Wrijf met een wollen doek over het speelveld. Strooi een klein beetje Heemskerk sjoelpoeder over het speelveld en speel daarna een aantal rondes het spel. De sjoelschijven verdelen de poeder gelijkmatig over het gehele oppervlak. Hierdoor is een kleine hoeveelheid per keer meer dan voldoende.
Stap 2: Het lakken van de sjoelbak
Voor traditionele sjoelborden is het handig om het oppervlak te lakken. Je kunt de lak over alle afwerkingsoliën, vernis of polyurethaan bordenaanbrengen. Koop altijd een hoogwaardige, speciaal voor houten meubelen ontworpen meubelmaker was.
Sjoelen maakt dat je jezelf continue kunt verbeteren. Sjoelen zorgt dat de concentratie toeneemt. Sjoelen geeft focus. Sjoelen kan op hetzelfde niveau jarenlang beoefend worden (van 8 tot 80 jaar).
Zet de bak altijd rechtop in een vochtvrije ruimte waar het niet te warm is. Hierdoor gaat de sjoelbak niet krom staan. Indien de sjoelbak na verloop van tijd wat stroef wordt, kunt u de bak glad wrijven met een wollen doek. Daarna kunt u een beetje aardappelzetmeel over de bak strooien.
Het doel van het spel is om zo veel mogelijk punten te scoren met het gooien van de stenen in de openingen aan het eind van de sjoelbak. Een speler heeft 30 stenen beschikbaar en mag deze in 3 beurten richting de poorten schuiven.
De bodemplaat is van betonplex. Dit materiaal is heel geschikt voor de sjoelbak omdat het watervast is en een soort plastic bovenlaag heeft die erg glad is.
De fijnste sjoelstenen zijn hol gedraaid. Hierdoor hebben ze minder wrijving op het speelveld en glijden ze dus extra goed.
De speler die aan de beurt is, heeft 30 stenen beschikbaar en mag deze in 3 beurten richting de poorten schuiven. Alle schijven die niet volledig in een poort verdwijnen worden ingezet in de 2e beurt, en daarna de 3e beurt. Na drie beurten worden de punten geteld.
- Om te sjoelen maak je gebruik van een houten sjoelbak en 30 houten sjoelschijven. Aan het einde van de bak bevinden zich vier poorten met ieder hun eigen waarde, respectievelijk 2, 3, 4 en 1. De werper staat aan de andere kant van de bak, waar een dwarslat ligt.
Sjoelbak is afkomstig van het Friese woord sjoeltafel. Dit was een lange tafel met aan de zijkanten opstaande randen en aan de achterkant een aantal vakjes waar je schijven in moest zien te schuiven om punten te verdienen. Later gebruikte je een losse bak die als je ging spelen op de tafel gelegd kon worden.
Sjoelbakland.nl staat centraal voor, de naam zegt het eigenlijk al, sjoelbakken. Door het ruime aanbod van verschillende merken zoals Buffalo, Heemskerk en Jakkolo in ons assortiment is er een ruime keuze. We hebben speciale mini sjoelbakken voor de kleinste onder ons.
Heeft u de sjoelbak een poosje niet gebruikt, dan kan stof of vuil het oppervlak ruw maken. Wrijf hem dan voor gebruik op met een wollen doek. Ook kunt u wat aardappelzetmeel over de bak verspreiden om hem weer glad te maken. Een klein beetje is genoeg, de stenen verspreiden het erna vanzelf.
In totaal zijn er 30 stenen. Dit betekent dat de maximale score die je kunt behalen uitkomt op 148. Je kunt echter een bonus verdienen van maximaal 8 punten. Deze bonus wordt toegekend als 148 punten worden behaald in maximaal 2 onderbeurten.
Ook in België wordt er veel gesjoeld, en in Duitsland heet het spel Jakkolo. Het Tsjechisch heeft het Nederlandse woord overgenomen: šulbak, en ook in Duitsland wordt ons woord Sjoelbak wel gebruikt voor het spel sjoelen.
Binnen die gezinscultuur is het sjoelen als typisch Nederlandse variant van de schuifspelen ontwikkeld. In zijn huidige vorm wordt het spel vanaf de eerste helft van de negentiende eeuw gemeld, met mogelijk een vroege start in Friesland.
Ongeveer rond 1700 werden er draagbare houten sjoelbakken gemaakt. Ook werd in Engeland rond 1600 al gesjoeld op een shuffleboard. Het spel kreeg de naam Shove ha'penny.
De standaard maat voor een sjoelbak is 2 meter lang, met een breedte van ongeveer 40 cm. De mini sjoelbakken zijn ongeveer 120 cm en 28 cm breed.
De standaard sjoelschijven hebben een diameter van 52mm en een dikte van 12,5mm. De mini sjoelschijven hebben een diameter van 28mm.
Reacties. In Engeland is in de 16e eeuw Shove ha'penny (of shove halfpenny) ontstaan: een bordspel voor twee spelers of twee teams, dat vooral in pubs gespeeld wordt. Het spel was ten tijde van Shakespeare in Engeland erg populair onder de naam "shovel-board", "shove-groat", "slide-groat"of "slip-groat".
Een spel wordt als volgt geteld, waarbij de punten van de serveerder als eerste worden genoemd: Geen punt - 'Nul' Eerste punt - '15' Tweede punt - '30' Derde punt - '40' Vierde punt - 'Spel' Als jij en je tegenstander beide 3 punten hebben (40-40) dan is de telling 'gelijk' (deuce, spreek uit als 'djoez').
Wie het eerst 25 punten heeft behaald wint de set. Wie het eerst drie sets heeft gewonnen, wint de wedstrijd. Bij een gelijke stand, 2–2 in sets, wordt een beslissende set tot 15 punten gespeeld, bij deze beslissende set wordt er van kant gewisseld bij de eerste die acht punten heeft.
Maar hoe hard moet je een volleybal nou eigenlijk oppompen? Een volleybal dient 0,30 tot 0,325 kg/cm² (294,3 tot 318,82 mbar) opgepompt te worden. Deze balspanning is opgenomen in de officiële regels van de Nevobo .