Bakstenen gaan gemiddeld ruim honderd jaar mee en uiteraard maakt het daarbij niet uit voor welke precieze uitvoering je nu kiest. Bij steenstrips ligt dat wel even anders.
De gemiddelde levensduur bij houtbouw ligt tussen de 30 en 70 jaar. Bij steenbouw is de levensduur, met de blijvende marktwaarde van de woning, bijzonder lang te noemen. Steen gaat minimaal 100 jaar mee en heeft als bijkomend voordeel dat het nauwelijks onderhoud behoeft.
Wel tot 500 jaar in een woning kunnen wonen. Uit onderzoek blijkt dat een jaren 30 woning wel tot 500 jaar mee kan gaan. Hoogleraar Peter Boelhouwer van de TU Delft zegt namelijk dat de technische duur van een woning enorm verlengd kan worden door het juiste onderhoudt uit te voeren.
“Een huis kan tussen de 55 jaar en 500 jaar mee, kregen we toen terug van experts.” De extreem korte en lange leeftijden heeft Van Nunen uit de onderzoeken gehaald. Daarmee kwam hij op een gemiddelde levensduur van 120 jaar.
Er is echter een enorme erfenis van grenen funderingspalen. Wareco heeft berekend dat een houten funderingspaal zijn draagvermogen verliest na 180 maanden droogstaan. 'Bij veel voorkomende situaties als 2 maanden droogstand per jaar betekent dat een levensduur van 90 jaar.
Er is een verband tussen het type fundering en de bodemsamenstelling. Zo lopen woningen met een houten paalfundering in veen- en kleigebieden een groter risico op funderingsproblemen dat woningen op houten palen in zandgebieden.
Onder normale omstandigheden stort een huis niet zomaar in. Er moet wel écht iets aan de hand zijn zoals een gasexplosie of aardbeving. Laat je huis periodiek inspecteren op gaslekkage. Vooral in oudere woningen, en door slechte aansluitingen van een gastoestel kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan.
Bouwjaar woning tussen 1970 en 1980
Woningen die tussen 1970 en 1980 zijn gebouwd, zijn vaak van goede kwaliteit. Er werd gebruik gemaakt van onderhoudsarme materialen, waardoor de onderhoudskosten laag liggen. Woningen die in de jaren '70 gebouwd zijn, beschikken meestal over goede isolatie.
Voor het kopen van een huis moet je meerderjarig zijn. In Nederland betekent dat dus dat je vanaf je achttiende een huis mag kopen.
Solide gebouwd. Sfeer maakt een huis natuurlijk prettig om in te wonen, maar niet alleen uiterlijkheden maken jarendertighuizen zo geliefd. Ze zijn ook solide gebouwd, zegt De Kok. 'De houten vloerconstructie van huizen uit die tijd bestaat bijvoorbeeld vaak uit meer balken dan die van huizen die later zijn gebouwd.
Door de crisis begin jaren '70 werden er meer eisen aan energiezuinigheid van woningen gesteld. De eisen die toen werden gesteld, kwalificeren nu als zeer matig. Zo werd bij betonnen vloeren geringe isolatie toegepast. Er werd standaard dubbel glas bij de woonruimtes op de benedenverdieping toegepast.
IN de jaren dertig werd er nog met aandacht voor detail en degelijk gebouwd. Vloerconstructies zijn bijvoorbeeld veel beter dan van huizen uit latere periodes. Een ander voordeel is dat de woningen op aantrekkelijke locaties staan, in of dicht bij het centrum. Buitenwijken hadden dorpen en steden toen immers nog niet.
Een opvallend detail van de jaren 50 woningen inrichting is het gebruik van inbouwkasten, alle ruimte wordt optimaal benut. Om de zolder te betreden zul je eerst de vlizotrap naar beneden moeten hengelen. Halverwege op de gammele trap voel je een licht briesje, de woning is niet bepaald goed geïsoleerd.
De hoge plafonds, glas in lood, authentieke details, en-suite deuren, hoge plinten en erkers zijn bouwelementen waar veel mensen gek op zijn. Ook zijn de jaren 30 woningen veelal gebouwd op goede locaties dus logisch dat hier meer vraag naar is.
Terug in de tijd: historische blik op de huizenprijs
De eerste geregistreerde huizenprijs stamt uit het jaar 1949. Toen kostte een eigen huis € 9.200. Nu, bijna 70 jaar later, is de prijs vijfentwintig keer zo hoog. Als je in dit huis had belegd, was je rendement 4,85% per jaar geweest.
Wanneer is een woning 'nieuw'? Een woning is nieuw tot en met 31 december van het tweede jaar dat volgt op het jaar van de eerste ingebruikneming of bewoning. Voorbeeld: een woning die voor het eerst in 2021 in gebruik is genomen is nieuw tot en met 31.12.2023.
Het bouwjaar kan veel zeggen over de staat van de woning. Bijvoorbeeld over de bouwkwaliteit of over de isolatie van de woning. En ook of er misschien asbest of lood is gebruikt in het verleden.
Een funderingsprobleem kunt u wellicht zelf herkennen. Kenmerken zijn: Scheve vloeren, vervormde deuren en ramen, scheuren in bouwmuren en niet-dragende muren, maar ook hoogteverschillen tussen woning en de stoep.
Wie betaalt mee? Als een huis gestut moet worden, is de gemeente daarvoor verantwoordelijk; die moet volgens de bouwregels de veiligheid hand-haven. Maar de eigenaar is zelf verantwoordelijk voor de fundering. In de praktijk kunnen veel mensen een nieuwe fundering niet betalen.
Oude huizen hebben vaak ook meer karakter en sfeer. Daarentegen ben je vaak meer geld kwijt aan onderhoud, verbouwen en het kopen zelf. Daarnaast zijn er soms verborgen gebreken die frustreren en je veel tijd en geld kunnen kosten.
Risico op verzakken fundering
Veelal woningen met een houten palenfundering of een stalen-bak fundering op kleigrond. Doordat het grondwaterpeil zakt kunnen deze funderingspalen gaan rotten of de kleigrond gaan inklinken. Hierdoor verzakken de woningen.
Gemiddeld zijn de kosten van herstel tussen de €1.500,- en €1.600,- per m2 begane grond. De kosten zijn echter sterk afhankelijk van de situatie, specifieke wensen en economische omstandigheden.
Veel huiseigenaren weten niet hoe hun huis is gefundeerd. Bij de afdeling Bouw- en Woningtoezicht van jouw gemeente kan je de oorspronkelijke bouwtekening van de woning opvragen om te achterhalen wat de fundering is van jouw woning. Daarnaast kan je informatie krijgen over grondwaterstanden.