Heeft u al een rijbewijs en heeft u een epileptische aanval gehad? Dan moet u 6 maanden aanvalsvrij zijn voordat u weer mag rijden.Heeft u twee of meer epileptische aanvallen gehad, dan moet u 12 maanden aanvalsvrij zijn voordat u weer mag rijden.
Een gewone aanval duurt doorgaans maximaal 4 minuten en gaat vanzelf over. Duurt de aanval langer dan 5 minuten, dan noemt men dit een langdurige epileptische aanval. Een status epilepticus is een aanval die langer dan 10 minuten aanhoudt. Het herstel na een gewone epileptische aanval is meestal volledig.
Was het de eerste keer dat u een epileptische aanval had en gebruikt u geen epilepsiemedicijnen? Dan mag u 5 jaar niet rijden. Als u na 2 jaar geen nieuwe aanval heeft gekregen en geen epilepsiemedicijnen nodig heeft gehad, kunt u het CBR laten onderzoeken of u al eerder veilig kunt rijden.
Wat zijn absences? Absences zijn een bepaald type epileptische aanval die enkele seconden duren. Tijdens een absence is het kind kortdurende buiten bewustzijn, hebben kinderen een starende blik en komen er vaak automatische bewegingen in het gezicht of met de handen voor.
Het herstel kan lang duren, houd rekening met een periode van enkele maanden. Er is tijd nodig om te kunnen beoordelen of u volledig aanvalsvrij bent geworden. U heeft van uw neuroloog of neurochirurg in algemene zin vernomen welke kans u heeft om aanvalsvrij te worden.
Heeft u al een rijbewijs en heeft u een epileptische aanval gehad? Dan moet u 6 maanden aanvalsvrij zijn voordat u weer mag rijden. Heeft u twee of meer epileptische aanvallen gehad, dan moet u 12 maanden aanvalsvrij zijn voordat u weer mag rijden.
Voorbeelden uitlokkers
slaaptekort;koorts;spanningen, emoties of stress;menstruatie (hormonale veranderingen);
Na een epileptische aanval kan de betrokkene kortdurend verward zijn of klachten hebben van vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn of een tijdelijk verminderde functie van een arm en/of been.
Wat is Na een epileptische aanval? Een epileptische aanval (insult) wordt veroorzaakt door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Aanvallen verschillen van persoon tot persoon, omdat er verschillende oorzaken zijn voor een epileptische aanval.
Focale aanvallen met intacte gewaarwording (voorheen eenvoudig partiële aanvallen genoemd). Deze aanvallen houden meestal enkele minuten aan en zijn zo licht, dat een omstander ze nauwelijks opmerkt. Iemand is volledig bij bewustzijn, maar kan wel plotselinge spiersamentrekkingen in arm, been of gezicht hebben.
Veel alcohol drinken wordt sterk afgeraden. De combinatie van alcohol en bijvoorbeeld weinig slaap en onregelmatiger leven, kan bij sommige mensen met epilepsie aanvallen veroorzaken. Plotseling stoppen met alcohol bij mensen die altijd veel alcohol drinken, kan er sneller een epleptiche aanval ontstaan.
Patiënten met stille epilepsie zijn tijdens een aanval alleen maar afwezig. Ze staren wat voor zich uit en zien eruit alsof ze aan het dagdromen zijn. De hersenen staan als het ware even op stand-by. Patiënten zien en horen niet meer wat er om hen heen gebeurt.
Wat zijn de risico's voor sporten en bewegen met epilepsie? Uitdroging kan een epileptische aanval uitlokken. Zorg dat je voor en tijdens het sporten genoeg drinkt. De meeste aanvallen treden op na afloop van een activiteit, zorg dus dat je niet abrupt stopt maar langzaam afbouwt, doe een zogenoemde cooling down.
Een aanval kan heel kort duren en nauwelijks merkbaar zijn of juist heel lang. Je kunt meerdere korte aanvallen (zoals absences) vlak achter elkaar krijgen, of verspreid over de dag. En soms kan het maanden duren voordat je weer een aanval krijgt.
Een grote aanval kan je vaak voelen aankomen. Je voelt dan iets raars in je maag, of je hebt lichtflitsen in je ogen. Daarna raak je bewusteloos. Het kan ook zijn dat je niets van tevoren voelt en meteen bewusteloos raakt.
Enkele uitlokkende factoren zijn: Overmatig alcohol-, drugs- en medicijngebruik. Dit kan gelden bij zowel langdurig alcoholmisbruik als bij éénmaal veel te veel drinken. Een overdosis drugs of medicijnen – bijvoorbeeld antidepressiva en amfetamines – kan ook een aanval uitlokken.
Zo'n eenmalige aanval heet een 'gelegenheidsaanval'. Dat wil zeggen dat de omstandigheden een aanval hebben uitgelokt.
Het heeft geen zin om te proberen de schokkende bewegingen proberen tegen te houden. Juist wanneer de bewegingen tegen gehouden worden, kan de patiënt zich zelf bezeren of bijvoorbeeld een arm breken. Laat patiënt dus liggen waar het ligt en probeer de epileptische aanval niet tegen te houden.
Medicijnen kunnen epilepsie niet genezen. Het kan een tijdje duren voordat duidelijk is welke medicijnen bij u het beste (samen)werken en welke hoeveelheid (dosis) medicijnen nodig is. De meeste mensen met epilepsie zullen levenslang medicijnen moeten blijven innemen om aanvallen te onderdrukken.
Hoewel het zeldzaam is, kan een heftige epileptische aanval ook tot hersenschade leiden. Bij langdurige aanvallen (status epilepticus) die meer dan 30 minuten duren kan schade aan de hersenen ontstaan.
De behandeling met medicijnen duurt meestal jaren en soms zelfs levenslang, afhankelijk van de onderliggende oorzaak van de epileptische aanvallen. U moet uw medicijnen regelmatig innemen; na het overslaan van één of meerdere doses wordt het risico op aanvallen groter.
Soms kun je een aanval goed voelen aankomen, soms merk je er nauwelijks iets van of komt het alleen voor tijdens de slaap. Als je epilepsie hebt zul je misschien wel gemerkt hebben dat de aanvallen van elkaar kunnen verschillen. Een aanval hoeft dus niet altijd op dezelfde manier te verlopen.
Het is belangrijk dat je niet alleen, of lang alleen, bent in bepaalde situaties. Bijvoorbeeld als je in bad gaat of gaat zwemmen. Zorg dat er dan in ieder geval iemand in de buurt is. Vermijden van gevaarlijke situaties; zoals vissen aan de waterrand, hoog klimmen in een klimrek, alleen fietsen naar school.
Voorbeelden zijn: carbamazepine, valproïnezuur, levetiracetam en fenobarbital. Dit zijn middelen die dagelijks gebruikt moeten worden. Medicijnen om een aanval te stoppen. In sommige gevallen krijgen mensen benzodiazepinen om de aanval te laten stoppen.
Epilepsie kan aangeboren zijn, of zich later voordoen en kan op elke leeftijd voor het eerst opspelen. Naar schatting hebben ruim 100.000 mensen in Nederland epilepsie. Bij mensen met een verstandelijke beperking komt epilepsie in verhouding vaker voor.