De kwaliteit van een schilderij wordt beter als je verschillende lagen verf over elkaar heen schildert. Het is belangrijk om transparante of half transparante lagen verf te gebruiken bij het gelaagd schilderen.Je kunt dan door de lagen heen kijken. Dit veroorzaakt diepte in je schilderij.
Je kan diepte bereiken op de volgende manieren: Door bepaalde kleurcontrasten te gebruiken, met name het warm-koud contrast en het licht - donker contrast. Warme kleuren komen, net als lichte kleuren, naar voren ten opzichte van koele respectievelijk donkere kleuren.
Een iets dikkere lijn over de buitenste omtrek van een voorwerp op de voorgrond geeft al een behoorlijk diepte-effect, zoals je hierboven kunt zien. Ook door de kleur van lijnen kun je diepte in je tekening krijgen. Gebruik bij voorkeur een donkerdere kleur voor de voorgrond, een lichtere voor de achtergrond.
Je zou best kunnen beginnen met bijvoorbeeld een abstracte vorm van een boom. Hier zet je met verf puntjes omheen, zodat de contouren zichtbaar zijn. Wanneer je ze met een paletmes uitsmeert, blijft de essentie bewaard. Je kunt bij deze vorm van abstract schilderen naast acryl, ook met olieverf werken.
De meeste schilders gebruiken geen zwart om een schaduw te schilderen, maar mengen liever een kleur. Je kan vaak een mooie schaduw maken door wat van de complementaire kleur bij te mengen. Of in geval van laag-over-laag, een transparante laag van de complementaire kleur toe te voegen.
Zet dan eerst een basiskleur op, die bijna overeenkomt met de vacht. Daarna ga je met een penseel kleine kleurverschillen aanbrengen. De volgende stap is om met een kleinere kwast de haren te gaan schilderen. Hierbij gebruik je zowel lichtere als donkere verf.
Voor de eigen schaduw geldt dat meestal een goed resultaat ontstaat als het beschaduwde deel wordt weergegeven door de complementaire kleur van het onbeschaduwde deel bij te mengen. Een mooie schaduwkant op een rood object, kan dus geschilderd worden door bij de rode verf wat groen te mengen.
Abstracte schilderkunst duidt een voorstellingswijze aan die afziet van elke relatie tot de visueel waarneembare werkelijkheid. In abstracte schilderkunst maakt een kunstenaar slechts gebruik van beeldelementen als kleur, vorm, lijn, ritme, toonwaarde en dergelijke.
Textuur krijg je in je olieverf of acrylschilderij via het weefsel van het doek, door de verf dik op te brengen (impasto), door de streek van je kwast. Een jute doek heeft een grovere textuur dan een katoenen doek. Je kan ook structuren maken door iets door de verf heen te mengen.
Een eenvoudige structuur voor je abstract
Eerste paragraaf: waarover gaat de scriptie, geef een eenvoudige beschrijving van de doelen en methodes. Tweede paragraaf: geef uitleg over de scriptiestructuur en vertel iets over de inhoud. Derde paragraaf: het besluit, met een kort overzicht van de resultaten.
Bij perspectief met één punt begin je steeds met een vlak, dan verbind je de hoeken. Bij een voorwerp in ééuntsperspectief teken je de lijnen naar het punt toe, bij een ruimte teken je van het punt weg. In éépuntsperspectief heb je steeds vlakken waar je recht op kijkt.
Bij deze vorm van lijnperspectief speelt de horizon vaak een grote rol. Op de horizon liggen namelijk de verdwijnpunten (ook vluchtpunten genoemd) van horizontale lijnen. In perspectief komen evenwijdige horizontale lijnen in de werkelijkheid, als ze worden doorgetrokken, bij elkaar in een verdwijnpunt op de horizon.
Samenvatting. Hoe teken ik de natuur. Dit boek is een praktische handleiding voor iedereen die zich wil bekwamen in het tekenen van de natuur. Aan de hand van duidelijke voorbeelden van landschappen, bomen, planten en bloemen wordt getoond hoe men dit het best kan aanpakken.
We maken globaal onderscheid tussen twee of driedimensionale kunstwerken. Tweedimensionaal betekent dat het werk 2 maten heeft; lengte en breedte en dus plat is. Ruimtelijk of driedimensionaal werk heeft 3 afmetingen: lengte, breedte en diepte.
Het belangrijkste verschil tussen olieverf en acrylverf is het bindmiddel. Verf bestaat altijd uit pigment met een bindmiddel. Bij olieverf is dit bindmiddel olie (meestal lijnolie) en bij acrylverf is dat acrylaatharsdispersie (oneerbiedig gezegd: plastic).
Realistische schilderkunst
Het realisme beeldde alledaagse gebeurtenissen af, een groet of gewone arbeiders aan het werk op het land. De manier van schilderen was vergelijkbaar met die van de romantiek: veel aardetinten en realistische verhoudingen en kleuren.
Je kunt de pasta puur gebruiken of je kunt het mengen met acrylverf. Hierbij heeft het witte pigment van de pasta wel invloed op de kleur van de acrylverf. De modelleerpasta heeft bij puur gebruik en na droging een 'open karakter' waardoor het geschikt is voor alle soorten verf.
Een goedkoop doek van Action bijvoorbeeld heeft ook een laagje gesso, maar meestal is dat zo weinig dat het een goed idee is om op het doek, voordat je er op gaat schilderen, nog één of twee lagen gesso aan te brengen.
Abstracte kunst is vrijheid
Nee, abstracte kunst vereist juist dat je met een open, onderzoekende geest het schilderij instapt en dat je ziet waar deze ontdekkingstocht je brengt. Abstracte kunst staat voor vrijheid; je hebt de vrijheid om het kunstwerk een eigen, persoonlijke betekenis te geven.
Abstracte kunst is kunst die de overeenkomst tussen het kunstwerk en de zichtbare werkelijkheid vermijdt. Een abstract kunstenaar geeft niet de realiteit weer, maar werkt in vormen, lijnen en kleuren. Of hij probeert met speciale materialen zijn emoties uit te drukken.
Bij figuratieve kunst draait het om herkenbare objecten en personen, terwijl abstracte kunst meer ruimte biedt aan het eigen gevoel en voorstellingsvermogen.
Ik gebruik een doezelaar verder net als een potlood. Druk je er hard op dan wordt de laag die je doezelt donkerder en natuurlijk lichter als je niet hard drukt. Maar het mooiste is als je laag voor laag tekent. Dus eerst een potlood laag, dan doezelen en dan de volgende potlood laag eroverheen.
Een object tekenen met schaduw en licht
Een lichtbron van linksboven geeft een highlight op het dichtstbijzijnde punt op de neus; doordat de neus een beetje uitsteekt zal dit dichterbij de lichtbron staan. Aan de rechterkant van de neus (de niet-belichte zijde) vormt hier de donkerste schaduw.