stouthard van het Amsterdamse Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis (AVL).
Hoe lang palliatieve zorg duurt, verschilt per persoon. Soms dagen, soms weken, maar een jaar of langer kan ook. Door op tijd met je (huis)arts en naasten te praten over je levenseinde, kun je ervoor zorgen dat je ook in het laatste deel van je leven de zorg krijgt die bij je past.
In de palliatieve fase van je ziekte kun je vaak nog een of meer palliatieve behandelingen krijgen. Door deze behandelingen zul je niet meer genezen. Wel kunnen ze soms je leven verlengen, en pijn en andere ongemakken verminderen.
2. Palliatieve chemo verlengt het leven van de patiënt en vermindert de pijn. Een chemotherapie kan ook palliatief zijn als de kanker niet kan worden genezen. Ze kan de ziekte vertragen door de tumor te verkleinen, door uitzaaiingen te vernietigen of hun aantal te verminderen.
Voor patiënten met uitgezaaide kanker kan leven en dood dicht bij elkaar liggen. Er is soms een kans op genezing en soms een mogelijkheid om met (innovatieve) behandeling nog vele jaren te leven. Maar als een behandeling niet aanslaat kan het ook snel aflopen.
"Vaak weten we uit onderzoek dat een behandeling bij een bepaald percentage patiënten aanslaat, bijvoorbeeld bij veertig procent. Maar je weet niet of die specifieke patiënt die tegenover je zit, hoort bij de veertig of de zestig procent.
De terminale fase is de laatste levensfase van iemands leven. Concreet is deze persoon ziek en is deze ziekte ook niet meer te genezen of behandelen. Of de nadelen van de behandeling wegen niet op tegen de voordelen. Deze fase duurt meestal maximaal 3 maanden, maar kan ook langer duren.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
Misselijkheid, dyspnoe, angst en delier komen relatief veel voor. Bij al deze klachten geldt dat een gestructureerde aanpak met het meewegen van de context, sociale en psychische factoren, zoals in Palliatieve fase - besluitvorming wordt besproken, van essentieel belang is.
Gemiddeld duurt het een tot drie dagen voor de patiënt overlijdt. Hoe langer het duurt, hoe minder positief mensen zijn. Patiëntenfederatie Nederland onderstreept het belang van duidelijke informatie voor patiënten en hun naasten.
De palliatieve fase begint als genezing niet (meer) mogelijk is of als het levenseinde door kwetsbaarheid in zicht komt. Dat kan een eerste moment zijn om met de patiënt in gesprek te gaan over zijn doelen, vooruitzichten en wensen voor (verdere) behandeling, begeleiding en zorg.
U kunt dagelijks, wekelijks, driewekelijks of maandelijks een behandelingssessie krijgen. Meestal wordt chemotherapie in cycli gegeven waarbij één cyclus drie tot vier weken in beslag neemt. Per cyclus krijgt u één of meer keren chemotherapie toegediend.
TACE is een vorm van chemotherapie bij leverkanker. Hiermee proberen we de tumor in de lever te vernietigen. We gebruiken hiervoor plastic bolletjes (partikels) die geladen zijn met speciale medicijnen tegen kanker (chemotherapeutica).
Voordat zo'n uitzaaiing zichtbaar wordt moeten er enkele jaren verstrijken. Na vijf (of soms tien jaar) tumorvrij te zijn, gaat men ervan uit dat er geen uitzaaiingen waren. In feite was iemand dus al genezen op het moment dat de behandeling was gestopt. Het kan ook dat de kanker 'terugkomt'.
Kankercellen zijn slimme cellen. Ze kunnen zich goed aanpassen als ze bedreigd worden. Daardoor kan het gebeuren dat kankercellen tijdens de chemokuur ongevoelig worden voor de medicijnen. Dit heet resistentie.
Wens iemand sterkte
Zeg tegen jouw dierbare dat je het verschrikkelijk vindt wat er is gebeurd en je met hem meeleeft. Wens hem alle kracht toe die hij nodig heeft. Geef bovendien aan dat je er altijd voor hem bent en dat hij altijd op jouw steun kan vertrouwen en hulp aan je kan vragen.
Een van de belangrijkste bijwerkingen van chemotherapie is schade aan de hartspier, wat kan leiden tot een verminderde pompfunctie. Bij een afname van de pompfunctie kan op den duur hartfalen ontstaan.
Een combinatie van een operatie en chemotherapie direct in de buik (HIPEC) kan de uitzaaiingen soms genezen. HIPEC staat voor Hypertherme IntraPeritoneale Chemotherapie. De behandeling kan alleen als er geen uitzaaiingen zijn naar de lever of de longen.
Als we het zo opnoemen, lijkt chemotherapie een heel nare behandeling. Het is echter sterk afhankelijk van de zwaarte van de therapie of dit ook daadwerkelijk zo is. De angst voor de therapie is niet altijd even gegrond. Soms kan het enorm meevallen, ook met de bijwerkingen, en is het resultaat hoopgevend.
Bij uitgezaaide borstkanker kan chemotherapie de ziekte afremmen en klachten verminderen. Als de uitzaaiingen snel groeien, niet hormoongevoelig zijn of niet meer reageren op hormonale therapie, kan chemotherapie worden gegeven.