Meestal plast u het steentje vanzelf uit, na enkele uren of dagen, soms pas na een paar weken. Kom ongeveer 1 week na de niersteenaanval bij de huisarts voor controle. Neem een potje urine mee en het steentje als u dit heeft kunnen opvangen.
Percutane nefrolitholapaxie - Als de niersteen in de nier te groot is of niet met de niersteenvergruizer te vergruizen is, bestaat een kijkoperatie via de huid tot de mogelijkheden (zie folder 'Behandeling van een grote steen in de nier'). Tijdelijke katheter - Soms lukt het niet meteen om een steen te verwijderen.
Vaak begint het met een vage, weinig opvallende pijn in de onderrug (flanken). Geleidelijk wordt de pijn feller en komt in steeds hevigere aanvallen, meestal aan de zijkant van de buik. De pijn trekt soms door naar de lies, het bovenbeen of de geslachtsorganen.
Drink zo min mogelijk mineraalwater met bicarbonaat (HC03) en weinig natrium, citrus drank (verdunnen met water). Mineraalwater, nier/blaasthee, kruidenthee en fruitthee mag u gewoon drinken. Drink maximaal twee koppen koffie en zwarte/groene thee per dag. Drink geen suikerrijke dranken en alcohol.
Dit komt door te weinig drinken, diarree of overmatig zweten; • Een te hoge uitscheiding van mineralen door de nieren waardoor de kans op steenvorming groter is. Voorbeelden zijn: calcium, oxalaat en urinezuur; • Gebruik van bepaalde medicijnen; • Veel eiwitten (vlees) eten; • Veel zout eten.
De nieren zijn betrokken bij de aanmaak van nieuwe rode bloedcellen. Bij nierschade kan een tekort aan rode bloedcellen ontstaan. Dit heet bloedarmoede. Door de bloedarmoede kunt u zich (extra) moe en lusteloos voelen.
Soms zit een steentje rustig in een hoekje in de nier en groeit niet. Kleine steentjes, kleiner dan 5 millimeter, worden vaak vanzelf uitgeplast. Na 2 maanden is 90% weg.
Nierstenen kunnen de nieren beschadigen en tot chronische nierinsufficiëntie leiden. Wat kunt u doen om het risico te beperken? Volgens de statistieken krijgen 5 tot 10% van alle mensen minstens één keer in hun leven last van nierstenen.
Kleine steentjes die toevallig worden vastgesteld en geen klachten veroorzaken, hoeven niet behandeld te worden. Grote stenen wel, omdat ze de afvoer van de urine kunnen belemmeren. De meeste stenen worden spontaan uitgeplast. De behandeling zal zich hier beperken tot pijnstilling.
Een niersteen kan een continue pijn of hevige pijnaanval in de lendenen geven. Dit wordt een niersteenkoliek genoemd. Vaak kunt u tijdens zo'n pijnaanval niet rustig zitten, bent u ook misselijk en moet u eventueel braken. Soms zit er bloed in de urine.
Gelukkig worden de meeste nierstenen spontaan uitgeplast. Het uitplassen van de stenen is wel vaak pijnlijk en de pijnaanvallen (koliekpijnen) kunnen voor veel onrust zorgen. Soms kan een niersteen niet vanzelf worden uitgeplast en is behandeling nodig.
- De vergruisde steen wordt langs natuur- lijke weg uitgeplast. Hierdoor kunt u last krijgen van pijn of kramp in uw zij, die uitstraalt naar uw onderbuik (koliekpijn). Na de behandeling krijgt u een recept mee voor pijnstillers. - Wanneer u pijn heeft adviseren wij u het drinken te beperken tot één (1) liter per dag.
Gebruik bij pijn paracetamol. Bespreek het met uw arts als paracetamol niet genoeg helpt. Gebruik géén ibuprofen, diclofenac of naproxen. Die kunnen nierschade erger maken.
Risicofactoren voor nierstenen
Te veel calciumuitscheiding in de urine: vaak voorkomend. Te veel oxalaatuitscheiding in de urine: vaak het gevolg van een overmaat aan oxalaatbevattende voeding, soms een complicatie bij darmziekten, zoals de ziekte van Crohn. Te veel uitscheiding van urinezuur met de urine.
omdat ze te veel suikers bevatten (frisdranken, vruchtensap) of omdat ze zelfs de kans op nierstenen kunnen verhogen. Dit is onder meer het geval met grote hoeveelheden cola en grapefruit- of appelsap. Spreid het drinken over de hele dag en wacht zeker niet met drinken tot je dorst krijgt.
Deze afwijkingen kunnen duiden op verminderd nierweefsel of een toename door bijvoorbeeld een niertumor. Als er in de nier stenen zitten, zijn deze goed zichtbaar op de echografie. Ook een vergrootte nier wordt gemakkelijk herkend door de urine die in de nier opgesloten zit.
Vocht: 2,5 – 3 liter drinken per dag, verdeeld over de dag. Kies voor cranberrysap (verdund met water), mineraalwater met weinig bicarbonaat en calcium, kruiden- en/of fruitthee. Drink maximaal 2 kopjes koffie, zwarte/groene thee en per dag één glas melk.
Ter afwisseling mogen light frisdranken (gezoet met zoetstoffen) gebruikt worden (behalve Cola light of Cola Zero). Vermijd suikerrijke dranken zoals frisdranken, fruitsappen of zelf geperst fruitsap. Ze bevorderen de vorming van nierstenen. Ook dranken met fosforzuur zoals cola kunnen leiden tot steenvorming.
Alcohol stimuleert de uitscheiding van urine, waardoor deze minder geconcentreerd is. Overmatige alcoholconsumptie daarentegen, stimuleert de calcium uitscheiding, wat het risico op nierstenen juist verhoogt. Het specifiek gunstige effect van bier zou verklaard kunnen worden door de hop.
Citraat (citroenzuur) zorgt ervoor dat calcium- en oxalaatkristallen minder snel uit kunnen groeien tot grotere nierstenen. Citraat heeft dus een beschermend effect. Een grote leverancier van citraat is citrusfruit en bessen.
Een vastzittende steen kan een felle krampachtige pijn veroorzaken. Dit kan gepaard gaan met bewegingsdrang (niet stil kunnen zitten) en misselijkheid. Dit wordt ook wel koliekpijn genoemd. Vaak zit er ook bloed in de urine.